Hans van der Sloot mate erkend, maar zelden leidde dit tot een serieuze relatie.
305 Musis
Het is niet voor niets dat het besluit om de markt te
verplaatsen vaak gemakkelijk wordt genomen. De kooplui
protesteren wel, maar hebben als eenling weinig in te brengen.
Een achterban hebben ze niet en van een marktstaking heeft
niemand nog ooit gehoord. Tekenend is ook het gegeven dat
vrijwel geen enkele Nederlandse gemeente enig benul heeft
van de economische betekenis van z'n markt. Te zeggen dat
Schiedam in 1950 'op proef' een weekmarkt in het leven riep
en sindsdien vergeten is om de betekenis ervan te peilen en
haar positie te consolideren, lijkt op kritiek, maar is dat
allerminst. Het is een uitzondering wanneer een gemeenteraad
de markt op haar juiste waarde weet te schatten.
In Schiedam zouden de kooplieden graag 'Het land van belofte
als vaste marktplaats' hebben. Dit laatste gecombineerd met een
functie van evenementenplein en locatie voor een
dinsdagmarkt Marktmeester Jan van Meel zou de dinsdagmarkt
het liefst vanaf het Bachplein overbrengen naar het centrum.
Het gaat niet te ver te constateren dat Schiedam in het
verleden nooit goed raad heeft geweten met z'n
markten. Daarin staat Schiedam overigens niet alleen. In
tal van plaatsen kan hetzelfde worden vastgesteld als
door Henk Slechte gebeurt in 'Om de gunst van de
koper'. Gevestigd in de vroege middeleeuwen als enig knoop-
en kooppunt tussen burgers, boeren, kooplieden, maar ook de
barbier, de verzamelaars en verkopers van kruiden, de spinsters
en wevers, imkers, schrijvers en wat in die tijd al niet meer tot
de dagelijkse handel- en dienstverlening kon worden gerekend,
bleef de markt door alle tijden heen een economisch
belangrijke factor waarop echter noch het bestuur, noch de
gevestigde middenstand veel greep hadden. Weliswaar werd het
belang van de markt als fenomeen in meerdere of mindere
Helaas is dit onbespreekbaar. Maar noch hij, noch de
marktcommissie hebben de indruk dat de markt serieus
genomen wordt door politiek en bestuur. Schiedam loopt met
z'n marktplannen achter de feiten aan, is beider ongezouten
mening. Gesprekken met de gemeente zijn bovendien
inhoudsarm omdat niemand ter andere zijde ook maar enige
notie heeft van de economische betekenis van de markt.
Daarom is het goed om een paar cijfers op een rijtje te zetten.
Gelukkig bestaat er een gedegen studie van EIM/Centrum
voor Retail Research naar de positie van de Rotterdamse
markten, (Analyse van de economische betekenis van
warenmarkten in Rotterdam). De hierin opgenomen cijfers
met betrekking tot de Rotterdamse wijkmarkten maken een
redelijke becijfering mogelijk. Ook viel er uit gesprekken met
TE OVERTUIGEN