307 Musis
Zowel marktmeester Jan van Meel als lid van de marktcom-
missie Palinka Nooyen noemen 'Het land van belofte' een
ideale locatie. Maar staan daar liever niet te lang bij stil, wetend
dat het voor de gemeenteraad - initiatiefnemer en enig
verantwoordelijke voor de markt - op dit moment geen issue
is. Als Economische zaken al geen inzicht heeft in de betekenis
van de markt, hoe mag je dan van een raadslid verwachten dat
hij of zij zich een oordeel vormt. Voor marktcijfers bestaat
geen belangstelling. Overleg, behalve over praktische zaken,
wordt nauwehjks gevoerd. Het is trouwens pas sinds enkele
jaren dat de marktcommissie in zaken, de markt betreffende,
wordt gehoord. De markt is geen partij en beschikt in de stad
noch over een achterban, noch over een politiek aanspreek
punt. Algemeen stelt men zich op het standpunt dat de
kooplui blij mogen zijn dat hen een plaats wordt gegund.
Inzicht in de samenhang tussen bezoek, marktbesteding en
invloed van de markt op de omzetten van de middenstand in
de directe omgeving ontbreekt al geheel en al. Eigenlijk is dat
vreemd. Wekelijks - zomer en winter door - begeeft ruim
éénvijfde van de totale Schiedamse bevolking zich naar een
evenement in het centrum. Het is de enige keer per week dat
een aanzienlijk deel van de bewoners van Schiedams
buitengebieden zich in het centrum vertoont, maar tot enig
besef van de potentiële mogelijkheden en aantrekkingskracht
van de markt schijnt dit bij de politiek niet te leiden.
Hierin verschillen de Schiedamse opvattingen overigens niet
met die in andere steden. Maar weinig steden hebben kans
gezien om de eeuwenlange traditie van gedogen om te buigen
in het stimuleren van de ambulante handel als belangrijke
economische impuls voor binnenstedelijke ontwikkeling. Het
voorbeeld van de grote steden Amsterdam, Den Haag en
Rotterdam die zich veel aan hun markten gelegen laten liggen
en durven investeren in infrastructuur en faciliteiten, vindt in
middelgrote en kleinere steden nauwehjks navolging. Baarn,
met een prachtige markt met grote regionale uitstraling, biedt
bijvoorbeeld geen enkele faciliteit, evenmin als Vlaardingen.
Gouda heeft de markt van oudsher gehandhaafd in het
centrum en ondervindt daar wekehjks alle last van omdat een
strikt verkeers- en parkeervrije zone nu eenmaal niet strookt
met de noden van het marktbedrijf, Ridderkerk heeft z'n
markt bijna om zeep geholpen door verplaatsingen en
reorganisaties en Delft veroordeelt de zaterdagmarkt tot een
centrum van funshopping omdat niemand met tassen
boodschappen, kilometers door een druk winkelcentrum gaat
lopen zeulen.Vanuit het oogpunt van folklore kan niemand
zich een mooiere markt voorstellen dan die op de Brabantse
Turfmarkt, maar het mankeert aan het echte marktleven
hetgeen aan koopgedrag en prijsniveau duidelijk te merken is.
De Schiedamse markt staat onder druk. Wie de lay-out van de
Schiedams markt naast het 'Beheerplan Binnenrotte'
(Nederlands enige op bestuurhjk, organisatorisch, economisch
en stedenbouwkundig niveau getoetste markt) legt, valt
onmiddellijk op dat de branchering in Schiedam neigt tot
verschraling. Ook dit is een landelijke tendens, waar de markt
geen mogehjkheid wordt geboden om zich aan te passen aan
nieuwe omstandigheden. Voor een deel liggen deze in de
veranderingen in het consumentengedrag. Waar vroeger de
stoffenkramen en fournituren een essentieel onderdeel van
elke markt vormden, wordt hun plaats nu ingenomen door
kooplui die zich hebben toegelegd op toebehoren voor de
mobiele telefoon. Dat is jammer, maar onvermijdelijk en vindt
een tegenhanger in het feit dat de tegenwoordige markt een
keuze biedt uit negentig verschillende kaassoorten tegen jong,
belegen en oud in het verleden.
Belangrijker zijn de veranderingen die het gevolg zijn van
andere opvattingen over Arbo, assortimentsbeheer en regel
geving. Op veel markten zijn de kooplui eraan gehouden om
hun eigen rommel op te ruimen. Het instituut van de
opgooier achter de vuilniswagen zoals Schiedam dat nog kent
is feitelijk uit de tijd. Veel kooplui zijn op afvoer ingericht.
Het groeiend assortiment maakt bovendien de aanschaf van een
marcovan aantrekkelijk, ofwel een bestelwagen die helemaal
voor de marktkoopman is ingericht. Achter geopende laad-
deuren bevindt zich de uitstalling alsmede de opslagruimte.
Het gebruik van de marcovan beperkt de arbeid van het
inrichten van de kraam. Wie markten in het buitenland
bezoekt zal daar geconstateerd kunnen hebben dat de kooplui
daar overwegend gebruik maken van eigen materieel en
marcovans. In Nederland wordt het beeld nog overheerst door
de traditionele kraam, hoewel ook deze z'n langste tijd gehad
heeft. Jonge ontwerpers hebben inmiddels lichtgewicht,
opvouwbare kramen ontworpen, die beter passen in onze
ergonomische opvattingen dan de huidige houten plankieren.
In toenemende mate wordt gebruik gemaakt van verkoop
wagens. Levensmiddelen waaronder vis, vlees en kaas zullen
vanwege de Keuringsdienst van waren straks niet meer vanaf de
kraam mogen worden verkocht en ook bakplaatsen zijn straks
niet anders toegestaan dan in gesloten hygiënische wagens.
Jan van Meel: 'De markt past zich aan aan veranderende
bestedingspatronen en opvattingen over hygiëne en
verzorging. Vanuit het oogpunt van nostalgie wordt vaak de
nadruk gelegd op gezelligheid, vertaald in rommeligheid en
wanorde. Je moet alleen niet vergeten dat de Rotterdamse
markten bijvoorbeeld een omzet bereiken tussen de drie- en
vierhonderd miljoen gulden per jaar. Landelijk gerekend is de
markt een miljardenbedrijf waarin de ambulante handelaar
goed is voor vijf procent van de totale detailhandelsomzet.
De gedachte dat de markt vooral een nostalgisch instituut is,
moetje volledig van je afzetten. De markt weerspiegelt het
economisch klimaat. Fun alleen is niet voldoende om publiek
te trekken. Het gaat ook om economisch voordeel, om
specialiteiten en om het kunnen vergehjken van waren en
prijzen. Met fun breng je niet elke week zo'n twintig duizend
mensen op de been'.
Het bieden van divertissement is geen uitgangspunt voor de
Nederlandse markt. Dat betekent niet dat de attractiviteit niet
goed in de gaten wordt gehouden. Palinka Nooyen zou in
navolging van Rotterdam en Amsterdam graag zien dat de
markt 'gekruid' werd door de plaatselijke horeca.
Nooyen; 'Je ziet wat voor aantrekkingskracht snackwagens
hebben, maar ook hoe vol de terrassen zitten in de nabijheid
van de markt. De markt is een motor in de wisselwerking
tussen gevestigde en ambulante detailhandel. Mensen gaan niet
voor speelgoed naar de markt, een enkeling uitgezonderd.
Ze combineren echter wel het bezoek eraan met de wekelijkse
gang naar de markt. Een vergelijking tussen de Rotterdamse
centrummarkt en Schiedam valt moeilijk te maken. Rotterdam
is voor een enorm stedelijk en regionaal verzorgingsgebied
een begrip. Maar dat betekent niet dat voor Schiedam andere
regels zouden gelden.
Dat heeft de Rotterdamse centrummarkt maar al te duidelijk
ondervonden toen de markt op andere en verschillende
locaties was ondergebracht. Bij de vestiging op de Binnenrotte
is ons duidelijk gebleken dat de markt aan gezelligheid wint
als aandacht wordt besteedt aan doelmatigheid, goede
faciliteiten en een algemeen klimaat waarin de koopman
plezierig z'n werk kan doen. Want vergeet niet dat de markt
nog altijd een belangrijke en vitale handelsplaats is. Alleen is
het zo verdomd moeilijk om de politiek daarvan te
overtuigen'.