Aad Wagenaar
3
In de laatste Musis werd enkele malen het
blad van de Schiedamse Gemeenschap
genoemd als inspiratie voor het
tegenwoordige Musis. En begrijpelijk.
Hoewel de verschillen minstens even talrijk
zijn als de overeenkomsten, is er één
belangrijke parallel. In de jaren zestig werd
in een elegante coupe de grace het SG
magazine omgevormd van verenigingsblad
tot een journalistiek blad. Hoewel..., tijd en
sociale structuur van Schiedam waren nog
anders en jorunalistieke onafhankelijkheid
niet zo vanzelfsprekend als nu. Aad
Wagenaar beschrijft hoe de SG een echt
magazine werd en verhaalt van zijn eerste
aanvaring met een Schiedams notabel die
de publicatie van zijn geschreven portret
met succes verhinderde. Musis zocht in het
archief en ontdekte daar de foto die Hans
Visser voor dit artikel had gemaakt maar
die nimmer werd afgedrukt. Alsnog horen
wij de deftige notaris Blaisse fulmineren
tegen het hedendaagse muziekrepertoire en
toont Hans Visser ons de magistraat in een
door hemzelf geregisseerde pose.
Musis 382
Uj
Cc
Uj
Uj
r-J
In de zomer van 1964 lag ik in het 17de-eeuwse r.k.
ziekenhuis van mijn toenmalige woonplaats Dordrecht bij
te komen van een chirurgische ingreep aan mijn stuitje,
toen onaangekondigd Fred Pfeifer aan mijn bed verscheen,
de directeur van de Schiedamse Gemeenschap. Hij had een
mandje fruit bij zich en een verzoek. Wilde ik eindredacteur
worden van het maandblad van zijn stichting, het mij
welbekende periodiek dat hij zelf ruim vijfjaar had
geredigeerd maar dat hij nu, wegens een nieuwe functie die
hem in Zwolle wachtte, ging verlaten?
Ik eindredacteur van de SG? Op mijn 25ste reeds in de
schoenen van Pierre Janssen? Zeven jaar nadat ik in de
Schiedamse editie van het Rotterdamsch Nieuwsblad mijn
eerste stukje had gepubliceerd - een tegen 4 cent per regel
geschreven verslag van een avondje van de
cactuskwekersvereniging Succulenta geroepen worden op
het hoogste journalistieke podium dat in de kleine stad
Schiedam bestond?
'Ja natuurlijk wil ik dat,' zei ik tegen Pfeifer.
Ik was in Schiedam opgegroeid en had er mijn eerste stappen
gezet in de journalistiek. Spoedig was ik bij Het Vrije Volk
terechtgekomen, de toen grootste krant van Nederland. Het
socialistisch dagblad had me via posten in Amsterdam, Alkmaar
en Assen in 1962 naar Dordrecht gezonden. Uit die laatste,
tamelijk nabije stad stuurde ik af en toe een artikeltje naar de
Schiedamse Gemeenschap, dat steeds werd geplaatst en karig
beloond. Ik was daar telkens weer verguld mee, want ik
beschouwde het SG-orgaan niet alleen als een mooi blad om
te zien maar vond ook dat het een intellectuele status had
waaraan ik zelf nog lang niet toe was bij voorbeeld met die
polemische artikelen van enkele jaren terug, die ik me van de
toenmalige eindredacteur en museumdirecteur Pierre Janssen
herinnerde, zoals het vlammende 'McCarthy in Schiedam?'
maar waarvan ik inmiddels niet meer weet wat het betrof.
De laatste tijd vond ik het blad van de Schiedamse
Gemeenschap echter wat saai geworden, maar ik waagde het
in mijn ziekbed niet om eindredacteur Pfeifer daarop aan te
spreken. Twee maanden later, in zijn afscheidscolumnpje begon
hij er zelf over. 'Trouwe lezers zullen bemerkt hebben,' zo
schreef Pfeifer,'dat voortdurend gestreefd werd naar objectieve
voorlichting van en over Schiedam. Dat lukte de ene keer
beter dan de andere, maar de eerhjke bedoehng was er steeds.
Hoewel het wel eens moeite kostte is onze pen altijd beheerst
gebleven. Het tegenwoordig zo in zwang zijnde uitvechten
van persoonlijke meningsverschillen (c.q. rancunes) via
openbare persorganen is in ons blad steeds vermeden.'
Vervolgens kondigde Pfeifer zijn opvolger aan, mij: 'De
ervaren heer Aad Wagenaar'. In de ditjes-en-datjesrubriek Van
Schie tot Dam werd ik nóg eens ingeleid, nu als 'deze
bekwame, geboren en getogen journalist'.
Die ervaren, bekwame, geboren en getogen Wagenaar had zin
om het als eindredacteur heel anders dan vroeger te gaan doen
met het maandblad van de Schiedamse Gemeenschap. Hij
zwoer met het vuur van zijn leeftijd bij journahstieke
researchformules als toentertijd juist in bladen als Vrij
Nederland geïntroduceerd, bij van Time Magazine afgekeken,
DE VLEGELJAREN VAN
EEN SCHIEI