Wereldberoemd in Vlaardingen
Tl
li
if'
Bert van Bommel
Als je op televisie komt, ben je in één klap een bekende Nederlander. Maar het is net als
met de krant, waarin de volgende dag de vis wordt verpakt. Even ben je bekend, even
snel weer vergeten. Ik kan daar over meepraten, want het is mij wel eens overkomen dat
ik op televisie was. De daarop volgende dag was er zelfs een conducteur in de trein die
mij vroeg: 'u was toch gisterenavond op televisie?'. De kans dat er nu nog een komt die
zegt: 'u was in januari toch op televisie' is uiterst gering.
119 Musis
Er zijn heel veel mensen die niet (echt)
bekend zijn, maar waarbij je wel kunt
zeggen dat ze 'niet onverdienstelijk' zijn
(geweest)Op de een of andere manier
lijken deze 'onbekende-niet-onverdien-
stelijken' haast sympathieker en interes
santer dan de baanbrekers en andere
'echte beroemdheden'. Bovendien kan
de maatschappij niet alleen draaien op
beroemdheden, dus is het tweede
echelon net zo onmisbaar. Zonder
tweede echelon zouden beroemdheden
zelfs hun ideeën nooit hebben kunnen
verspreiden en waren ze dus ook nooit
beroemd geworden.
In mijn artikel 'Vlaardingse monumenten
en stadsgezichten' in het Historisch
Jaarboek 1998 is een aanzet gegeven
voor een inventarisatie van de waarde
volle gebouwen in Vlaardingen. Een aan
tal daarvan is ontworpen door (betrek
kelijk) bekende architecten, zoals David
van Stolk, Michiel Brinkman, Jan Wils,
Huig Maaskant, Dirk Roosenburg en
Joost Boks. Als je naar gebouwen van
deze architecten kijkt heb je het grote
voordeel dat deze met weinig moeite
binnen een oeuvre kunnen worden
geplaatst. Zijn de architecten minder
bekend, dan wordt het moeilijker om
zonder verder onderzoek iets over hun
werk te zeggen. Soms glijd je wel eens
uit, zoals mij in bovengenoemd artikel
bij een villa aan de Karei de Grotelaan
gebeurde.
Ik bezocht als kind de Ds. A.S.Talma-
school in de Vlaardingse Westwijk. Bij
mij in de klas zat een meisje - waarmee
ik overigens verder niet of nauwelijks
contact had - dat aan de Karei de
Grotelaan woonde: Frederique van
Voorst Vader. Toen ik een keer, nadat de
andere kinderen waren vertrokken, mijn
kaplaarzen niet vond, maar alleen
kaplaarzen met binnenin de letters
'FVW', werd ik door de 'meester' naar
de Karei de Grotelaan gestuurd om deze
'FVW-laarzen' voor mijn eigen
kaplaarzen te gaan ruilen. Ik vond
Frederique (en mijn laarzen) in de villa
op de hoek van deze straat. Ik was - zelf
woonachtig in een vierkamer flatje op
een tweede verdieping - zeer onder de
indruk van dit fraai ontworpen, ruime
huis. Die indruk is mij tot de dag van
vandaag bijgebleven.
In 1989 mocht ik het jubileumboekje
van het architectenbureau Geluk en
|BHB|
Treurniet schrijven (What's in a name)
Toen ik jaren later de daarin gepubli
ceerde lijst van werken nog eens door
nam ontdekte ik daarop de villa Van
Voorst Vader aan de Karei de Grotelaan.
Het leek slechts een kwestie van
optellen, zo simpel als één en één twee
is: de mooie indrukwekkende villa was
blijkbaar van Geluk. Een zeer opmerke
lijke villa binnen het oeuvre van deze
architect, dat wel, en daarom zeker een
vermelding in het artikel in het
Historisch Jaarboek waard.
Vrij snel na het verschijnen ervan schreef
Matthijs Struijs dat de afgebeelde villa
niet het huis van Van Voorst Vader was.
Bovendien was het niet van de hand van
Geluk, maar van Steensma. Ik was
blijkbaar in mijn jonge jaren niet naar
het huis van Frederique gegaan, maar
had haar (en mijn kaplaarzen) bij buren
van haar aangetroffen.
Van Geluk weet ik het nodige.Van
Steensma heb ik wel eens gehoord, maar
ik zou zo gauw geen andere werken van
hem kennen dan die ene villa, waarmee
ik de mist ben ingegaan. Ook weet ik
nog net dat hij met andere architecten
onder leiding van Auke Komter en
Willem van Tijen aan stedenbouw-
7. Badhuis A. aan de
U.. -. Valeriusstraat, 1949
2. Badhuis A. aan de
Valeriusstraat, 1949
3-4. Bungalow
Baronielaan 3, 1969,
gebouwd voor Ir.C.H.
Buschman
5. Bungalow Baronielaan 5,
1968.
6. Bungalow Baronielaan 7,
1965, gebouwd voor P Poot