van het oppervlakk
toeristische program
Musis 310
bouw van het ABC-complex begon, en die rond de ruïne van
het Huis te Riviere, voorafgaand aan de bouw van het stads
kantoor en het Theater aan de Schie, de meest recente zijn. De
resultaten daarvan zijn in Schiedam echter nooit gepresenteerd.
Sjef Henderickx vindt dat een slechte zaak. De gemeente
Schiedam betaalt het B.O.O.R. en hoort dus de resultaten voor
Schiedam op te eisen en het Stedelijk Museum te dwingen die
te presenteren. Dat dat niet gebeurt, verklaart hij uit de
'onwetendheid, desinteresse en gemakzucht' van het plaatselijk
bestuur. Hij is ervan overtuigd dat niemand in het stadskantoor
of het Stedelijk Museum in de toestand van de Schiedamse
geschiedenis geïnteresseerd is. Die overtuiging wordt versterkt
door de passieve houding van de wethouder van cultuur én de
directie van het museum in de discussie over de historische
collectie, en door zijn eigen overtuiging en ervaring dat het
materiële historisch erfgoed door diezelfde gemeente en
datzelfde museum schromelijk verwaarloosd wordt.
Sjef Hendericks weet bijvoorbeeld dat in het voormalige
Gemeentearchief aan de Korte Haven tientallen belangrijke
bouwfragmenten staan, waaronder gevelstenen uit de
stadspoorten. Niemand kijkt er naar om, ook het museum
niet. En misschien nog wel erger, de gemeente en het museum
lijken zelfs niet eens te weten waar belangrijke onderdelen van
de historische collectie zich bevinden. Uit een stadskantoor-
lijke e-mail van 12 juni 2001 blijkt dat zich 'sinds mensen
heugenis, in ieder geval reeds per 1-1-1989' in een depot aan
goudleer. Dat is wel recent gerestaureerd, maar op een ondes
kundige manier. Het is niet op rachels gespannen maar zo op
de vochtige muur geplakt met als gevolg dat het, volgens de
informatie van Sjef Henderickx, nu al aan het beschimmelen is.
Het enige andere goudleren behang bevindt zich in de
Grote Kerk. Dat is ook gerestaureerd, maar wel vakkundig.
Het hindert hem mateloos dat niemand in het stadskantoor of
het Stedelijk Museum zich druk maakt over de archeologische
collectie in Rotterdam, het vergeten depot aan de Slachthuis
laan, de bouwfragmenten aan de Korte Haven en het verkeerd
gerestaureerde behang in het Weeshuis. Hij vreest dat het
museum het allemaal niet weet en ook liever niet wil weten,
terwijl 'de politiek' het allemaal te ingewikkeld vindt en z'n
geweten sust met Het Geheim van Holland.
Schiedammer Sjef Henderickx heeft een negatief beeld van de
nonchalante manier waarop Schiedam met zijn geschiedenis
omgaat én een onbuigzame mening over de manier, waarop de
stad daarmee zou moeten omgaan, en die steekt hij geen van
beide onder stoelen of banken. Als het om de echte zorg voor
de geschiedenis van Schiedam gaat, is niemand daarmee
professioneel bezig. Hij wijt dat vóór alles aan de politiek.
Die denkt te kunnen scoren met moderne kunst en maakt
zich dus vooral druk over de vraag of er wel of geen Centrum
voor Moderne Kunst moet komen, maar bekreunt zich niet
om de geschiedeniscollectie. De plaatselijke volksvertegen
woordigers laten zich veel te gemakkelijk meeslepen door de
de Noordmolenstraat twee collecties 'beeldhouwkundige
werken en glas in lood' en 'oudheidkundige voorwerpen'
moeten hebben bevonden met een verzekerde waarde van
respectievelijk f 363.900 en f 357.400. Dat kwam aan het licht,
toen een plichtsgetrouwe ambtenaar die de verzekering van
die collecties moest verlengen, zich realiseerde dat Noord
molenstraat 4-6 al jaren geleden gesloopt was en het museum
nooit de nieuwe verblijfplaats van de collecties had gemeld.
Hij verlengde de verzekering niet automatisch, maar ging op
zoek en vroeg het museum waar de collecties gebleven waren.
Dat moest lang het antwoord schuldig blijven, maar Sjef
Henderickx wist, desgevraagd, wel te vertellen dat ze al jaren
in een pand aan de Slachthuislaan lagen. En zijn lijst met
zorgen is nog langer. De regentenkamer van het Weeshuis aan
de Lange Achterweg is de enige regentenkamer van een
Schiedamse instelling van weldadigheid met behang van
ongeïnteresseerde houding van het museum. Ze beseffen niet
dat de 'beleving van een stad begint bij de details'. Daarmee
bedoelt hij dat inwoners zich pas echt bij hun stad betrokken
gaan voelen, als ze de content van diens geschiedenis kennen
en dat ze die alleen kunnen leren kennen, als die goed
onderbouwd en prikkelend aan hen gepresenteerd wordt.
Over de vorm van zo'n presentatie kun je natuurlijk van
mening verschillen en ook daarover heeft Sjef Henderickx
uitgesproken ideeën. Hij gruwt in ieder geval van het
oppervlakkige en opportunistische gekoketteer met de
geschiedenis in de vorm van toeristische programma's als de
Fluisterboot en Het Geheim van Holland, waarin Schiedam
samenwerkt met Dordrecht, Delft en Leiden die daarnaast stuk
voor stuk wél zorgen voor en serieus aandacht besteden aan
hun geschiedenis. De Schiedamse Historische Vereniging is tot
het allerbeste bereid, maar amateuristisch en zo weinig partij