Schiedam - Sinji vrh
Saskia van Herwijnen
Van zaterdag 16 juni tot het weekeinde daarop verbleef Saskia van Herwijnen (SAGE) in
het Sloveense Sinji vrh. Zij nam met zesenentwintig andere kunstenaars uit verschillende
Europese landen deel aan een cultureel uitwisselingsprogramma.
Zoals bekend is Schiedam partnerstad van - onder andere - Velenje in de voormalige
Joegoslavische republiek Slovenië. Velenje heeft een cultureel centrum waarvan
medewerkster en kunstcritica Milena Koren Borzicek jaarlijks een aantal kunstenaars
voordraagt voor deelname aan de workshop "Slovenia open to art" op Sinji vrh. In 1995
besloot zij om ieder jaar ook een Schiedamse kunstenaar voor te dragen. Sindsdien zijn
verschillende Schiedammers afgereisd naar Slovenië. In 1995 waren dat Esther Zitman en
Sjef van Duinin 1996 Inge van Haastert, in 1997 Frits Kloppersin 1998 Frits Kloppers en
Jacques Tange in 1999 Ria Klop en dit jaar dus Saskia van Herwijnen.
Musis 334
Zaterdag 16 juni is het is zover. Na een enerverende reis, via
Utrecht, München en Ljubljana arriveer ik moe en bezweet
op Sinji vrh, een bergtop nabij Adov((ina. Het uitzicht is als de
achtergrond van een Italiaans renaissance schilderij. Bij helder
weer kun je de Adriatische zee zien en 's avonds ook de
lichtjes van Venetië. Hier verblijft de komende week een
gemêleerde groep kunstenaars waarin zo'n twaalf nationaliteiten
vertegenwoordigd zijn. Maar voorlopig zijn we nog met z'n
drieën: Klavdij Tutta, initiatiefnemer, organisator kunstenaar,
zijn vrouw Klementina Golija, mede-organisator kunstenaar
en ikzelf. De ontvangst is allerhartelijkst; het feit dat ik een dag
voor het begin van de workshop ben gearriveerd is geen enkel
punt. Enthousiast wijzen ze mij mijn plek in het atelier en
even later ook de tweepersoonskamer met eigen badkamer, die
ik vanaf zondag zal delen met Natasa Milovan(ev uit
Macedonië. Voor het eten geef ik een eerste miniatuurkruikje
jenever weg, want - uitgenodigd door partnerstad Velenje -
vertegenwoordig ik bij wijze van tegenprestatie voor mijn
reiskosten de stad Schiedam. Jan Brouwer van het Bureau
Communicatie en Externe betrekkingen heeft daarvoor een
tas vol relatiegeschenken meegegegeven. Aan petten en
kruikjes jenever is geen gebrek.
Het idee was om in Slovenië een levensgroot mens-object te
maken. Helaas er is niet echt gerekend op kunstenaars die
drie-dimensionaal werk maken. Alleen al het vervoer van een
object van bijna twee meter naar de expositiezalen blijkt grote
problemen op te leveren. Uiteindelijk stelt Klavdij voor om
van papier een model te maken en de hoteleigenaar Hieronim
Vidmar te vragen of deze een oplossing weet. Ondertussen
maak ik een aanvang met het opzetten van een doek. Na bijna
een jaar continu aan één project gewerkt te hebben, verlang ik
ernaar in Slovenië met heel andere dingen bezig te zijn.
Aan het werk is die eerste zondag ook Zmago Puhar
(Slovenië). Hij is nog niet gearriveerd of hij heeft zijn witte
werkjas al aan en begint met veel energie aan zijn doeken.
Allerlei kleuren zet hij op, tot er geen stukje wit meer over is.
Dat schiet op, lijkt het, maar de volgende dag bewerkt hij zijn
schilderijen verder en verder tot er een gekleurde vorm in een
strakke achtergrond ontstaat.
Maandagmiddag word ik naar de bar geroepen. Iemand uit de
omgeving blijkt dan al de houten figuren te hebben gezaagd.
Precies zoals ik ze hebben wilde. Natuurlijk mag ik niets
betalen. De tas van Jan Brouwer brengt uitkomst met een
kruikje jenever. Nu kan ik echt aan het werk en zelfs als
Natasa me meevraagt voor een toeristisch uitstapje blijf ik in
het atelier. Ik zal alle tijd nodig hebben om zowel de twee
figuren als het doek voor zaterdag te voltooien. Daarnaast
verzamel ik in meegenomen zakjes kleine herinneringen, deze
hang ik op in het atelier, dit wordt de 'Slovenian collection'.
Ook leg ik de hele week vast in zo'n 300 foto's.
Die zondagavond wordt de eerste gezamenlijke maaltijd
genoten. Rond de lange tafel zitten kunstenaars van diverse
pluimage. Er ontstaan de gekste spraakverwarringen en
woordspelingen. De gangmaker is de Kroatische beeldhouwer
Zvonimir Kamenar, die alle talen lijkt te spreken, maar in het
Nederlands niet verder komt dan "kijken, kijken, kijken,
Rotterdam, Amsterdam, Haarlem en speculaas", waar hij dan
aanstekelijk om moet lachen. Later blijkt hij ook geen Engels
te spreken, maar z'n Frans is aardig.
Wij vrouwen zijn met ons zevenen in de minderheid, maar
daarentegen is voor ons niets te gek. Sinji vrh is een plek om
nooit meer weg te gaan. Gedurende de hele week dalen we
dan ook slechts twee keer de berg af om ergens anders te eten.
De eerste keer dat dit gebeurt deel ik voor we vertrekken de
van Jan Brouwer gekregen petten uit. Ze blijken in de smaak
te vallen, dus tot zover heeft de Schiedam-promotie zin.
Op Sinji vrh zijn twee ruime ateliers gecreëerd. Daarnaast zijn