3
wmi
al
a/s
010 - 473 59 19 of 06-51392924
Hoogstraat 2
3111 HH Schiedam
010-473 59 19
E-mail: info@tempeloptiek.nl
Internet: www.tempeloptiek.nl
399 Musis
Maar daardoor kun je wel in de verte een schip zien varen.
Het petrochemische landschap aan de overkant van de
Nieuwe Maas is ronduit betoverend, als al die lichtjes
aangaan...Langzaam begin ik Mondriaan te begrijpen, mooi
te vinden."
In Zwitserland werkte hij een tijd bij het circus Viva, een
noodlijdend gezelschap onder een cholerische directeur. "Het
personeelsverloop was dramatisch. Ik werd met een gewoon
rijbewijs chauffeur op veel te grote en te brede vrachtwagens
met veel te veel aanhangers en daarachter nog een caravan. En
daarmee dan over de kronkelende bergwegen van het Berner
Oberland. Het was keihard werken, dertien, veertien uur per
dag. Ik hielp bij het opbouwen, was assistent van de fakir en
streelde de pony's." Dit circus was voor Moritz de afspiegeling
van de wereld van Robert Crumb, waarin alles hopeloos,
tevergeefs is. De driedubbele salto die door de
spreekstalmeester wordt aangekondigd en door een lichteffect
ook een driedubbele salto lijkt, maar in werkelijkheid slechts
een dubbele salto is. De show, de droom, de illusie, het wankel
evenwicht, de adembenemende treurigheid van het circus.
Hij praat er met liefde, bijna met heimwee over.
"Ik ben een perfectionist. Ik wil dat mijn werk heel erg mooi
en esthetisch is en dat het klopt. Aan de andere kant heb ik
constant de neiging om het net even fout te doen. Mooi rond
wordt dan een klein beetje ovaal. Als iets werkelijk perfect,
paradijselijk mooi is, dan is het ook minder interessant.
Een fout kan heel erg mooi zijn, in die zin ben ik ook een
surrealist. Door de "fouten" die ik, deels uit onvermogen,
maak is een tekening of schilderij van mij misschien minder
esthetisch, maar daardoor wel interessanter en emotioneel
preciezer."
In het kleine toont zich bij Moritz Ebinger het
monumentale, in het monumentale het kleine. Ook zijn
sculpturen zijn eigenlijk tekeningen. In de Hoeksewaard,
ergens op een eiland, maakte hij een complete archeologische
vindplaats. Tijdens zijn opgravingen "vond" hij het skelet van
een dinosaurus, zestien meter lang en vier meter hoog.
Kinderen zwommen naar het eiland en klommen in de
reusachtige botten van het prehistorische reptiel. In het
Centraal Museum te Utrecht hing hij tegenover een grote
foto van zijn pasgeboren zoontje het door hemzelf
uitgekookte geraamte van een paard. De evolutie in
vogelvlucht, dood versus nieuw leven. In zijn tekeningen
maken zijn absurde figuren vaak diezelfde species-jump",
de toevallige sprong van de ene in de andere soort. Een klein
streepje of vormpje verbeeldt miljoenen jaren ontwikkeling.
Op de kale flatwanden in Wormer schilderde hij twee
reusachtige cartooneske kangeroes met een jong in de buidel,
symbool van huiselijkheid en geborgenheid. Sommige
flatbewoners vinden de schilderingen prachtig, anderen
minder, bekent hij lachend.. De beheerder van een
nabijgelegen natuurmonument, de veenmeester, meende zelfs
dat kangeroes niet pasten in de Hollandse fauna.
In de fauna van Ebinger passen ze echter uitstekend.
Voor het decoreren van de nieuwe bibliotheek kon de
gemeente Maassluis met Moritz Ebinger bijna geen betere
keuze doen. Hij doet dat overigens in samenspraak met
grafisch kunstenares Geerten Ten Bosch, aan wie hij een deel
van de opdracht doorspeelde. De fantastische
wandschilderingen-in-wording laten zich lezen als een
(kinder)boek. Het bevat in beelden nog fantastischer verhalen
als waarmee Vlaardingen in woorden kennismaakte tijdens de
lange tocht met de Granma. Het radicale toeval van Ebinger
aardt goed in deze oude visserssteden. Een gevolg misschien
van het heimelijk genot
waarmee in deze steile
gemeenten de stoere
verhalen van vissers en
slepers van generatie op
generatie onder het
lamplicht, in de kroeg en op
het leugenaarsbankje zijn
doorverteld.
Vanaf 29 november tot
24 februari is in het
Maassluise Gemeente
museum een tentoonstelling
van tekeningen, schildeijen
en sculpturen van Moritz
Ebinger te zien. Volgende
solo-exposities staan hier
gepland voor november
2003 en dan weer tien jaar
later in 2013, ook in
november. Typerend voor de
manier van denken van
Ebinger, die in het
melodrama van de evolutie
als kunstenaar net zo
onderhevig is aan het
radicale toeval als de
wonderlijke wezens die uit
zijn penseel of potlood
ontstaan.