1
■Jill 1
PEKEL
pr i
Onveranderd
Vlaardingen
pi
viruwav; 1
uiSgfS I
Bj
1
401 Musis
mentaliteitsverandering kunnen actieve Schiedammers
betrokken blijven bij het oplossen van alle problemen waar
Schiedam voor staat.
Die problemen zijn fors. Niet overal is het grotestedenbeleid
(GSB) succesvol en in de lijst van 21 grote steden (de G21,
exclusief Rotterdam, Den Haag, Amsterdam en Utrecht) loopt
Schiedam een verdere achterstand op. Voor zover er
vooruitgang wordt geboekt in de bestrijding van
werkloosheid, armoede, onderwijsbarrières, geringe
woonkwaliteit en laag opleidingsniveau, profiteert Schiedam
onvoldoende mee. De stad blijft achter ten opzichte van
vergelijkbare gemeenten. Brinkman ziet twee hoofdoorzaken.
In de eerste plaats: de organisatievernieuwing bij de gemeente
stokte, waardoor veel ambtenaren weggingen en het
'institutionele geheugen' werd aangetast (nieuwe ambtenaren
hebben niet meteen de kennis van hun voorgangers). In de
tweede plaats: lange tijd durfde de gemeenteraad geen radicale
keuzes te maken om de wijken Nieuwland en Groenoord te
herstructureren. Het beheerplan Nieuwland kreeg geen goed
vervolg. Slechts in een laat stadium kreeg PvdA-wethouder
Peter Groeneweg zijn partij achter zich, voor hetzelfde beleid
waarmee Groenewegs voorganger Adri Reijnhout nog
nauwelijks op de PvdA mocht rekenen. Maar nu er het inzicht
doorbreekt dat Groenoord en de rest van Nieuwland op de
schop moeten, is volgens Brinkman een ernstige impasse
doorbroken. Bovendien is er ambtelijk draagvlak voor de visie
van gemeentesecretaris Piet Buytels om de
organisatievernieuwing alsnog in goede banen te leiden.
Dat zijn de twee factoren, die Brinkman optimistisch stemmen
- want rooskleurig werd het hem voorgespiegeld in de
ochtendsessie op het Stadserf. Dat met name voorzitter John
van Gestel 's middags namens de Schiedamse
bewonersorganisaties omstandig betoogde hoeveel frustraties
actieve Schiedammers oplopen omdat het stadsbestuur mets
met hun inbreng doet, dat kon Brinkman niet afbrengen van
een vooraf ingezet positivisme. Wat kon Brinkman anders? In
Den Haag tegen minister Roger van Boxtel vertellen dat de
Schiedamse raad pover presteert en dus de vele miljoenen uit
de GSB-pot moet terugbetalen? Daar zou het maatschappelijk
kader in Schiedam evenmin bij gebaat zijn. In die zin mag
iedereen tevreden zijn met de 'prudente progressie' die
Brinkman willens en wetens ontwaart. Schiedam behoudt zijn
recht op extra rijkssteun.
Dat Brinkman vooruitgang bespeurt, is
natuurlijk ook in het voordeel van minister
Van Boxtel. De bewindsman ziet liever dat
de steden, die hij speciaal onder zijn hoede
heeft, in de lift omhoog zitten dan dat het
onveranderd bergafwaarts gaat. Alles het
goed gaat met Schiedam, juist met dat
moeilijke Schiedam, dan heeft Van Boxtel
het knap gedaan - zo werkt dat in de
pohtiek.
Nu is de commissie-Brinkman niet
helemaal gek. Er zitten wethouders in, een
burgemeester. In de slotparagraaf van hun
Schiedam-rapport doen ze aanbevelingen,
waardoor het op zijn minst lijkt alsof ze de
stad toch grondig hebben geanalyseerd.
Ze hebben gemerkt dat Schiedam geen
duidelijk smoel heeft. De stad zou eens over
een identiteit moeten nadenken, een imago
waarmee je je binnen de Rijnmond kunt
onderscheiden. Dat is gemakkelijk
geconcludeerd, Brinkman en de zijnen
doen niet de minste suggestie, maar het staat
wel aardig. Schiedam heeft een identiteit nodig. Nog zo één:
er bestaat in de Schiedamse pohtiek geen cultuur van
rekenschap afleggen. Er wordt te weinig gekeken of
investeringen ook het resultaat opleveren dat ermee beoogd
werd. Daar moeten mensen binnen en buiten de
gemeentelijke organisatie op worden aangesproken. Ja, dat staat
voortreffelijk. Maar daar hadden we Brinkman toch voor?
En die doet dat niet.
't Is mooi. De visitatiecommissie-Brinkman heeft „een grote
betrokkenheid, steun, veelheid aan ideeën en trots in
Schiedam" aangetroffen. Met behulp daarvan, staat in de
allerlaatste passage van het rapport, „moet het mogelijk zijn
om de progressie die zich aftekent verder te verstevigen.
Het is nu of nooit!"
In wezen valt de commissie-Brinkman met die slotzin door de
mand. In het rapport staat geen enkele analyse, waarop het rare
axioma is terug te voeren dat het deze keer in Schiedam nu of
nooit is. Het blijkt nergens uit. Als het nu niet is, maar morgen
of overmorgen, waarom dan nooit? Is het morgen te laat?
Zal er nooit een herkansing zijn als we het nu niet doen?
Waaraan ontleent Brinkman die wijsheid?
Hij baseert het niet op gedegen onderzoek. Een beetje
research had de commissie-Brinkman wijzer kunnen maken.
De stad heeft de laatste tien jaar zoveel kansen gehad. Toen de
Nieuwe Passage werd opgeleverd, was burgemeester Reinier
Scheeres overtuigd dat er in de stad een nieuw élan was, een
nieuw élan om zaken voorspoedig en daadkrachtig aan te
pakken, met creativiteit en enthousiasme. Maatschappelijke
organisaties hadden zo hun zienswijzen wel over de voortgang.
Maar van bestuurlijke zijde stokte het proces. Het college van
burgemeester en wethouders zat niet op één lijn, stond in de
vorige Zelfanalyse, en de doorstroming in het ambtelijk
apparaat - een duiventil - zorgde voor tergend oponthoud.
Het proces van vernieuwing stagneerde.
Wil je daar niet moedeloos van worden, dan moet je je als
gemeentebestuur steeds vastklampen aan nieuwigheden.
De nieuwbouw aan het Stadserf zou fantastisch zijn voor
Schiedam-Centrum. De vestiging van Jan des Bouvrie in de
Korenbeurs zou de hele middenstand doen opveren.
De Benelux-metrolijn zou voor klandizie zorgen. En nog voor
het zo ver is, wordt alweer een nieuwe hoop uitgesproken.
Het bouwplan voor het Hemaplein, Land van Belofte, moet
de binnenstad opkrikken. Och, heden! Wat
krijgen we daarna weer?
Het is een aaneenschakeling van nobele
voornemens, maar het wordt dusdanig
staccato gebracht - nieuw, nieuw, nieuw -
dat het steeds weer een reclame-slogan lijkt
om Zwart Nazareth wit te wassen, witter
dan wit, schoner dan schoon, zo schoon en
droog, always!
Juist in zijn presentatie van plannen doet
Schiedam al jarenlang alsof het nu of nooit
is. En telkens valt het wel weer mee. Steeds
is er wel een nieuw begin, een nieuwe
hoop - maar niet altijd een nieuw élan.
Het gemeentebestuur heeft de inzet niet
om dat élan in de stad aan te wakkeren,
vast te houden. En Brinkman vergoelijkt
dat in feite. Door de titel 'Nu of nooit'
overtreft Brinkman de gemeente Schiedam
in haar kortzichtigheid. Het is in die zin
een uitgesproken Schiedams rapport
geworden.
Elke stad krijgt de regenten die ze
verdient. Schiedam, you're worth it.
1 fllft ffSlSPln
y StHfc i 14j»/3 fg
1 i-g?y;
Srantf*m»l %p*t*iutn