Een rapport zonder voorland Hajo de Bruijn Met trots - wie had anders verwacht - maakte staatssecretaris Johan Remkes begin december in een brief aan de Tweede Kamer bekend, dat multicultureel bouwen inmiddels stevig op de landelijke, regionale en lokale kaarten is gezet. Hij baseerde zich op de resultaten van vijf innovatieprojecten in vijf verschillende gemeenten. Ook verschafte hij het parlement in zijn brief cijfermateriaal betreffende woonwensen en woonbeleving van allochtonen. Het is allemaal botertje tot de boom volgens de bewindsman; een merkwaardige uitspraak voor wie de actuele woonsituatie van allochtonen in de grote steden kent. De aan de Erasmusuniversiteit verbonden sociaal- cultureel marktonderzoeker Hajo de Bruijn hield de brief van Remkes tegen het licht en Musis vroeg aan woningcorporaties Waterweg Wonen en Woon plus of zij zich in het staatssecretariële schrijven konden herkennen. 9 Musis «;v. Waar de politiek en regering marktgegevens interpreteren als grondslag voor hun visie of beleid, is een gepast wantrouwen op z'n plaats. Economische ontwikkelingen plegen zich over het algemeen niet te houden aan politieke of bestuurlijke modellen. Daarbij heeft het bestuur vaak de neiging om uit de uit onderzoek beschikbare gegevens slechts die elementen te pikken die haar voor het moment goed uitkomen. Zowel bij het bestuurlijk enthousiasme, waarmee Schiedam gelooft dat de vestiging van Jan des Bouvrie cs alle heil voor de ontwikkeling van de Schiedamse binnenstad zal brengen, als Vlaardingen zichzelf een culturele hausse belooft vanuit de ontwikkeling van de binnenstad en Remkes spreekt van successen op het gebied van cultureel bouwen, is reserve op z'n plaats. De problemen die steden als Schiedam en Vlaardingen ondervinden op het gebied van huisvesting van veelal laaggesalarieerde of onder het bestaansminimum levende allochtonen, zijn met vijf geslaagde (bouw)experimenten niet opgelost. De etnomarktonderzoekers van Focuz die in opdracht van het Ministerie vanVROM de cijfers verzamelden, waarop de staatssecretaris zich baseert, maken in hun samenvatting ook het voorbehoud dat gegevens betreffende lokale situaties slechts verspreid en zeker niet eenduidig beschikbaar zijn. Hun rapportage beperkt zich derhalve tot algemene en tamelijk vage lijnen.Verder dan een globale indruk willen ze niet gaan. De diversiteit in woonbeleving en in woonwensen van allochtonen is minstens zo groot als die van autochtonen, doet Remkes de Tweede Kamer weten. Het onderzoek hiernaar heeft zich uitgestrekt onder Turken, Marokkanen en Surinamers. Deze open deur vraagt om toelichting. Wat kunnen de woningcorpraties die van dit gegeven uit praktische ervaring waarschijnlijk beter op de hoogte zijn dan de staatsscretaris zelf er vervolgens mee aan is de vraag, waar Remkes zijn brief vervolgt met: Verder bestaat er een opmerkelijk verschil tussen de woonwensen en de woonsituatie van allochtonen: vijfenveertig procent wil een koopwoning en slechts twaalf procent heeft er een; tachtig procent wil een eengezinswoning en veertig procent bewoont er een. Verder is ook onder allochtonen een grote vraag naar ruimere woningen in een veilige en nette woonomgeving.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Musis | 2002 | | pagina 9