Hoe meer theater, hoe beter
Wat moeten we met de StadsgehoorzaalDat is de centrale vraag
die de redactie mij stelde. Ik vind het om twee redenen leuk op die
vraag antwoord te geven. Bijna 20 jaar geleden was ik werkzaam als
zelfstandig onderzoeker en adviseur en heb ik voor de gemeente
onderzoek gedaan naar de toekomstmogelijkheden van de
Stadsgehoorzaal en de aanpalende Harmonie.
Hans Onno van den Berg
135 Musis
De conclusies van dat onderzoek waren: bouw een nieuw
theater en restaureer De Harmonie. Ter adstructie daarvan heb
ik indertijd een foto uit het archief van Vlaardingen
toegevoegd, waarin De Harmonie in zijn volle glorie, met tuin
en openslaande glasdeuren als Grand Café en Thé Dansant in
gebruik is. En: zolang je geen geld hebt voor nieuwbouw van
de Stadsgehoorzaal, volsta dan met een lik verf, maar besteedt
niet teveel energie aan een gebouw dat in de moderne tijd
nooit meer een echt volwaardig theater zal worden. Dat hier
sprake was van één van de weinige overgebleven monumentale
gebouwen van Van Ravesteyn was wel bekend, maar speelde in
het advies en de daarop volgende discussie nauwelijks een rol.
Het is er toen nooit van gekomen. Het zittende college kreeg
opeens problemen met vervuiling van een polder en de daarop
volgende colleges hebben het dossier Nieuw Theater een tijdje
laten liggen. Inmiddels zijn we ruim. 20 jaar verder. Zelf ben ik
van adviseur-onderzoeker directeur van de Vereniging van
Schouwburg- en Concertgebouw Directies (VSCD)
geworden, een belangenorganisatie van 125 theaters in
Nederland, waar ook de Stadsgehoorzaal lid van is. De
Stadsgehoorzaal heeft in die tijd inderdaad 'likken verf'
gekregen, maar is niet radicaal verbouwd of vernieuwd en ook
de Harmonie is niet gerestaureerd. De betekenis van Van
Ravesteyn weegt echter opeens veel zwaarder dan toen. Niet
alleen functionaliteit, ook monumentaliteit is nu een issue. En
functionaliteit en monumentaliteit vallen niet vanzelf samen.
Als directeur van de belangenvereniging van theaters is mijn
boodschap een simpele: hoe meer theaters, hoe beter. Een
dergelijke oproep is voor een directeur van een branche
organisatie natuurlijk nogal voorspelbaar, maar hij is niet
zonder grond. Het gaat namelijk heel goed met het
theaterleven in Nederland. Het aantal producties,
voorstellingen en de hoeveelheid publiek groeit de laatste tien
jaar gestaag. Erger: steeds meer mensen moeten worden
teleurgesteld. Programmabrochures worden steeds vaker de dag
van bezorging gespeld en direct retour gefaxed om ervoor te
zorgen dat de gewenste voorstellingen geboekt kunnen
worden, of theaters hanteren ingewikkelde lotingsystemen om
een keuze te maken uit de vele over-inschrijvingen. De
verwachting is dat deze trend zich de komende jaren zal
voortzetten. De groei van het theaterbezoek loopt achter bij
die van andere vrije tijdsbestedingen buitenshuis, zoals sport,
vakantie, buiten de deur eten en drinken e.d. Dc reden
daarvan is onder andere het hiervoor genoemde
capaciteitsprobleem. Wij schatten dat alleen al hij de VSCD
theaters jaarlijks 500.000 tot een miljoen mensen moeten
worden teleurgesteld. Het is niet aan te nemen dat die dan
maar naar een andere, niet uitverkochte voorstelling gaan.
Verder blijkt theaterbezoek direct gerelateerd aan
gezinssamenstelling. Alleenstaanden en stellen zonder kinderen
gaan vier tot zes keer vaker naar het theater dan stellen met
kinderen. Het aandeel alleenstaanden en stellen zonder
kinderen op het totaal van de bevolking stijgt van jaar tot jaar
en zal blijven stijgen als ook de nieuwkomers m ons land de
voordelen van een dubbele baan en weimg/geen kinderen
gaan ontdekken. Tenslotte is er een meer inhoudelijke reden
dat het theaterbezoek zal stijgen omdat met de groeiende
ontkerkelijking niet de behoefte aan zingeving is verdwenen.
Het theater speelt - op onderdelen juist op die behoefte in.
Kortom, de kreet 'hoe meer theaters, hoe beter' is niet zonder
grond en wordt gehoord. In totaal hebben gemeenten voor ca.
250 miljoen tot 500 miljoen aan (ver)bouwplannen voor
ca. 65 theaters, popzalen en musea en het is opvallend dat ook
randgemeenten als Amstelveen, Nieuwegein en Spijkenisse, om
een paar voorbeelden te noemen, het aandurven om ruim te
investeren in nieuwbouw voor het eigen theater. Kortom, er is
alle reden om ook in Vlaardingen een stevig gebouw met
enkele zalen van uiteenlopende omvang neer te zetten, als het
even kan, inclusief een zaal voor popmuziek.
De vraag is of de huidige Stadsgehoorzaal in al zijn
monumentale aanwezigheid voor een nieuwe theaterfunctie
geschikt is. Het verschrikkelijke antwoord daarop is mijns
inziens nog steeds nee. Natuurlijk kan de Stadsgehoorzaal nog
jaren mee, maar veel van de gewenste en inmiddels
noodzakelijke functionaliteiten van een modern
theatergebouw zijn er niet aan toe te voegen, zonder het
monumentale karakter ervan grondig te vernielen. De
podiumtechniek is de afgelopen jaren overal spectaculair