Een fles een geschiedenis waardig Met de fles waarin Notaris moutwijnjenever zich in 1988 presenteerde, sloegen Dick Jansen en John Vlek op de Nederlandse gedistilleerdmarkt een weg in waarvan het bestaan bijna vergeten was. Vandaar dat niet werd gekozen voor de overbekende heldere of groene glazen kruik waarin zowat elke gewone jenever zich hulde, maar voor een verpakking die rechtstreeks was afgeleid van de antieke, vierkante fles die ook wordt aangetroffen op zeventiende-eeuwse interieur- en herbergtaferelen. Uitgevoerd in hetzelfde zwartbruine glas, waaruit ook de oudste en mooiste flessen zijn geblazen die een middelpunt vormen op de tentoonstelling Glas, helder bekeken. Hans van der Sloot 155 Musis Fles en inhoud verschilden zowat in alles wat het pubhek bekend voorkwam. De jenever was voor de volle honderd procent een authentieke Schiedamse moutwijnjenever, gestookt volgens een negentiende eeuws recept van grootvader Herman Jansen. Voor de fles werd een bruin glas gekozen; het zoge naamde 'zwarte' glas dat tot in het begin van de twintigste eeuw gebruikelijk was voor Schiedams gedistilleerd en andere dranken. Bijzonder waren ook het zij- en frontstempel en de originele loden capsule waarover voor het eerst sedert bijna een hele eeuw weer het officiële - en wettelijk beschermde - waar merk van de gemeente Schiedam mocht worden geplakt ter garantie dat het hier een 'echte Schiedamsche jenever' betrof. Met Notaris bracht UTO, als één der vier Schiedamse distilleerderijen en behorend tot de grootste van Nederland, een beweging op gang die het jeneverminnende pubhek langzaamaan terugvoerde naar authentieke, meer aromatische jenevers. Het was een antwoord op een ontwikkeling waarin dit nationale gedistilleerd in de loop der jaren steeds lichter, steeds neutraler was geworden en bij het publiek de gedachte had postgevat dat er aan jenever niets bijzonders te genieten viel. Al in de Tweede wereldoorlog hield vader Herman Jansen striptekenaar Marten Toonder voor, dat iedere jenever nog geen jenever was en smaak en karakter afhingen van het vaak eeuwen oude recept - heel anders dan de jenevers die in die tijd al vervaardigd waren en waarin een chemisch preparaat de hand van de meester moest vervangen. Dat laatste was misschien overdreven maar zou wel werkehjkheid worden in het begin van de jaren tachtig waarin drankendiscount en witte slijter de kwahteit van de Nederlandse jenever bijna onderuit haalden. Jenever, dat na de Tweede wereldoorlog toch al veel van z'n status had verloren, devalueerde nog verder in de smaak van het grote pubhek. Overigens waren het ook flessen die in 1907 de rechtstreekse aanleiding waren tot stichting van UTO. In dat jaar opende brander-distillateur Herman Jansen een verkeerd gestuurde nota, waaruit bleek dat de glasfabriek aan hem hogere prijzen berekende dan aan zijn concurrenten. Jansen aarzelde geen moment en stichtte zelf een glasfabriek onder de naam Uit Tegenweer Opgericht; UTO. De glasfabriek doofde in 1922 alweer haar vuren en de bedrijfsnaam verdween tot het moment waarin de Delftse distilleerderij Vlek en Distilleerderij Herman Jansen tot samenwerking kwamen. Geen van beide familienamen mocht in de samensmelting tot uitdrukking worden gebracht. Het opnieuw leven inblazen van de naam UTO leek daarom de beste optie. De distilleerderij behoort onder leiding van kleinzoon Dick Jansen momenteel tot de grotere distilleerderijen in Nederland en één van de vier resterende in Schiedam. Met de introductie van de Notaris moutwijnjenever, welk merk stamt uit de hoogtijdagen van de Schiedamse gedistilleerdindustrie, herstelde UTO bovendien de traditie van het officiële 'zegel op de echtheid van de Schiedamsche jenever'. Grootvader Herman Jansen toonde zich in 1901 één van de vurigste pleitbezorgers van instelling van deze stedelijke garantie. Dick Jansen kent, als zesde nazaat in rechte lijn van Petrus Jansen die zich 1770 als 19-jarige in Schiedam vestigde, tal van verhalen uit een rijke familie overlevering. Ook hoe zijn grootvader onder de al evenzeer tot de verbeelding Herman Jansen

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Musis | 2002 | | pagina 155