Musis 302
Wil hier ooit iets van een goede relatie ontstaan tussen het
metrostation Parkweg en de Schiedamse binnenstad, dan zal
met man en macht gewerkt moeten worden aan de
herstructurering en invulling van dit gebied. Een extra
boompje erbij, een verwijzingsbord of een andere cosmetische
ingreep zullen onvoldoende zijn. Want een uitzendbureau, een
chemische wasserij, een kapsalon en een coffeeshop als
troosteloze restanten van wat ooit bedoeld was als een
aantrekkelijk begin van de binnenstad zullen bezoekers alleen
maar afschrikken. Het beste zou misschien nog zijn om al het
bestaande te slopen en te vervangen door een nieuw
gecomponeerde en vrolijker prelude. In elk geval zou dan een
duidelijk verband worden gelegd tussen het Willem
Dreesplein, het glazen metrostation, de aantrekkelijke
woningbouw tussen Noordvest en Honnerlage Gretelaan en
de binnenstad, waarin ook Erskines atlantikwal iets van z'n
dreiging kan worden ontnomen.
TramPlus en de Metro brengen de mensen alleen maar sneller
in Rotterdam, was één van de stellingen die Peter Groeneweg
de deelnemers aan het Gesprek aan de Schie voorlegde.
Die vrees zou weieens
bewaarheid kunnen worden
voor wat het station
Parkweg betreft. En zeker
als Schiedam de blik
uitsluitend gericht houdt
op de inkrimping van het
kernwinkelgebied tot de as
Nieuwe Passage Broersveld,
zoals Seinpost dat voorstelt.
Planontwikkelaars en
externe onderzoekers zoals
Seinpost en Berenschoot
hebben een fijngevoelig
instrumentarium om er
hun opdrachtgevers mee te
kietelen. Staat de Grote
omloop ter discussie? Dan
is het eenvoudig genoeg
om te beweren dat
schaalverkleining de
oplossing zal bieden.
Verlangt het stadsbestuur
een paar pakkende
uitspraken over de
combinatie van cultuur,
funshopping en horeca?
Welnu ook daarin valt rap
te voorzien.
Proj ectontwikkelaar
Seinpost houdt ook niet op
daarbij te wijzen op de
geweldige successen die het bureau zegt te hebben behaald bij
de revitalisering van de Witte de Withstraat in Rotterdam. Dat
dit succes voornamelijk berust op de meer dan vijftig miljoen
euro die van gemeente- en rijkswege jaarhjks in de
toonaangevende musea wordt gepompt die het karakter van
de Witte de Withstraat in de hoogste mate bepalen. Evenmin
als Seinpost rept van de interessante groei van de straten rond
de Meent en Binnenrotte tot een winkel- en horecacentrum
van grote allure.
En dat uitgerekend in een gebied waarvoor nog maar een
paar jaar geleden projectontwikkelaars en ambtelijke
plannenmakers geen stuiver overhadden. Als het pubhek
ergens de stelling logenstraft dat verkleining een heilzame
remedie is voor een teruglopend centrum dan is het daar.
Een binnenstad, die ruimer in haar jasje zit, kan ook meer
functies herbergen. Want dan kan er zonder bezwaar nabij de
Breedstraat in Schiedam toch ruimte worden gevonden voor
een parkeergarage. Dan wordt het ook beter mogelijk om de
Lange Haven desgewenst autovrij te maken, zodat daar een
Oud-Delfshaven-sfeer zou kunnen ontstaan. En dan is er
plotseling lucht om het rigide winkelbeleid ten aanzien van
de Hoogstraat los te laten en weer ruimte te scheppen voor
wonen, zoals tot 1970 ook het geval was.Voor de leefbaarheid
is dat goed. Al die winkels hoeven niet stijf tegen elkaar aan,
zeker niet als ze stuk voor stuk leegstaan. De winkels mogen
best naar de directe omgeving van de huidige binnenstad
'verdwijnen'. Stel dat er aan de Nieuwe Haven en Westerkade
zich een natuurlijke winkelas ontwikkelt tussen Oranjegalerij
en Groenelaan... wat zou daar op tegen zijn? Wie kan tegen
een aantrekkelijke looproute zijn, die zich als vanzelfsprekend
ontwikkelt? Kijk naar hoe het de Rotterdamse Meent is
vergaan. Het centrum heeft zich daar op eigen kracht bijna
een kilometer opgerekt. Klein hoeft helemaal niet fijn te zijn.
Foto: Jan van der Ploeg
De kritiek op het bestemmingsplan Binnenstad hield in 1974
in, dat de Grote Omloop geweld aangedaan werd. In die tijd
geloofde Schiedam nog niet in zichzelf en in de toenstisch-
economische potenties die de historische binnenstad had. Er
is in die tijd door sloop en vernieuwingszucht veel verloren
gegaan, waar Schiedam nu spijt van kan hebben: het
broederklooster aan de Warande, de Gusto-hallen, de 'huisjes
van Liduina' aan de Kreupelstraat, internaat De Uitkijk, de
pastorie van de Havenkerk aan de Hoogstraat, de gevelwand
van de Noordvest tussen de mouterij De Goudsbloem en het
Groenweegje en de driehoek Kethelstraat,Vlaardmgerstraat en
Vellevest.
Het inzicht, dat Schiedam desondanks nog wel degelijk veel