Musis 170
Constant (1920), Verschroeide aarde, 1951, olieverf op linnen 120,0 x 75,0 cm - ©2003 c/o Beeldrecht, Amsterdam
het museum aanvankelijk werk in bruikleen. Dit werd echter
door de erven Jorn teruggehaald vanwege de hoge waarde en
gretigheid waarmee kunsthandelaren zich op beschikbare
vroege Cobra-werken stortten. Paalman heeft zelfs nog
pogingen gedaan om enkele schilderijen voor het museum te
verwerven, reisde hiervoor zelfs met succes naar Parijs, maar
moest de schilderijen toch weer afstaan toen de weduwe Jorn
in de gaten kreeg hoeveel geld ze voor de nalatenschap van
Jorn kon maken.
Pierre Alechinsky is een van de drie niet-Nederlanders die
door het Stedelijk Museum werd aangekocht. De twee
anderen zijn Stephen Gilbert en Anders Osterlin, die met een
bescheiden linosnede gerepresenteerd is. Van Alechinsky bezit
het Stedelijk een enkele aquarel die bovendien nog eens uit de
post-Cobra tijd dateert, namelijk 1960.Van pogingen om dit
onderdeel van de collectie uit te breiden, is weinig sprake
geweest.
Zoveel maakt deze eerste volledige presentatie van het eigen
bezit wel duidelijk: museale verzamelingen als deze komen
toch vaak op hap-snap wijze tot stand. Schwagermann zette
met zijn beleid in de jaren '50 de toon wat Cobra betrof, maar
dat betekende niet dat zijn opvolgers daar direct het belang
van in zagen. De nog alom geroemde Pierre Janssen die als
eerste voltijdse conservator het museum van 1956 tot 1962
