'Liduina
een muzikale voorstelling
183 Musis
Op vrijdagavond 16 mei wordt de Schiedamse première
gehouden van de voorstelling 'Liduina'. Een verhaal
geschreven voor mensen die weinig of niets af weten van de
Schiedamse 'stadsheilige'. Eerdere uitvoeringen van 'Liduina'
in Warmond leidden in 2001 tot drie uitverkochte
voorstellingen.
Het verhaal van Liduina behoort tot de belangrijkste in de
geschiedenis van de stad. Al in de vijftiende en zestiende
eeuw werd het beschreven want al tijdens haar leven werd
Liduina als een heilige vereerd. Nog steeds is zij de
beschermvrouwe van de zieken en naamgeefster aan
ziekenhuizen over de gehele wereld.
De musical Liduina volgt de beschrijving van het leven van
Liduina zoals dat beschreven is door a Kempis en Brugman,
de bekende theologen uit de middeleeuwen. De productie is
helemaal op Schiedam toegespitst en de hoofdrollen worden
vertolkt door Annette Rogers en Annelies Prins, twee van
Schiedams beste zangers!
De groep spelers, volwassenen en kinderen hebben vanaf
februari dit jaar een hechte cast gevormd. Een avontuur is
het, want behalve de regisseur wist niemand op voorhand wat
nu precies op de planken wordt gezet. Pas nu valt het
gerepeteerde werk als een puzzel in elkaar en krijgt de groep
een steeds beter beeld van het eindresultaat. Wat het publiek
te zien krijgt zijn hoogtepunten uit de beschrijvingen van het
leven van Liduina.
Liduina werd geboren op Palmzondag 18 maart 1380 in
Schiedam. Ze is het vijfde kind en de eerste dochter van
Peter Janszoon en Pieternel, die later nog vier zonen krijgen.
Ze groeit op als een vroom meisje in een vroom gezin.
Ze is mooi, maar wil niets van jongens weten, want ze wil
haar leven wijden aan God. Om de verleidingen beter te
kunnen weerstaan bidt zij dat God haar zou verminken om
onaantrekkelijk te worden voor de mannen. Dat gebed lijkt te
zijn verhoord. Liduma maakt een ongelukkige val op het ijs
in 1395. Ze breekt daarbij een rib; de wond ontsteekt, de
ontsteking geneest niet, wordt erger en besmet het hele
lichaam. Geen geneesheer kan haar genezen. Aanvankelijk had
Liduina het moeilijk met haar lijden.
De pastoor helpt haar haar lijden te zien in het licht van het
lijden van Jezus als aanvullende verzoening voor de zonden
van zondaars.
Zeker is dat haar lijdensverhaal in de late middeleeuwen grote
belangstelling trok. Tot uit Duitsland bezochten mensen
Schiedam voor haar voorspraak. Haar moeder hielp zij
hiermee vanuit het vagevuur in de hemel; een vertelling
overigens die het in de middeleeuwen goed deed en een basis
voor nog meer wonderverhalen zoals over een grote brand in
Schiedam die precies bij haar huis doofde.
Ook in haar tijd bestond er ongeloof aan haar lijden en aan
het feit dat zij in leven bleef zonder voedsel tot zich te
nemen. Ze werd ruw en onheus behandeld door soldaten en
de priester Andries gelooft niet in haar ziek zijn en
beschuldigt haar van duivelskunsten en hekserij.
Als tegenhanger van de ascese, komen de verhalen
over hemelse beloning, die al begint in visioenen:
geheel gereinigd en in volmaakte schoonheid is er
de bruiloft met de stralende hemelse bruidegom;
er zijn grootse en rijke maaltijden. Het lichaam
van Liduina, zou, na haar sterven op 13 april
1433, bijna alle sporen van haar lijden hebben
verloren en wondermooi geworden zijn.
Een enkel litteken van geweld door soldaten blijft,
zoals de tekenen in Jezus' handen en voeten.
Liduina wilde dat haar lichaam zo werd begraven
dat het niet in aanraking zou komen met de
aarde. Zo is het gebeurd in de St.Janskerk in Schiedam.
Na het overlijden van Liduina kwamen, al voor de begrafenis,
mensen van heinde en verre bij haar lichaam bidden.
Haar graf werd een bedevaartsoord en haar geschiedenis om
de pelgrims te informeren. Dat verhaal groeide uit tot een
mirakelboek over de wonderen die pelgrims bij haar graf
overkwamen. Er volgden drie levensbeschrijvingen in het
Latijn binnen vijftig jaar na haar overlijden. Auteurs daarvan
waren onder anderen Thomas a Kempis en Johannes
Brugman. Die beschrijvingen waren ook bedoeld om Rome
te bewegen tot heiligverklaring van Liduina. Daar kwam het
met van. In de periode van de Reformatie werden de kapel
en het graf van Liduina vernield en de beenderen gestolen en
afgevoerd naar de St. Goedele in Brussel waar ze sindsdien
worden vereerd. De dieven maakten echter een fout en
namen inplaats van het geraamte van de stadsheilige, dat van
haar moeder mee. De overblijfselen van St. Liduina bevinden
zich nog steeds in Schiedam, in een verzegelde kist in de
St. Liduina-basilik, waaraan ze pas in de jaren '80 van de
twintigste eeuw zijn overgedragen. Dat ze echt aan Liduina
hebben toebehoord staat echter als een paal boven water, na
een jarenlang onderzoek aan de Universiteit van Groningen.
De zaligverklaring van Liduina kwam pas laat. Pas sedert
1853, na het herstel van de bisschoppelijke hiërarchie in
Nederland, konden weer nieuwe pogingen worden
ondernomen om Liduina heilig verklaard te krijgen.
Op 14 maart 1890 ondertekende de Paus het decreet van de
zaligverklaring; één treetje minder dan waarop de
Nederlandse katholieken hadden gehoopt. Marco Kalkman
Voorstelling: Grote- of St. Janskerk, Lange Kerkstraat Schiedam,
vrijdag 16 mei, aanvang 20.30 uur.
Kaarten €19.95, CJP en pas 65 €16.95.
Kaartverkoop en informatie:VW Schiedam,
Buitenhavenweg 9, tel. 010-4733000.