301 Musis
economisch accent op de sociale werkvoorziening te leggen.
De sociale werkplaatsen waar lichamelijk - vaak licht -
gehandicapte vaklieden uitstekende producten maakten en
geestelijk gehandicapten vooral inpakwerk deden, moesten een
grotere productie leveren om de noodzakelijke aanvulling op
de lonen te verminderen. Dat gold ook voor de hoofd
arbeiders die in het toenmalige gebouw aan de Boterstraat
administratief (bulkjwerk voor gemeentelijke diensten deden
of gedetacheerd waren bij het Stedelijk Museum of het
Gemeentearchief. Meer productie betekende een andere en
vooral strengere selectie en dus wat minder letten op de
sociale en wat meer op de economische mogelijkheden van
mensen die voor de sociale werkvoorziening in aanmerking
kwamen, maar het betekende ook dat de sociale werkvoor
ziening dichter in de buurt van het bedrijfsleven kwam en
daarmee zelfs moest concurreren. Dat was niet de sociale
werkvoorziening van het maatwerk, waarin Gérard Smits
geloofde en hij verzon list op hst om 'zijn' vorm van werk
voorziening te handhaven. Hij heeft de strijd lang vol
gehouden maar in 1981 was Schiedam toch een van de laatste
gemeenten waar de sociale werkvoorziening werd
losgekoppeld van de sociale dienst.
Direct na zijn aantreden toetste hij zijn opvattingen aan die
van de WSW commissie, waarin onder meer de vakbeweging,
de werkgevers en de medezeggenschapscommissie van de
sociale werkvoorziening vertegenwoordigd waren. Daar bleek
men het met hem eens, en hij schreef een nota voor het
college van Burgemeester en Wethouders, waarin hij uitlegde
waarom hij de loskoppeling van de sociale werkvoorziening
van de GSD niet verstandig vond. De GSD kende immers alle
aspecten van het arbeidsverleden van iedere cliënt en kon dus
snel en effectief diens werkwilligheid en arbeidsgeschiktheid
toetsen en de koppeling tussen uitkering en - eventuele -
arbeidsvoorziening maken. Die snelheid en effectiviteit zouden
in de nieuwe wet verloren gaan, omdat die bepaalde dat de
gemeente de sociale werkvoorziening moest loskoppelen van
de sociale dienst en onderbrengen in een aparte dienst. Dat
zou leiden tot bureaucratie en onnodige vertraging. Smits
vond dat niet in het belang van de cliënt om wie hij vond dat
het uiteindelijk ging. Burgemeester en wethouders waren het
geheel met hem eens, maar het ministerie niet en dus was het
tijd voor de eerste hst: de instelling van een directorium van
de directeuren van de - kleine - bedrijfseconomische dienst
van de gemeente, de GGD en de GSD, dat de sociale
werkvoorziening zou aansturen. Zo kwam de gemeente
Schiedam wel tegemoet aan de geest van de wet maar bleef de
werkvoorziening, zij het indirect, toch onder de GSD
ressorteren. Het ministerie gedoogde het plan van Smits en het
directorium functioneerde jarenlang tot ieders tevredenheid.
Tegen de achtergrond van de aanwezigheid sinds 1964 van het
bovengemeentelijke Openbaar Lichaam Rijnmond dat het
beleid van de gemeenten in het Rijnmondgebied moest
coördineren, maakte Smits in 1973 een plan om de sociale
werkvoorziening regionaal te organiseren. Maassluis beschikte
over een goed functionerende werkplaats en daarom wilde hij
daar de gehele industriële productie uit Schiedam, Vlaardingen
en Maassluis zelf onderbrengen. De sociale werkplaats voor de
geestelijk gehandicapten zou naar Vlaardingen gaan, en
Schiedam kreeg de al dan niet gedetacheerde hoofdarbeiders
en de buitenobjecten waaronder de groenvoorzieningen. Het
voordeel van dit plan was dat iedere gemeente één werksoort
zou aansturen, wat de kwaliteit per werksoort zou bevorderen
en efficiënter en dus goedkoper was. Een nadeel was de
noodzaak voor veel WSW' ers om dagelijks van en naar hun
werk te moeten reizen. Het plan strandde in 1976, omdat de
gemeente Vlaardingen het een verarming van de sociale
werkvoorziening vond. Smits' bedoelingen met dit plan waren
serieus, maar terugkijkend stelt hij grijnzend vast dat het
jarenlange praten erover wel de afsplitsing van de sociale
werkvoorziening vertraagd heeft. Toen de toedeling van de
werksoorten naar de drie gemeenten niet doorging, besefte
Smits dat hij de afsplitsing van de WSW niet meer tegen kon
houden en liet hij coördinator Wobke van der Veen de sociale
werkvoorziening verder uitbouwen en de verzelfstandiging
voorbereiden. In 1980 was die klaar en kon de Bedrijfs-
gemeenschap Schiemond van start, die naar de straat waar de
werkplaatsen en kantoren nu gevestigd zijn met dezelfde
afkorting inmiddels Berckenrode Groep Schiedam heet. Gérard
Smits beseft dat hij zijns ondanks de basis heeft gelegd voor de
BGS. Hij vindt het wel jammer dat na 1980 de afstand tussen
de BGS en de GSD veel groter is geworden dan hij zelf voor
ogen had en hij, in het belang van zijn cliënten, verstandig
vond.
Smits heeft in zijn lange strijd voor het behoud van de sociale
werkvoorziening voor de GSD vooral veel steun gehad van
CPN wethouder Eef Collé. Hij praat nu nog warm over deze
bestuurder die van alle wethouders met wie hij werkte, het
meest begaan was met de doelgroep van de sociale
werkvoorziening en zijn spreidingsplan ook krachtig gesteund
heeft. Hetzelfde gold voor G. Koeten van het toenmalige
NVV, de voorganger van de FNV, die als lid van de WSW
commissie altijd belangstelling had voor onorthodoxe
oplossingen, als die maar goed waren voor de geestelijk of
lichamelijk gehandicapte (hoofd)arbeiders, voor wie de WSW
bedoeld was. Als hij nu terug kijkt op zijn jarenlange gevecht
om de sociale werkvoorziening voor de GSD te behouden,
vindt hij nog steeds dat het uitgangspunt van de WSW niet
deugde en dat de combinatie van sociale dienst en sociale
werkvoorziening de beste was, in ieder geval voor de mensen
die er op aangewezen waren, want 'in die vorm was de
bureaucratie het geringst en het resultaat het best en daar
waren de mensen toch het meest bij gebaat'.
Smits ziet ook de voordelen van de Wet Sociale Werkvoor
ziening. Voor 1969 was er wel regelgeving van het ministerie
van Sociale Zaken, maar die berustte niet op een aparte wet
en dus hadden de politieke bestuurders een tamelijk vrije hand
in het vaststellen van de rechten en plichten en de salariëring
van de mensen die er op aangewezen waren. Dankzij de wet
zijn de rechten en plichten beter omschreven en waren de
politieke bestuurders gedwongen een goede loonclassificatie te
(laten) maken. De oud-directeur is geen teleurgesteld man,
maar hij vindt het intens triest dat politici de afgelopen jaren
zoveel energie hebben vermorst om steeds weer nieuwe
structuurtjes uit te vinden, waardoor veel leed is aangericht bij
de maatschappelijk en psychologisch toch al zwakke doel
groep. Eerst moest de sociale werkvoorziening gedecentrali
seerd worden, daarna weer gecentraliseerd en nu is de
beweging weer in de tegenovergestelde richting. Zo wordt
steeds iets nieuws bedacht, terwijl alle basiselementen voor een
goed functionerende werkvoorziening die de mensen kan
helpen de weg terug naar het arbeidsproces te vinden, er al
voor 1969 waren, en ook toen degenen voor wie die weg niet
begaanbaar was, verzekerd waren van een kans op werk dat
wellicht niet noodzakelijk maar toch nuttig en zeer respectabel
was. De behoefte van pohtici om op de korte termijn te scoren
en liefst hun naam aan regelingen, snippen of banen verbonden
te krijgen, is tegenwoordig helaas sterker dan hun drang om de
problemen van de doelgroep zo aan te pakken dat die er
economisch rust en maatschappelijk respect mee verwerft.