Pand Paulus
Het Stedelijk Museum Bureau Schiedam
Froukje Holtrop
145 Musis
Het voortbestaan van Pand Paulus als belangrijke expositie
ruimte in Schiedam wordt bedreigd nu het gemeentebestuur
het voornemen heeft om de Stichting KunstWerkt, die samen
met Galerie 300% verantwoordelijk is voor de in Paulus
gepresenteerde tentoonstellingen, per 1 januari 2005 geen
'huursubsidie' meer te verlenen. Het is de vraag of de
gemeente hier goed aan doet. Als de gemeente de
huursubsidie beëindigt, zal het pand natuurlijk als faciliteit
wel blijven bestaan. Maar de kans dat de culturele functie
gewaarborgd blijft is daarmee toch klein geworden. Sterker
nog, de gemeente gooit hiermee een bestaande mogelijkheid
weg om een bolwerk in het Schiedamse culturele leven te
hebben. Misschien valt deze zelfs uit te bouwen tot een
'centrum voor beeldende kunst'. Daarin zouden verschillende
organisaties als museum, galeries, artotheek en kunstenaars
organisaties moeten samenwerken in experimenten en
projecten waarvoor binnen de bestaande faciliteiten geen
plaats is. De bezuinigingen op het gebied van de cultuur zijn
ingegeven door de gedachte dat maar weinig mensen gebruik
maken van het bestaande aanbod en dat de diversiteit beperkt
is. Welnu, verbreding door samenwerking kan dat aanbod
aantrekkelijker maken. En in ieder geval is het goed voor het
cultureel klimaat als er zoveel mogelijk dingen gebeuren op
zoveel mogelijk verschillende niveaus en met inschakelingen
van zoveel mogelijk enthousiasme in de verschillende
disciplines. Op die manier kun je van Pand Paulus heel wat
maken.
Paulus is een plek waar zowel Schiedamse kunstenaars zich
kunnen manifesteren als kunst van buiten Schiedam
geïntroduceerd kan worden. Deze dubbelfunctie zou goed
passen in het beleid van de gemeente. Dit richt zich steeds
meer op evenementen in de stad en deelname daarin van
particuliere groepen. Die dubbelfunctie was ook uitgangspunt
bij de oprichting van Paulus. In het begin werden
tentoonstellingen ook georganiseerd door conservatoren die
deel uitmaakten van KunstWerkt. Dat daarin ook tentoon
stellingen zouden plaatsvinden van kunstenaars die waren
aangesloten bij KunstWerkt, lag in de lijn der verwachtingen.
Voornaamste uitgangspunt was echter dat Schiedam moest
kunnen beschikken over een organisatie die de meningen zou
prikkelen.
Op dit moment faciliteert de gemeente met de huursubsidie
voor Pand Paulus twee culturele instellingen: Stichting
KunstWerkt als de vereniging van Schiedamse kunstenaars en
Galerie 300%.Voor Stichting KunstWerkt zou de stopzetting
van de huursubsidie een slagaderlijke bloeding zijn. Aan de
ene kant omdat Pand Paulus een belangrijk onderdeel
geworden is van hun identiteit, het is de enige plaats waar zij
tentoonstellen en omdat het eveneens de functie heeft van
een sociëteit waar de circa veertig leden op gezette tijden bij
elkaar komen. Daarnaast is de huurvergoeding van de
gemeente natuurlijk ook een substantiële financiële bijdrage
in natura die voor het voortbestaan van de stichting essentieel
is. Buiten deze huurvergoeding ontvangt KunstWerkt slechts
bijdragen van deelnemers.
Elf jaar geleden werd de Stichting KunstWerkt opgericht om
met de vereende krachten van de Schiedamse kunstenaars
tegenwicht te bieden aan het ontbreken van een cultureel
beleid van de gemeente Schiedam. De stichting ging goed
van start, er werden projecten ondernomen en
tentoonstellingen ingericht. Over een eigen onderkomen
beschikte de stichting niet. De projecten werden her en der
ondernomen, maar trokken behoorlijk wat publiek. Een zwak
punt was dat de organisatie slechts door een kerngroep werd
gedragen en uitgevoerd. Het kon dan ook niet anders dan dat
er na enkele jaren de klad in kwam. De gemeente kwam de
stichting daarom tegemoet en stelde het pas gerestaureerde
Pand Paulus ter beschikking. De inmiddels al noodlijdende
stichting kon daar tentoonstellingen organiseren. Aanvankelijk
zwaaide alleen KunstWerkt de scepter in Paulus, maar het
handhaven van een hoog peil en voldoende diversiteit bleek
niet vol te houden toen de conservatoren van het eerste uur
hun activiteiten moesten staken. Een oplossing werd
gevonden in de afspraak dat de gemeente voortaan de ene
helft van het jaar tentoonstellingen zou organiseren en
KunstWerkt voor de andere helft verantwoordelijk zou zijn.
De taak van de gemeente werd tenslotte overgedragen aan het
driekoppige team van Galerie 300%, Edwin Spek, Ilona Lok
en Marinda Verhoeven.
De Stichting kon daarop voortbestaan, maar had een gedeelte
van haar onafhankelijkheid opgegeven. Zij leek er geen
moeite mee te hebben, tentoonstellingen konden
georganiseerd worden en de kunstenaars hadden onder de
vlag van KunstWerkt een plek om samen te komen.
De noodzaak naar buiten gericht te zijn leek in verloop van
tijd echter minder te worden. De leden begonnen zich meer
en meer als beroepsvereniging te manifesteren en minder als
cultureel aanjager. De tentoonstellingen betroffen alleen nog