B. nctten tsoor-i ts^nik^-- k.v.W£l2gnes 297 Musis ONTWcRPSOfi£T5 MLftN^e-HAVSNPLRN" SCHiE'DflM. "PI-FIN 1 gemeenteraadslid en beleggingsdeskundige Ab Engelsman, het D66 raadslid Aad Wiegman en stedenbouwkundige en architect Wim de Visser. De keuze voor geheel nieuwe uitgangspunten verschafte het college een goed excuus om het plan C in z'n geheel terzijde te schuiven. In het officiële commentaar op de plannen, heette het dan ook dat Plan C geen nieuwe gezichtspunten opleverde en uitging van een ongewisse toekomst, waar stedenbouwkundige Van Gent zo'n duidelijke visie had neergelegd en Schiedam gedegen handvatten had verschaft voor de toekomstige ontwikkeling. Over de waarde van de door Engelsman, De Visser en Wiegman verschafte uitgangspunten, liet het college zich verder niet uit. Het heeft er in de stukken in het archief van Bertus Notenboom alle schijn van dat het college er alles aan gelegen was om een discussie te vermijden. Des te merkwaardiger is dit, wanneer de huidige opvattingen naast dit Plan C worden gelegd. Het plan spreekt van het centrum als een open ontmoetingsplaats waarbij de handhaving van de bestaande bebouwing zoveel mogelijk wordt gerespecteerd. Gekozen dient niet te worden voor een massaal winkelapparaat maar voor verscheidenheid en flexibiliteit op de historisch bepaalde schaal. Waar mogelijk dienden bestaande bebouwing en bestaande functies te worden gehandhaafd. Voetgangers genieten in het plan voorrang, maar niet tot elke prijs. Het verkeer diende uit de winkelstraten te worden geweerd met uitzondering van het bevoorradingsverkeer dat zich diende te houden aan vaste tijden en vaste toegangswegen. Waar mogelijk moest worden gestreefd naar een herindeling volgens bepaalde branchepatronen. Goede parkeermogelijkheden rond het winkelgebied moesten de aantrekkelijkheid van het centrum vergroten. Nieuwe woningen moesten tenslotte in overstemming zijn met de bestaande schaal en het bestaande karakter. Waar mogelijk dienden bruikbare woningen zoveel mogelijk te worden gespaard. Een subsidieregeling voor woningverbetering werd dringend noodzakelijk geacht. De combinatie van wonen boven winkels moest zoveel mogelijk worden bevorderd. Als gebieden waaraan in kwaliteitshandhaving de grootste zorg moest worden besteed noemt het plan de Hoogstraat, Nieuwstraat, Markt, Lange Kerkstraat, Broersvest, Broersveld, Dam, Lange en Korte Haven en Lange en Korte Achterweg. Deze straten benadrukken de historische structuur van Schiedam. Het Stedelijk Museum tenslotte zou samen met de Lindenhof een cultureel centrum van meer dan regionale betekenis moeten worden, verbonden door een beeldentuin tussen beide historische complexen. Meer dan dertig jaar na dato blijkt het Plan C - nu teruglezend een bijna profetische visie te hebben gehad. Maar inmiddels zijn alle fouten waarvoor het Plan C en de Werkgroep Schiedam in 1972 al waarschuwden wel gemaakt. Het enige verstandige was dat het college uiteindelijk Empeo aan de dijk zette. Al stond er van de oude binnenstad op dat moment bijna niet één steen meer op de andere.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Musis | 2004 | | pagina 297