dewes III, de tegenwoordige ss Hercules
gecombineerde vlag van L. Smit Co. Internationale Sleep-
vaartmij.
De G. H. Bodewes III werd gebouwd onder de normen van
de Germanischer Lloyd onder klasse 100 A 4 h. De tweevuurs
Schotse ketel en stoommachine werden daarbij geleverd door
de Machinefabriek A.S. Fulton eveneens in Martenshoek en
een volle dochter van de Werf Bodewes. De tonnenmaat was
63,61 Bruto Register tonnage en 11,47 Netto Register tonnage.
Het Netto Register tonnage wordt berekend door van het
brutosaldo alle ruimten af te trekken die geen vracht kunnen
bevatten.
Na enkele maanden afgebouwd voor de werf te hebben
gelegen toonde de Deense admiraliteit belangstelling voor de
boot. Tijdens de proef- en demonstratievaart voor de
Deense marine haalde het schip een snelheid van 11 mijl en
ontwikkelde de machine een vermogen van 250 ipk.
Na inspectie van het onderwaterschip op de werf Niestern te
Delfzijl door twee Deense marine-ingenieurs werd de boot
gekocht voor een bedrag van fl. 44.500,-. Voor ketel en
machine rekende Bodewes fl. 16.500,- aan A.S. Fulton af.
De sleepboot kreeg de naam 'Fremad', ofwel 'Vooruit' in het
Nederlands.
De naam Fremad hield het schip maar kort. Op 28 januari 1917
werd de sleepboot aangemeld in het Deense register onder de
naam 'Fremad 2' met het vlaggesein N.T.Q.M.
In februari daarop volgend kreeg het schip een nieuwe schroef.
Gezien de snelheid die het schip tijdens de proefvaart in 1915
wist te bereiken, zal de eerste schroef een 'loopschroef' zijn
geweest bedoeld om snelheid te maken en anders van
constructie dan de voor de sleepvaart geëigende 'trekschroef'.
In 1918 werd de oorspronkelijke stuurmachine vervangen door
die van een klein patrouillevaartuig dat in 1880 was gebouwd.
In 1919 volgde een andere verbetering en werd de stuurketting
over dek vernieuwd, terwijl in 1920 een andere sleephaak
werd geplaatst. De uit 1880 stammende stuurmachine bleek
geen succes en werd in 1921 vervangen door de installatie
waarmee de Hercules ook heden ten dage vaart.
De Fremad 2 deed dienst tot het begin van de jaren '60 van de
vorige eeuw. Op 16 december 1964 werd het schip via de
Deense domeinen verkocht aan Jurgen Hastrup, die de naam
wilde wijzigen in 'Ditte Hastrup'. Deze naam heeft er nooit
opgestaan en voor lange tijd heeft het schip gediend als
woonboot voor de broers van Jurgen. Nadat deze in de
machinekamer aan een hartaanval was overleden lag de
sleepboot lange tijd onbeheerd aan de kade. In die periode
werd ze nagenoeg geheel leeggeroofd door dieven van
scheepsantiek, koper en brons.
Eind 1978 ontdekte scheepshandelaar J. Mos het schip en
haalde het van Kopenhagen naar Enkhuizen. Daar werd zij
eerst leeggepompt door de stoomsleepboten 'Noordzee' en
'Scheelenkuhlen'. Vervolgens werd de sleepboot te koop
aangeboden en bijna verkocht aan een particulier die het schip
weer bruikbaar wilde maken door het uit te rusten met een
dieselmotor.
Medio januari 1979 kocht G.C. Boekweit de ex-Fremad 2 haar
en brak er voor het schip een nieuwe tijd aan. Het schip
ontving het merk '7791 z amst 1979' en de naam 'Hercules'.
Na bijna 5 jaar repareren/restaureren door Kees en zijn
vrijwilligers werd op 4 augustus 1983 de laatste goedkeuring
van het stoomwezen verkregen en volgde een succesvolle
proefvaart.
Op 21 januari 1985 werd de Stichting Calorische Werktuigen
opgericht en is de stoomsleepboot 'Hercules' in beheer
gebracht in deze stichting.
83 Musis
De Hercules tijdens de Branders feesten
Technische specificaties van sleepboten uit de klasse van 250 IPK van
de werf Bodewes, Martenshoek
mllillf'iiii'