Voor allen. Door allen
Henk Slechte
Vrijdagmiddag 26 januari was tout
notabelvermogend én vrijgevig
Schiedam in het Jenevermuseum voor
de officiële oprichting van het
Gemeenschapsfonds Schiedam.
Het bestuur van het nieuwe fonds had
geen halve maatregelen genomen.
Prof. dr. T.N.M. Schuyt, hoogleraar
filantropie aan de Vrije Universiteit in
Amsterdam en landelijk initiatiefnemer
van een groeiend aantal
gemeenschapsfondsen, legde
begrijpelijk én geestig uit wat het grote
belang van zo'n fonds voor Schiedam is,
burgemeester Wilma Verver
onderstreepte dat belang en verrichtte
trots de stichtingshandeling en
voorzitter Ad van Leeuwen legde voor
wie het wellicht nog niet helemaal
begrepen had, nog eens en in gewone
mensentaal uit, dat dit een geheel ander
fonds is dan alle andere, omdat het een
plaatselijk fonds is, Voor Allen en Door
Allen! Henk Slechte was er ook en doet
voor Musis verslag van een
hartverwarmende bijeenkomst.
De oprichters van het Gemeenschapsfonds Schiedam zijn niet
over één nacht ijs gegaan, en het nieuwe fonds voegt duidelijk
iets toe aan het bestaande en rijk gevarieerde Schiedamse
fondsenlandschap. Dat was alle aanwezigen na afloop van de
bijeenkomst in het Jenevermuseum geheel duidelijk. Professor
Schuyt benadrukte dat Nederland een lange en rijke traditie
heeft van besteding van privaat geld voor algemeen of publiek
nut, en noemde de hofjes, weeshuizen en andere instellingen
die vermogende vaderlanders vanaf de 16de eeuw hebben
gesticht om de oude dag van hun veel minder bedeelde
stadgenoten menswaardiger te maken. Ze deden dat natuurlijk
met de allerbeste maatschappelijke bedoelingen, maar ook om
te laten weten én te laten zien dat het hen in de stad waar zij
hadden gewoond en gewerkt goed was gegaan en om hun
dankbaarheid aan die stad te tonen. Schiedam heeft daarvan
bekende voorbeelden, ook al zijn de doelstellingen al lang
geleden veranderd. Iedere Schiedammer kent het Hofje van
Belois en passeert regelmatig het Weeshuis der Hervormden
en het Proveniershuis. Schuyt legde de verzamelde notabelen
nog maar eens uit dat het woord filantropie veel
misverstanden oproept, en gaf daarom een eigentijdse definitie
die de toon voor de rest van de middag zette en het karakter
van het nieuwe fonds haarscherp onderstreepte: filantropie is
het 'aantrekken, beheren en toedelen van private gelden voor
publieke doelen'.
Professor Schuyt was niet alleen een bevlogen, maar ook een
praktische spreker. Hij onderstreepte dat er wel veel geld
'onder de mensen' is, maar dat het niet vanzelf naar welk
fonds dan ook toekomt. Het werven van geld voor goede en
belangrijke maatschappelijke doelen vereist een voor de
potentiële gever herkenbare en begrijpelijke structuur én een
gemeenschapsfonds met scherp en duidelijk omschreven
doelstellingen en statuten. Een lokaal bekend en vertrouwd
bestuur biedt zo'n structuur. Je krijgt nu eenmaal alleen geld,
als je er om vraagt en vervolgens vertrouwen wekt door met
daden te laten zien, dat het bij jou in goede handen is.
Dat laatste schept het onmisbare draagvlak in de lokale
samenleving, dat vooral voor een gemeenschapsfonds
onmisbaar is: goede en actieve bestuurders en projecten,
waarvan de potentiële gevers de zin en eventueel de noodzaak
onmiddellijk herkennen. Dat draagvlak is soms moeilijk te
krijgen, omdat andere lokale fondsen een nieuwkomer met
enige angst zien komen en met argwaan bejegenen. Het is
Schuyt in ieder geval opgevallen dat daarvan in Schiedam
geen sprake is. Dat bewezen de aanwezigheid van de
bestuurders van veel andere fondsen, de steun die het
De Grootfonds samen met de Rabobank aan zijn onderzoek
naar gemeenschapsfondsen heeft gegeven, en de eerste
gesprekken over samenwerking die hartelijk en constructief
zijn verlopen. Dat Schiedam vrijwel vanaf het begin bij Schuyts
onderzoek naar de mogelijkheid van zulke fondsen in
Nederland was betrokken, was ook te danken aan het grote
enthousiasme van de helaas in 2006 overleden directeur Bob
Verbiest van het Fonds Schiedam Vlaardingen, oud
burgemeester Reinier Scheeres en Cor van Tilborg en Jan
Hagenaars, beiden bestuursleden van het De Grootfonds.
Dankzij hen is Schiedam de bakermat van de
gemeenschapsfondsen in Nederland en een van de eerste
steden met zo'n fonds.
Burgemeester Verver maakte vaardig en enthousiast van de
gelegenheid gebruik om het trombosefonds onder ieders
aandacht te brengen. Ze is daarvan landelijk voorzitter en had
het in het betoog van professor Schuyt gemist. Daarna zette ze
de oprichting van een fonds als het Gemeenschapsfonds in een
historisch kader, en noemde als voorbeelden van Schiedamse
zorg voor de medemens in het grijze verleden het Weeshuis
dat als De Lindenhof nog steeds als fonds actief is, de
Bondsspaarbank van 1820, waarvan het Fonds Schiedam
Vlaardingen een verre afstammeling is, en natuurlijk de
woningcorporaties en zelfs het ziekenhuis! Allemaal
voorbeelden van initiatieven 'van allen voor allen'. Mevrouw
Verver onderstreepte dat de maatschappelijke ontwikkelingen
hebben gemaakt dat het gemeenschapsgevoel anders en ook
minder is dan vroeger, toen veel noden groter en dringender
waren en het verschil in welstand tussen mensen schrijnender,
maar ze heeft sinds haar aantreden in Schiedam ook gemerkt
85 Musis