met brede belangstelling
Een verklaard 'Ruskiaanse'
was bovendien de in 1860 in
Schiedam geboren, maar
sinds 1885 in Leiden
wonende Emilie Knappert.
Ongetwijfeld zullen beide
leeftijdgenoten als telgen uit
de kring van voorname
katholieke jeneverstokende
Schiedammers elkaar hebben
gekend, al was het maar uit
naam en familiehistorie. Of
dit zich ook tot Leiden
uitstrekte zou nog kunnen
worden uitgezocht.
Zeker is wel dat Emilie
Knappert een goede bekende
was van Amoldus Kerdijk
1846 - 1905)de zwager van
J.C. van Marken, de stichter
van de Delftse Gist en
Spiritusfabriek - en daarmee
een directe relatie van
M.C.M. de Groot. Van
Marken was een sociaal zeer
bewogen en initiatiefrijk
ondernemer die als één der
eersten streefde naar
arbeidersparticipatie en die
met Kerdijk reeds in 1874 de
verbruikscoöperatie
'De Delftsche Winkel-
vereeniging' oprichtte.
Kerdijk op zijn beurt hield
daarover propaganda-
voordrachten in het gehele
land.
Kerdijk was van 1887 tot
1892 bovendien
hoofdredacteur van het
Sociaal Weekblad en slaagde
er in om een keur van vaste
medewerkers om zich heen
te verzamelen waaronder
H.L. Drucker, H. Goeman
Borgesius, B.H. Pekelharing,
H.P.G. Quack, J.C. van
Marken en - als enige vrouw
- Hélène Mercier. Deze
laatste was zowel met haar
reguliere bijdragen in het
Sociaal Weekblad een
vraagbaak en inspirerend voorbeeld voor sociale hervormers.
Emilie Knappert noemt haar ook in relatie met haar praktisch
werk zoals de oprichting in 1896 van de Bouwonderneming
'Jordaan' die de slechtste delen van deze oude volksbuurt
wilde saneren. Deze onderneming richtte zij op met Arnold
Kerdijk. De statuten van deze Amsterdamse onderneming
lijken als twee druppels water op die van de in 1893 in
Schiedam door M.C.M. de Groot opgerichte
Woningmaatschappij 'Samenwerking' Deze woningmaat
schappij had tot doel het 'koopen, bouwen en verhuren van
gezonde arbeiderswoningen, het vervaardigen van en het
drijven van kleinhandel in dagelijksche levensbenoodigdheden
en het stichten, exploiteeren en steunen van bibliotheken,
leeszalen, badinrichtingen, en zoo voorts, ten einde de
geestelijke en lichamelijke ontwikkeling en de welvaart van
den arbeidersstand te bevorderen'.
95 Musis