Cultuurprijs
De Bob Verbiest Cultuurprijs is in korte tijd een fel begeerde
prijs geworden - waarbij uiteraard sterk meespeelt dat er
behalve een 'Oscar' in de vorm van een bronzen dirigent van
Carla van den Heuvel-Ruseier ook een bedrag van liefst 25.000
euro aan verbonden is. Daarmee is de 'Bob Verbiest' een van
de grootste culturele prijzen van Nederland.
Toch is het goed, dat het bestuur van de stichting Waterweg
Cultuurprijs aangeeft dat de prijs nog meer aan betekenis kan
winnen. Het is moedig dat het bestuur dat nu al doet, pril als
de prijs is.
Het bestuur zal meer de nadruk leggen op de stimulerende
functie, die de prijs kan hebben. Bestuurslid en juryvoorzitter
Hans van der Sloot: "De wil om voor de Bob Verbiest
Cultuurprijs in aanmerking te komen mag ook inzet zijn om tot
hogere kwaliteit te komen."
Allereerst zal aan de prijs nog meer bekendheid worden
gegeven. Ook wordt overwogen om de toetsing van de
inzendingen in het openbaar te doen plaatsvinden, eventueel
voorafgegaan van persoonlijke presentaties over de ingediende
projecten en initiatieven. Dat vergt een langere
voorbereidingstijd, maar het zal de prijs ten goede komen,
zowel als de kwaliteit van de inzendingen.
Na de toekenning van de eerste Bob Verbiest Cultuurprijs in
2005 sprak de jury de hoop uit, dat een interval van twee jaar
de tijd biedt om tot gewaagder inzendingen te komen, althans
minder voor de hand liggende inzendingen, en die hoop is
gedeeltelijk vervuld. Uiteindelijk voldeden tenminste de drie
nominaties aan de verwachtingen. Het bestuur achter de prijs
ziet het nu als taak om een meer sturende en stimulerende rol
te vervullen om in 2009 tot nog meer kwaliteit,
publieksparticipatie en originaliteit te komen.
Dat is een uitstekend voornemen. Want hoewel het niet op de
weg ligt van de jury om aanbevelingen te doen en de
inzendingen van adviezen te voorzien, is het de jury wel
opgevallen dat een aantal inzendingen net niet voldoende
doorontwikkeld was. Zouden de voorgedragen projecten
verder verfijnd zijn, dieper uitgedacht en gedurfder van opzet
zijn geweest, dan hadden ze beslist tot de serieuze
kanshebbers behoord. Dat zegt iets over de talenten die het
Waterweggebied in huis heeft en het klinkt veelbelovend voor
de volgende keer.
Voorgedragen, door zichzelf of door anderen, waren onder
meer stichting Westvest90 in Schiedam, stichting Buiten Beeld
te Vlaardingen, het Vlaardingse Zomerterras, de
archeologische werkgroep Helinium, stichting Palagonia, de
Orgelcommissie Maassluis, de 48ste Maassluisse Muziekweek
en de vereniging Vrienden van het Visserijmuseum, maar de
voordrachten waren net iets te algemeen beschreven; het ging
kennelijk om gebruikelijke activiteiten - en hoe verdienstelijk
ook, veel meer dan dat het Zomerterras tot de beste
stadsfestivals van Nederland behoort, leverden de
motiveringen niets op dat als origineel of prikkelend mag
worden beschouwd. Het laat zich gemakkelijk invullen wat het
bestuur en de jury bedoelen met het 'opwerken' van kwaliteit.
Een organisatie zou net eens wat anders kunnen proberen,
wellicht even buiten de gebaande paden kunnen treden, iets
spetterends of aandachttrekkends kunnen doen, om toch
dichter bij een nominatie te komen.
Dat geldt vergelijkbaar voor de gekandideerde kunstenaars
Beaty Czetö, Dike Hof, Jacques Tange, Marjo van Soest-
Verzijden en Sjef Henderickx en galerie Emmy Miltenburg.
De Bob Verbiest
Cultuurprijs is in korte tijd
een fel begeerde prijs
geworden - waarbij
uiteraard sterk meespeelt
dat er behalve een 'Oscar'
in de vorm van een
bronzen dirigent van
Carla van den Heuvel-
Ruseler ook een bedrag
van liefst 25.000 euro aan
verbonden is.
Musis 338