de veronderstelde wereld van Franz Kaf ka
Want ook,
terwijl hun oordeel over de
toekenning van de Bob Verbiest
Cultuurprijs onterecht is,
dient de ongezouten kritiek van een
aantal Vlaardingse kunstenaars serieus te
worden genomen
tot een populistisch evenementenbeleid,
stadspromotie of het stimuleren van toerisme. De
kwantiteit, gemeten in gemakkelijk behaald succes en
economisch gewin, geeft de doorslag. Cultuur is
slechts het excuserend sausje. Voldoen aan de
gemiddelde smaak vormt de basis, waarbij de politiek
zich maar al graag te goed doet aan de makkelijk
verkregen vruchten.
De controverse wordt gemeden en de kunstenaar die
wars van heersende trends naar nieuwe wegen zoekt
met wantrouwen bekeken. Op die manier kan het
gebeuren dat een museum wordt opgezadeld met
doelstellingen die het de blijvende vriendschap
moeten verzekeren van een in kunst en cultuur
nauwelijks geïnteresseerde gemeenteraad, dat
discussies over het pasontdekte fenomeen van de
creatieve economie weinig of niets met creativiteit
maar alles met geldverdienen te maken hebben en
dat de stedelijke theaters zich geen centimeter naast
het veilige pad van publieksproducties en cabaret
durven begeven uit angst uit de gratie te raken bij
bestuur en politiek.
Verlekkerd wordt gekeken naar simpel te behalen
successen en de verkoopbaarheid daarvan.
Uitstraling is het toverwoord, inhoud een lastig te
hanteren begrip dat de politiek liefst zoveel mogelijk
uit de weg gaat.
En daar wringt 'm werkelijk de schoen voor de
Vlaardingse critici van de Bob Verbiest Cultuurprijs.
De brede betekenis voor cultuur en wetenschap van
De zoektocht naar de oer-Vlaardinger komt
onvervreembaar de bedenkers van het project - en
niet de ambtenaren - Tim de Ridder en Harm Jan Luth
toe. Dat deze betekenis bijna onbesproken bleef in
het mediaspektakel dat om dit project heen ontstond,
kan beiden niet worden aangerekend.
Het is de manier waarop bestuur en politiek zich op
de resultaten van dit project laten voorstaan, dat de
Vlaardingse media aanzette tot hun kritiek. En gelijk
hebben ze, zo beschouwd. Hans van der Sloot
341 Musis