Laura Bel; Voor een heleboel kwartjes op de eerste rang 377 Musis Laura en Gerard Bel "Eigenlijk weet ik niet beter dan Schiedam. Dat geldt niet voor mijn man Gerard. Die komt uit Vlaardingen en zou dus best een vergelijking kunnen maken. Hij werkt er ook nog, hoewel Naaldwijk zijn huidige standplaats is als docent in het basisonderwijs. Ikzelf woon nog geen tweehonderd meter verwijderd van mijn geboortehuis op de Grote Markt. We konden dit huisje krijgen op dezelfde manier waarop dat generaties geleden ook al gebeurde, via kennissen in kerkelijke kring; een oud huisje dat hoognodig moest worden opgeknapt en waarvan mijn vader als aannemer zei dat hij er geen (euro)cent voor over zou hebben. Er stond overigens nog een heel huisje achter waarin zich een werkplaats bevindt waaraan sedert het begin van de twintigste eeuw niets meer is verandert. De bovenverdieping gebruiken we dan maar als mooiste kamer voor onze leukste spullen, want ondertussen hebben we het pand gekocht en de winkel beneden al zover opgeknapt dat we binnenkort open kunnen gaan. Eerst wilden we er een fietsenstalling van maken. Dat leek ons wel gemakkelijk met zoveel mensen met fietsen om ons heen die 'm nergens kwijt kunnen. Uiteindelijk vonden we dat wel zonde. Gerard en ik kunnen het verzamelen niet laten. Hij oude prenten, boeken en schilderijen terwijl ikzelf gek ben op antiek linnengoed en huishoudelijke spullen van elke mogelijk herkomst en ouderdom. Wij struinen samen alle verkopingen af en bovendien ben ik actief op internet, rommelmarkten, braderieën en elke denkbare plaats waarheen mensen hun afgedankte spullen brengen. Die verzameling linnengoed leidt inmiddels een eigen leven. Van de kostbaarste stukken richt ik straks beneden een klein museumpje in. Met de winkel ben ik inmiddels al een beetje begonnen. Daarin vind je inmiddels praktisch alles dat vroeger in het huishouden werd gebruikt, van klokken tot eierrekjes, schuimspanen, stukken Sunlightzeep, gewolkte emaille pannen, vaatdoeken met een rood streepje, herdenkingsbekers, kruidenrekjes en keukenkastjes, lampetstellen, treetjes, azijnkruiken en keulse potten, kortom alles wat grootmoeders keuken tot grootmoeders keuken maakte. Het is vaak kwartjeswerk, maar dan wel kwartjeswerk waaraan je voor hele euro's plezier kan beleven. Over belangstelling hebben we niet te klagen. Ik hoef de deur maar open te zetten of half Schiedam van alle rangen en standen komt binnen. Soms met alleen maar een verhaal, vaker omdat men iets in de winkel heeft gezien dat onweerstaanbaar aan vroeger doet denken, soms met een heel gerichte vraag over een enkel bordje dat verloren is gegaan of een dringend verzoek om uit te kijken naar een Bolletje beschuitblik anno 1958, enige roest geen bezwaar. Als verpleegkundige in de psycho-geriatrische zorg ben ik eraan gewend om mensen hun verhaal te laten doen. Je kunt je dus voorstellen dat ik geniet van al die aanloop en al die gesprekken over de meest uiteenlopende zaken. Maar bovenal vinden we de manier waarop we hierin zijn gerold geweldig en zo typisch Schiedams. Waar vind je dat nog: een woninkje van kennissen met een heel onbekend vrijstaand huis erachter plus een werkplaats en een winkel aan de drukste straat van de stad voor een prijs waarvoor je in een andere gemeente nog geen driekamerwoning hebt. Een kleintje dan."

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Musis | 2007 | | pagina 377