Joop Daalmeijer In het Italiaans was je capo gruppo, Gruppenführer in het Duits 391 Musis Zonder computer of fax ging dat soms wat moeizaam. Voor het Rotterdams Nieuwsblad kwam er daarom iemand speciaal met de tram uit Rotterdam om de kopij op te halen. Voor de Maasbode reed een koerier op de brommer heen en weer, en Het Vrije Volk gebruikte ook wel de trein. Dan verzond je een envelop of een pakje via de trein met een speciaal zegel, een treinzegel, er op. De conducteur zorgde er dan voor dat het pakket op het juiste station afgeleverd werd. Was er pas 's avonds laat een nieuwsbericht dat nog in de krant mee moest, dan mocht dat soms per telefoon. Dan belde je met een mevrouw die steno schreef en het gesprek direct in een geschreven tekst omzette." "Ondanks het grote aantal kranten werd er nauwelijks strijd gevoerd om de gunst van de lezers. Ook in de tweede helft van de jaren '60 waren mensen nog verknocht aan hun eigen verzuilde bladen. Het gaf duidelijkheid, maar het was soms als journalist ook wel jammer. Bepaalde onderwerpen kwamen niet in alle kranten terecht. Dat merkte je vooral bij politieke onderwerpen. De vergaderingen van de Schiedamse afdeling van de PvdA bijvoorbeeld waren vaak bloedstollend spannend, maar werden eigenlijk alleen door Het Vrije Volk verslagen. festival met bands rond de Plantage. Daar kwamen dan orkesten uit het hele land naartoe. Ze marcheerden rond de Plantage en de beste groepen traden dan op in die rare schelp die daar stond, ooit neergezet door de Schiedamse Gemeenschap. Amateurtoneel was ook groot in de stad - ik denk dat er wel zes gezelschappen waren - en hun stukken konden ook gerecenseerd worden. Dat bleef trouwens altijd heel vriendelijk. Je kon wel iets melden over een minder spelende acteur, maar echt kritisch of venijnig werd het niet. Juist de amateurgerichte cultuur bloeide in Schiedam. In Rotterdam had je al een grote schouwburg, een concertzaal en allerhande professionele gezelschappen - dus dat kwam hier niet van de grond." "Die verenigingen vormden met elkaar trouwens wel een bijzondere macht in de krantenwereld. Veel van die verenigingen zorgden zelf voor kopij, en daar mocht je dan als journalist niets meer aan veranderen. De postduivenvereniging was zo'n trouwe klant. De mensen daar waren zeer gehecht aan een juiste weergave van hun verhalen. Er ontstond direct paniek als zo'n stukje verkeerd werd overgetikt. Een verkeerd gespelde naam van een duif kon bij wijze van spreken de hele vereniging al op tilt doen slaan. Bij artikelen van andere verenigingen wist je soms niet eens waar het over ging. Zo stonden er jarenlang berichten in het Esperanto in de krant afgedrukt, aangeleverd door de Esperanto-vereniging en ook alleen voor hen leesbaar. Absurd eigenlijk." Omgekeerd besteedde die krant weer nauwelijks aandacht aan de uitlatingen van de CPN. Dat was spijtig, want met raadslid Collé had die partij nou eens een echt leuke en populaire politicus aan het roer. Ook leuk was VVD-raadslid Verhulsdonk, een hele rijzige man met een prachtige snor. Hij was bonbonmaker en altijd van alles op de hoogte. Daar kon je nog wel eens aankloppen voor een goed verhaal. Anderszins was het met de politiek in Schiedam maar droevig gesteld, het was allemaal nog zo regentesk. Er was een grote afstand tussen de politiek en - vooral - de jongeren in de burgerij." Politiek viel als onderwerp vaak af, maar dat werd weer goedgemaakt door het ongekend rijke culturele leven in de stad. Cultureel gistte het enorm, waar de journalistiek dan weer gretig op aan kon vallen. "Het Stedelijk Museum bijvoorbeeld had altijd wel iets", aldus Daalmeijer, "zeker nadat Hans Paalman daar aangesteld was. Ik herinner me nog een enorme rel rond de Japanse kunstenares Yayoi Kusama die zich had toegelegd op bodypainting. De Delftse kunstenaar Jan Schoonhoven liet zich door haar beschilderen. Hij kwam dus poedelnaakt de aula van het museum binnenwandelen, alwaar de kunstenares haar werk deed - onder het toeziend oog van de toenmalige wethouder van cultuur Truus Verweij-De Graaff. Ik weet niet of zij toen al getrouwd was, maar zij voelde zich er in ieder geval zichtbaar ongemakkelijk bij." Het waren niet alleen de instellingen, maar juist ook de Schiedammers zelf die borg stonden voor een scala aan verenigingen. Men hoorde nog bij grote kerkgenootschappen, maar was ook lid van wandelverenigingen, deed aan amateurtoneel of zat in een fanfare. Daalmeijer: "Je had in Schiedam allerlei koren, fanfares, drumbands en de harmonie, met aan de top de Beatrixband. Eens per jaar was er een Toch is het dat verenigingsleven waar Joop Daalmeijer het meest van onder de indruk was, en niet te vergeten de internationale jeugduitwisseling van de Schiedamse Gemeenschap. "Ik heb daar met veel plezier aan meegedaan, als groepsleider. In het Duits was je dan Gruppenführer, of capo gruppo in het Italiaans. Twee weken in een ander land: bij mensen thuis wonen, cultuur en samenleving heel direct opsnuiven en meebeleven. Dat was heel bijzonder. Schiedam ontving dan op zijn beurt ook Italianen uit Udine, Duitsers uit Esslingen, Fransen uit Vienne en Zweden uit Norrköpping. Het was in die tijd het bouwen aan een nieuw Europa, gedragen door jongeren. Dat de Schiedamse Gemeenschap onder leiding van Peter van den Boom dat deed en daar geld aan besteedde, was buitengewoon belangrijk. En dan het 'gewone' verenigingsleven. Het was zo rijk en ook op zoveel verschillende gebieden, dat is nu bijna niet meer voor te stellen. Alleen al op sportgebied buitelde men bijna over elkaar heen. Hermes DVS stond toen voor voetbal en voor cricket, maar dan was er ook nog SVV en kende Schiedam handbalclubs, voetbalverenigingen, wielerrondes, roei- en zwemwedstrijden in de Maas, et cetera. Dat verenigingsleven draag ik nog altijd met mij mee, niet eens zozeer als journalist, maar gewoon omdat ik het belangrijk vind dat zulk soort organisaties er zijn. Ik doe niet aan schnabbels, want daar houd ik niet van. Wel zit ik als vrijwilliger in allerlei besturen en adviesraden. Ik zit onder andere in het bestuur van de Commissie Cultureel Verdrag Vlaanderen - Nederland, ben voorzitter van de CliniClowns en de NVJ, alsmede vicevoorzitter van het Nationaal Jeugdorkest. Dat heeft met die achtergrond te maken. Dat is allemaal in Schiedam gevormd."

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Musis | 2007 | | pagina 391