nadat het keer op keer ten prooi was gevallen aan vernielzuchtige jongeren. De resten van het beeld gaan naar de hal van een school bij wijze van educatieve vermaning: dit gebeurt er met kunst als je er niet met je fikken vanaf blijft. En nog steeds ook zijn er kunstwerken die roemloos op de vuilnishoop der geschiedenis belanden of die brutaalweg worden geaborteerd, zoals het driedelige letterkunstwerk van Eindhovenaar John Körmeling, geprojecteerd op het postkantoor aan de Waalstraat, op het dak van de flat erboven en op de gevel van de bibliotheek ertegenover. Van dit object werden alleen de letters boven de bibliotheek uitgevoerd, de rest van De negende van Oma mocht na een politieke rel over de wenselijkheid om een seniorenflat op te sieren met het woord 'oma' niet eens in het openbaar verschijnen. Bij de verbouwing van de Stadsgehoorzaal is de kunst er ook niet zonder kleerscheuren vanaf gekomen. In de balustrade De kroningslantaarn op het Stationsplein wordt stukje bij beetje gesloopt door voorbijgangers die hun handen en voeten niet thuis kunnen houden. Eerst miste Horsten de bronzen leeuwenkoppen van de fontein. "Die zijn er gewoon afgeroofd." Inmiddels is ook geprobeerd de plaquettes op de sokkel los te wrikken. Het monument staat er onttakeld bij. Misschien zijn de plannen om het plein te bebouwen - als onderdeel van de woningbouw rond het station - een goede aanleiding om de lantaarn, een herinnering aan de inhuldiging van koningin Wilhelmina in 1898, te restaureren en een andere plaats te geven. Veel openbare kunstwerken zijn gerelateerd aan de geschiedenis van de stad. Het getuigt van minachting om kunst zomaar op de schroothoop te gooien als er bij een nieuwbouwproject even geen plaats meer voor is. De ontwikkeling van een stad is een permanent proces en gevraagd de kunstwerken te sparen en in het archeologisch depot te plaatsen. Pas toen men een paar jaar later op het stadhuis wakker werd en ambtenaren zich afvroegen waar die kunstwerken toch gebleven zich afvroeg waar ze waren, zijn deze weer aan de gemeente overgedragen. En derhalve gered van de container. Sinds 2000 echter wordt het Visserijmuseum/ Vlaardings Museum van iedere sloopaanvraag door de gemeente op de hoogte gesteld, met het (afgesproken) doel bewarenswaardige elementen uit te kunnen nemen. Eerste-stenen, gevelornamenten, interieurstukken en dergelijke komen sedertdien in het vizier van het museum, zoals ook het glas-in- loodraam uit het HVO-kantoor, het inrijhek van Hoogstad en de tegeltableaus uit de Parkwegschool. Tenslotte nog heeft de gemeente sinds kort een contract met de Kunstservice uit Delft, een bedrijf dat kunst schoonhoudt en inspecteert. Een uitstekend initiatief en eindelijk een pluim voor de gemeente. Aandacht voor kunstwerken die ooit openbare en particuliere bouwwerken sierden en voor het publiek een onlosmakelijk onderdeel vormden van het stedelijk karakter is niet vanzelfsprekend. Zo werden in een nabij verleden de kunstwerken die ooit toebehoorden aan een schooltje in de Westwijk eerst in opslag genomen nadat de gemeentelijk archeoloog op eigen initiatief aan de sloper had Minstens zo bizar is het lot van van het oorspronkelijke gebouw was een stenen muziektrofee verwerkt - Horsten heeft foto's waarop het object van de Vlaardingse beeldhouwer Govert van Brandwijk (ook de maker van het Visserijmonument) nog te zien is. De balustrade werd verwijderd, en daarmee verdween tevens de muziektrofee uit het collectieve geheugen van de stad. Niemand weet waar het beeldhouwwerk is gebleven. De ervaring leert dat er in zulke gevallen meestel maar één mogelijkheid overblijft. De puincontainer. "Hoe openbaarder, hoe kwetsbaarder," zegt Henk Horsten in een variant op Luceberts beroemde constatering dat alles van waarde weerloos is. Respect voor openbare kunst eisen is ook een beetje de Goden verzoeken. Je maakt kwaadwillenden attent op objecten die misschien wel interessant zijn om te vernielen. Maar hoe moet je anders de aandacht vestigen op het probleem? Horsten: "Je kunt je toch niet laten chanteren door het feit dat er vandalen rondlopen?" Dus hier dan toch maar weer een waarschuwing geuit. de bronzen vrouw met het hondje openbare kunstwerken hebben daar een eigen plaats in. Wil Vlaardingen verantwoord met zijn openbare kunstbezit omspringen, dan lijkt het raadzaam niet tot het laatste moment te wachten met nieuwe bestemmingen te bedenken voor kunstwerken uit slooppanden. Want dan kan het wel eens te laat zijn. Daarom kan het geen kwaad als de gemeente nu al bij TNT informeert wat er gaat gebeuren met het reliëf boven de ingang (een haring die door een posthoorn zwemt), als het voormalige postkantoor aan de Westhavenkade plat moet. En hoe ziet de toekomst van het reliëf op het viaduct bij NS- station Vlaardingen-Oost eruit? Dat dreigt straks volledig uit het zicht te verdwijnen door de bouw van een verhoogd verkeersknooppunt om de verkeersstroom naar het toekomstige kantorenpark Vijfsluizen te regelen. "Dat zijn nou typisch van die dingen waar je alert op moet zijn," zegt Henk Horsten. "Als je even niet oplet, zijn ook die kunstwerken voorgoed verdwenen." Musis 34

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Musis | 2008 | | pagina 34