gezorgd dat in Schiedam mensen met kinderwagens in het al
maar drukkere verkeer veilig konden oversteken.
In het verhaal van de brandweerkazerne stond hij helaas met
lege handen. De politieke, of misschien beter de bestuurlijke
kaarten waren geschud en er viel niet meer over te praten.
Ik heb toen nog een laatste poging gedaan en ben bij de
burgemeester geweest. Dat was een keurig gesprek onder
heren, maar ik werd wel de wei in gestuurd. Het college had
besloten en het college had voor die beslissing getekend.
Jammer, meneer Van Eek, maar er is niets meer aan te doen.
Zoiets. Ik ben toen ook nog voor de tv geïnterviewd, lopend
door de buurt en langs de plek waar die kazerne moest
komen. Iedereen was het met me eens, maar er was een
politiek besluit genomen en dat was onomkeerbaar.
Je wordt daar wanhopig van. Iedereen weet en geeft toe, dat
het fout is, ook de gemeentearchitect, maar het komt politiek
het beste uit en dus zal het gebeuren. Dat heeft me in het
kamp van het verzet gebracht.
Er was nog veel meer aan de hand. Die politici wilden een
historisch ontzettend belangrijk deel van de stad gewoon
rücksichtslos platgooien, zonder dat ze zelfs maar een
begin van een plan hadden voor de invulling, behalve die
brandweerkazerne dan en wat ideeën om de binnenstad beter
voor het verkeer toegankelijk te maken en de nieuwe wijken
en de oude stad met elkaar te verbinden.
Daarvoor hoefde natuurlijk zo'n hele buurt niet weg. Ik heb me
toen aangesloten bij de jongeren rond Jan Schaper, die vanuit
het Zakkendragershuisje probeerden de sloop te voorkomen
en plannen maakten voor de revitalisering van de buurt.
Want dat was (en is) mijn heilige overtuiging: je moest door
die inderdaad verturfde hopen stenen heen kunnen kijken om
te bedenken welk nieuw leven mogelijk zou kunnen zijn, en
dat vroeg visie en de bereidheid om naar anderen te luisteren.
In die strijd hebben vooral de krakers een praktische rol
gespeeld, en hebben mijn vriend en collega Geert Bannenberg
en ik geprobeerd een inhoudelijke bijdrage te leveren.
Wij waren er heilig van overtuigd dat de buurt het (bouw)
historisch waard was behouden te blijven en dat hij weer tot
leven gebracht kon worden. Ik ben bij Heineken geweest om
te kijken of ze daar iets in onze plannen zagen en wilden
meedoen. Ik vertelde ze wat er aan de hand was en hoe een
vergelijkbare buurt in Maastricht tot nieuw leven was gebracht.
Heineken wilde wel meedoen als Schiedam van de buurt
een werk- en uitgaanscentrum voor bijvoorbeeld jongeren of
kunstenaars zou maken, een soort Quartier Latin. We moesten
ons maar melden als het zover was, dan wilden zij wel voor
de horeca zorgen. In ons enthousiasme hebben we toen met
een aantal mensen, onder wie Freddy Beukers en nog wat
leden van de Sociëteit De Vrijheid, een stichting opgericht.
Dat gebeurde bij notaris Blaisse aan de Nieuwe Haven en de
stichting heette simpel 'Stichting De Brandersbuurt'.
We wilden proberen geld te verzamelen voor een doorstart
van de buurtHet was leuk geprobeerd, maar alles liep steeds
weer stuk op die politieke muur: gebrek aan visie en geen
bereidheid om te luisteren of te argumenteren.
De burgemeester stond er wel, maar hij ging het debat niet
aan. Ik denk dat de stichting nog bestaat, we hebben hem
althans nooit opgeheven
Het was voor ons als betrokken jonge burgers niet te
begrijpen. Iedereen in Schiedam stond positief tegenover alles
wat we ondernamen. Geert Bannenberg en ik hebben nog
getekend hoe het er uit zou kunnen gaan zien, zogenaamde
artists impressions van wat pleintjes met leuke terrassen en
een nieuwe functie voor het grootste deel van de bebouwing,
gewoon om te laten zien wat het zou kunnen worden, als je
maar kijken wilde. We wilden toen nog niet meer dan laten
zien dat het best mogelijk was om weer leven in de puinhoop
te brengen. Dat was niet ingewikkeld: je knapt een huis of
gebouw op en geeft het een nieuwe bestemming. Er waren
meer plannen. Bijvoorbeeld 'Het Plan' van de werkgroep H.B.O.
dat in de buurt vier 'pleinen' plande en die bestemde voor
activiteiten die met jeugd, jongeren en cultuur te maken hadden.
199 Musis
Pleintje voor Zakkendragershuisje tussen Schie en vm. Prinsensteeg, tekening J.A. van Eek potlood op calque,
collectie Gemeentearchief Schiedam