Karin Arink, States of Self 'Steeds vraag ik me af, wat is dat persoonlijkheid, persoon, identiteitVan al mijn ervaringen, van al mijn gedachten, wat is het meest 'mij'? En van al mijn uiterlijke verschijningsvormen. Mijn lichaam, mijn gebaren, mijn kleding, mijn gedrag, die afhankelijk van mijn bui en van de groep waarin ik verkeer variëren, welke verschijningsvorm geeft het best aan wie ik ben?' Karin Arink, 1997 Al bijna twee decennia onderzoekt kunstenares Karin Arink de definitie van het 'zelf' en hoe het zich manifesteert. In verschillende materialen en technieken probeert ze de resultaten van haar onderzoek vorm te geven. Of het nou een soort uitgeklapte jurk is, een houten beeld van in elkaar overlopende ledematen of een geluidsopname van gesproken gedachten, het zijn maar een paar voorbeelden. Het Stedelijk Museum Schiedam toont op dit moment een overzicht van de kunstenares die in 1992 de Prix de Rome ontving voor haar werk. Drie zalen tonen drie manieren, waarop het 'zelf' zich volgens Arink manifesteert: Seduction/De eerste blik, waarin het 'zelf' zich via het lichaam en/of kleren aan een ander laat zien, Infiltration/Verstrengeling, waarin het 'zelf' zich verbindt aan een ander en In Solitude/De binnenruimte, waarin het 'zelf' zich naar binnen keert. Bij binnenkomst zie je een opmerkelijke foto, CutDressCutPhoto (purple) uit 2000, één van de twee foto's die het Stedelijk Museum zelf in de collectie heeft. Het is een foto van een vrouw, waarschijnlijk Arink zelf, met een fototoestel voor haar gezicht, waardoor het onzichtbaar is. Ze heeft een paarse jurk aan van dekkende en doorzichtige stof met verticale rijen geborduurde bloemetjes. Daar waar het lichaam ontbloot is, heeft de kunstenares in de foto geknipt. Stroken papier vallen naar voren, waardoor ontblote stukken niet te zien zijn. De ogen worden in de maling genomen, want daar waar ze naartoe getrokken worden, zien ze niets, sterker nog ze kijken door de foto heen. Froukje Holtrop Er ontstaat dus een ruimte achter het werk, maar, door die naar voren vallende strook, ook vóór de foto. De foto treedt in het driedimensionale vlak en daarmee krijgen illusie en perspectief een andere betekenis. De verwarring wordt nog groter als de beschouwer zich afvraagt hoe het nou werkelijk zit met de spiegeling. Fotografeert de vrouw zichzelf in een spiegel, en ziet de beschouwer die ook, of zijn er twee spiegels of slechts één gedeeltelijk? En op de achtergrond is een bed, maar is dat de echte achtergrond, of de gespiegelde, of gespiegeld in de spiegel? Waarschijnlijk is het niet de bedoeling om deze kwestie op te lossen, maar de kunstenares zorgt er wel voor dat je ogen op hun hoede zijn. In de verbeelding van het 'zelf' stelt Arink het menselijke lichaam centraal, of beter gezegd lichaamsdelen, en dan vooral de huid. De huid immers vormt zowel letterlijk als figuurlijk de grens tussen het innerlijk en het uiterlijk van de mens. Of, zoals de kunstenares het zelf formuleert, de huid is een membraan. Daarbij zijn dus de gebieden gescheiden, maar uitwisseling is wel mogelijk. Zoals hierboven beschreven fotografeert ze het lichaam, en de foto bewerkt ze. En naast de tekeningen met inkt, ballpoint of waterverf maakt Arink ook beelden in paraffine, hout en keramiek. Uit hout sneed ze langgerekte composities van in elkaar overlopende ledematen, van een of meerdere mensen. En van keramiek maakte ze organische vormen met typisch menselijke houdingen en gelijkenissen met menselijke ledematen. Maar soms zien de werken er ook uit als een hulsel, zoals bij een slang, die zijn huid heeft achtergelaten. Ze maakte ook een installatie van objecten van keramiek op de grond, die ze neerlegde als een skelet van een dier dat de hitte en de aasgieren in de woestijn niet hebben overleefd. Arink verbeeldt het lichaam nooit helemaal gelijkend en door de afwezigheid van een gezicht ook totaal van identiteit ontdaan. Maar daardoor zijn haar beelden vervreemdend. Ze roepen associaties op van misbaksels en verminkingen. De kunstenaar doet het daar niet om, maar vindt het ook niet erg als haar kunst dit effect op de toeschouwer heeft. Ook een belangrijke rol speelt textiel dat zij beschouwt als een tweede huid, met als verschil dat de drager er voor kan kiezen of het het lichaam bedekt of verhult. Dit is aan de orde in de beschreven foto CutDressCutPhoto (purple), maar ook in een werk dat bestaat uit een roze satijnen voorpand van een hesje met geborduurde teksten, zoals Make Love to Me, Respect me, Protect me, Learn Me to Trust You, Show Me My Lies, Tell Me Your Dreams, Do Not Depend on. Het textiel is er om het lichaam te bedekken, maar de geborduurde teksten tonen de gedachten van de drager waarmee het communiceert met een ander. Ook met de keuze van het textiel, zacht of ruw, glimmend of dof, bepaalt de drager hoe, en of, een ander hem of haar ziet. In de tentoonstelling hangt een keur aan stoffen, in de vorm van een uitgeklapte jurk of geknipt in abstracte organische vormen. Arink vult de stoffen ook op als textiele sculpturen zoals 'Nike', naar het beroemde beeld uit de klassieke oudheid de 'Nike van Samothracië' in het Louvre. Karin Arink maakte ook een aantal korte animaties. Ze zijn eenvoudig van opzet, in twee kleuren en verbeelden op een abstracte manier bijvoorbeeld twee mensen die contact met elkaar zoeken. In een van de werken schieten in eerste instantie een paar druppels heen en weer over het scherm. De vormen, die pas later mensen blijken te zijn, groeien steeds meer naar elkaar toe, ze gaan weer uit elkaar en uiteindelijk lossen ze op. In een ander werk beginnen twee mensen aan een kus en bij de eerste aanraking lossen ze op. 289 Musis

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Musis | 2008 | | pagina 289