De liefde voor geschiedenis begint bij mijn voordeur Ingrid van der Vlis Tijdens haar studie Een herberg met een beerput Verhalen over ijsmoppen Musis 8 'De stad heeft mij enorm verrast, zeker in historisch opzicht. De haven, de Hoogstraat en de terp waarop de kerk staat. Je kunt hier het verleden opsnuiven; dat is voor mij enorm belangrijk.' Maar weinig Vlaardingers zullen zich hierin herkennen. Zij zien een grauwe industriestad voor zich, waar vooral veel monumentale panden verdwenen zijn. Of zien zij het ook zo zonnig in? Volgens Cora Laan leeft er veel passie voor de Vlaardingse geschiedenis, maar laten stadsgenoten zich daar niet zo vaak over uit. Ze klagen eerder over al het moois dat inmiddels is afgebroken, maar vergeten daardoor soms dat er ook nog veel te genieten valt. Vlaardingers zouden volgens haar best trotser op hun stad mogen zijn. Cora Laan 1968) is historicus en woont nu een kleine vijftien jaar in Vlaardingen. Het is voor haar niet zomaar de plek waar ze woont; dat gaat veel dieper. 'Vlaardingen betekent veel voor mij. Mijn puberteit heb ik doorgebracht in een forensendorp, in de groeikern Hendrik- Ido Ambacht. Er was daar zo weinig te doen. Zelfs geen middelbare school, daar moest ik dagelijks drie kwartier voor fietsen. Ik heb mij toen voorgenomen: als ik later ergens ga wonen, moet er minstens een Hema zijn. Vlaardingen had een Hema en zelfs een V&D toen ik er kwam, dus alleen daarom was het al goed.' Maatschappijgeschiedenis aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam kwam Cora Laan voor het eerst in Vlaardingen. 'Ik deed een bijvak archeologie in Leiden en wilde graag leren graven. Bijna alle opgravingen waren volgeboekt, maar in de Vlaardingse Aalkeet-Buitenpolder was nog een plekje vrij. Dat is wat nu de Surfplas is, waar kort daarvoor de Krabbeplasman gevonden was. Mijn allereerste kennismaking met de stad was dus station Vlaardingen- West. Misschien was mede daardoor de binnenstad zo'n verrassing. Dat geldt waarschijnlijk voor meer buitenstaanders. Als je van buiten met de auto arriveert, dan kom je op een parkeerplaats in het centrum terecht. Dan loop je eerst over nieuwbouw uit de jaren '90, maar als je dan op de Hoogstraat komt.... Prachtig, dan ligt de hele stadsstructuur opeens voor je open. Die dijk leidt als vanzelf naar de terp met de Grote Kerk, waaraan een mooi stadhuis ligt en een prachtig plein. Dan heb je gelijk de historische kern van de stad te pakken, waar eigenlijk altijd een prettige rust hangt. Geen saaiheid, maar gewoon weldadige rust. Ik kom nog steeds graag op de Markt, en kijk dan vooral even bij Herberg de Visscher naar binnen.' Die herberg is een verhaal apart. Er zit immers geen herberg meer op het plein. Deze zat er in de achttiende eeuw nog wel, op de hoek van de Markt en de Smalle Havenstraat, waar tegenwoordig meubelzaak Het Waaigat gevestigd is. Bij een grootschalige verbouwing daar werd de achttiende-eeuwse beerput van deze herberg opgegraven. Een gave beerput, tot aan de rand gevuld met borden, kopjes, kommen en glazen. Gebroken, gebarsten of anderszins onbruikbaar geworden, maar samen goed voor ruim duizend objecten die ooit in de herberg gebruikt waren. Voor Cora Laan vielen diverse puzzelstukken op hun plek. 'In mijn studie was ik altijd al bezig om samenhangen te zoeken tussen geschiedenis, archeologie en kunstgeschiedenis. Ik voelde mij beperkt als ik maar één soort bron mocht gebruiken. Bij geschiedenis waren dat vaak schriftelijke bronnen, bij archeologie alleen voorwerpen en bij kunstgeschiedenis louter afbeeldingen. In Vlaardingen viel ik met mijn neus in de boter. Hier was een beerput opgegraven én er bleek een boedelinventaris te bestaan van Herberg de Visscher uit dezelfde periode. Nu had ik een plek waar ik de verschillende bronnen zou kunnen vergelijken. Ongeveer tezelfdertijd liep ik stage bij Museum Boijmans Van Beuningen, waar een documentatiesysteem voorhanden was. De in de boedelinventaris beschreven voorwerpen, de objecten uit de beerput én de afbeeldingen kon ik nu naast elkaar op een rij zetten. Vanuit deze unieke bronnencombinatie ben ik mijn promotieonderzoek naar achttiende-eeuwse drinkcultuur gestart.' Het onderzoek zorgde ervoor dat Cora Laan meer en meer met Vlaardingen te maken kreeg. Inmiddels woonde ze er ook, en had ze haar weg bij de verschillende historische instellingen gevonden: het stadsarchief, het museum en - natuurlijk - de archeologie. 'Voor mij is de archeologische werkgroep Helinium van onschatbare waarde geweest. De leden hebben met mij mee gepuzzeld en geplakt om de voorwerpen uit de beerput tevoorschijn te halen. Dat had ik alleen nooit gekund. Avonden lang lag alles uitgestald in de archeologische werkruimte op Hoogstad, waar we de brokstukken bij elkaar zochten en blij waren als er weer een scherfje op de juiste plek zat.' In januari 2003 was het onderzoek gereed en promoveerde Cora Laan op Drank en drinkgerei. Een archeologisch en cultuurhistorisch onderzoek naar de alledaagse drinkcultuur van de 18de-eeuwse Hollanders. Het boek werd uitgegeven door uitgeverij De Bataafsche Leeuw, waarna het eerste exemplaar feestelijk overhandigd werd aan burgemeester Tjerk Bruinsma. 'Dat was een mooie kroon op het werk en bevestigde meteen mijn vermoeden: er bestond veel belangstelling voor Vlaardingse geschiedenis in de stad. Ik werd bijvoorbeeld voor Oud-Vlaardingen geïnterviewd, een radioprogramma van Omroep Vlaardingen. Presentator Max Thurmer en eindredacteur Arie Ouwendijk vroegen of ik iets over Herberg de Visscher wilde komen vertellen. Van het één kwam het ander en zodoende werk ik nu al een aantal jaren als vrijwilliger voor de omroep. Daar houd ik mij bezig met het interviewen van oud-Vlaardingers.' Oud-Vlaardingen bestaat telkens uit vier tot vijf interviews van zo'n zes minuten, over gevarieerde onderwerpen. Het is primair gericht op de lokale geschiedenis, op verhalen die in de stad leven. De geïnterviewden vertellen over vroeger, over hun jeugd en over zaken die ze hier hebben meegemaakt. Hun interviews worden vervolgens in digitale vorm bewaard, zodat er vanzelf een oral history archief ontstaat. Cora Laan: 'Dat is mooi om aan mee te werken, en zeer waardevol.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Musis | 2009 | | pagina 8