De revitalisering van bedrijventerreinen is - hoewel aanzienlijk minder in het nieuws dan de problemen in de stadsvernieuwing en woningbouw - voor tal van gemeenten een heikele zaak. Terwijl Nederland er na de Tweede Wereldoorlog kabinet na kabinet van uitging dat de economie niet kapot kon en aan de stadsranden en langs autowegen bedrijvenpark na bedrijvenpark werd gesticht, was het met de kwaliteit van het daar gebouwde steeds treurig gesteld. De bedrijventerreinen rond Rotterdam, Schiedam en Vlaardingen zijn daarvan het tot droefheid stemmende resultaat. Dat het verkavelingsplan voor bedrijventerreinen weinig ruimte biedt voor een exuberant stratenpatroon is een onontkoombaar gegeven. Wie denkt aan een efficiënte infrastructuur en optimaal gebruik van de beschikbare ruimte, komt bijna vanzelfsprekend uit op een rechttoe-rechtaan stratenplan. Maar dat hoeft nog niet te betekenen dat ook de architectuur en aankleding van minder allooi moeten zijn. Toch is dit het geval. Neem bijvoorbeeld de 'sGravelandse- polder en Nieuw Mathenesse in Schiedam, Vetteoord en de Vergulde Hand in Vlaardingen en rond Rotterdam onder andere de Spaansepolder, Zestienhoven en Waalhaven. Onherbergzaamheid en verwaarlozing zijn troef. Zuid Holland telt inmiddels vijfhonderd van die sleetse bedrijventerreinen met een gezamenlijke oppervlakte van 10.500 hectare. Zo groot is ook de stad Rotterdam. Vloermat voor investeerders Sinds kort hanteert Schiedam ook voor bestaande industrie gebieden een beeldkwaliteitsplan. Dit verwoordt overigens een aantal ambities die in het verleden ook al werden gehoord en herhaald worden in de Stadsvisie 2030. Herstructurering en kwaliteitsverbetering zijn hierin kernbegrippen. In het verleden hadden die beleidsvoornemens echter een grotere betekenis als vloermat dan als uitgangspunt voor een dwingend kwaliteitsbeleid. Van de meeste in het verleden met zoveel aplomb gepresenteerde plannen die tot doel hadden de kwaliteit van de bedrijventerreinen op een hoger niveau te tillen, kwam in de praktijk maar bar weinig terecht. Legio zijn de goedkope bouwoplossingen die om tal van redenen werden toegestaan. Met als resultaat dat de gerealiseerde kwaliteit doorgaans aanzienlijk lager uitviel dan overheid lief was, maar wel moest accepteren onder het dreigement te zullen vertrekken naar een gewilliger stad. Legio zijn ook de gevallen Parkeren binnen Een moskee is er nooit meer uit zijn handen gekomen, hoewel hij dat indertijd graag had gewild. Wat wel gebeurde is dat hij daarmee de basis legde voor een constructief denken, dat hem in staat stelt nieuwe gebouwen te ontwerpen met gebruikmaking van de bestaande constructie. Hoever dat kan gaan bewees hij recent met de (ver-, her-)bouw van een opgegeven bedrijfspand aan de 'sGravelandseweg en de Conradstraat. De herberekening van de bestaande constructie maakte het voorstelbaar dat met gebruikmaking van fundering en skelet een volledig ander gebouw kon worden gerealiseerd. Uiteindelijk bleek het zelfs mogelijk om een nieuwbouw te realiseren die in alle opzichten tegemoet komt aan alle huidige eisen van ruimtelijk gebruik, architectuur, waarin gemaakte afspraken domweg niet werden nagekomen maar controle en handhaving achterwege bleef. Gedeeltelijk valt dit te begrijpen. Te billijken is anders. Meer nog dan op het gebied van woningbouw en stadsvernieuwing, waarin overigens ook missers werden geaccepteerd als de foeilelijke nieuwbouwcomplexen aan de Lange- en Korte Haven en de Noordvest, mist de overheid de greep op het industriële bouwen. Sterker nog, in de invulling van bedrijfs terreinen bestaat een voortdurend conflict tussen de ambities van lokale overheden en bedrijven die zo goedkoop en groot willen bouwen als maar mogelijk is. Op nieuwe bedrijvenparken lukt het tegenwoordig vrij redelijk om een zekere kwaliteit te handhaven. Op oude bedrijfs terreinen is het heel moeilijk om greep te krijgen op de ontwik kelingen aldaar. Ook in Schiedam en Vlaardingen. Alle goede voornemens ten spijt. En juist in dat niemandsland tussen wensen en kansen ziet Bert Toorman Architecten de ruimte om zichzelf te profileren. Enerzijds door die kwaliteit te realiseren die de lokale overheid zo gaarne ziet, anderzijds door aan bedrijven binnen dat kader betaalbare oplossingen te bieden. Toorman kwalificeert zichzelf onder andere als architect met grote aandacht voor constructieve vraagstukken. Voor het eerst vestigde hij de landelijke aandacht op deze hoedanigheid met de bouw van de Mevlana-moskee in Rotterdam. Wie erlangs rijdt ziet een luchtige op Ottomaanse bouwtradities gebaseerde moskee met de typische slanke minaretten en overeenkomstige kleur stellingen. Het gebedshuis verschilt in toegepaste technieken echter hemelsbreed van overeenkomstige gebouwen in het Europese deel van Turkije. Het geheel is opgebouwd uit geprefabriceerd betonnen elementen naar ontwerp van Bert Toorman persoonlijk. Ook de constructie van de koepel uit losse betonnen schalen die in het momentum één geheel vormden is door hemzelf bedacht. Musis 18 Garage, administratieve ruimten en werkplaatsen aan de 's Gravelandseweg, hoek Con radstraat. Op de eerste verdieping is het parkeerdak ondergebracht.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Musis | 2009 | | pagina 18