^^iix^ingr /l>%^
Van Jan Jansz Potter is niet meer bekend dan dat hij gezworen
andmeter van Delfland en Schieland wasf maar in die bescheiden
functie een geodeet wiens werk op hoge prijs werd gesteld.
getekende kaart in inkt die de Rotte in beeld brengt, alsmede
twee grotere werken: het kaartboek voor de regenten van
het Weeshuis der Hervormden in Delft (1572) en dat voor het
bestuur van het Sint-Jacobsgasthuis in Schiedam.
Zowel Potter, als De Gheyn als Blaeu tekenden hun kaarten in
vogelvluchtperspectief, dat wil zeggen dat op de plattegrond,
in een hoek van 45 of 60 graden huizen en andere opstanden,
waaronder ook bomen, schuren, hooimijten, bruggen, molens
en schepen zijn afgebeeld. Het perspectief is dus een schijn-
perspectief, gebaseerd op een verkavelingskaart waarvoor
Blaeu de omgaande complexmaten aanhield waar De Gheyn
en Potter zich aan de perceelmaten hielden.
Daarmee zijn er significante verschillen in de afbeeldingen van
de drie kaartmakers. Blaeu hecht het grootste gewicht aan de
plattegrond en het totale beeld. Wel besteedt hij (wie betaalt
bepaalt) de nodige aandacht aan bijzondere gebouwen, zoals
de Westerkerk op de rijk uitgevoerde kaart van Amsterdam.
Ook de schepen op het IJ zijn gedetailleerd. Zowat alle
scheepstypen die de VOC in gebruik had zijn - al dan niet
vlaggend of een saluutschot lossend - door Blaeu afgebeeld.
Blaeu wist hoe hij zijn belangrijkste afnemers, de kooplieden
deelnemers in de Vereenigde Oost-Indische Compagnie moest
plezieren.
Door deze rijkdom van details wordt de aandacht overigens
snel afgeleid van zijn weergave van de stad Amsterdam. En
daar blijkt Blaeu in zijn weergave heel wat minder nauwkeurig.
Hele straten en grachten laat hij voltekenen met één en
hetzelfde huizentype. Ook de aanleg van de Keizers-, Prinsen
en Heerengracht, juist op het moment dat Amsterdams rijkdom
daar z'n imposante koopmanspaleizen liet optrekken.
Naast de strakke uniforme opzet van de kaarten in het
'Toonneel der steden', lijkt Jacques de Gheyn in opdracht
Percelen in 'Vlaerding' in de 'Brouckpolder', met links de 'Piatvoetsche ofte Groote Vlaerding Vaert' en rechts de'Bommeer', folio 7 verso - 8 recto.
itb tc xtuigxS tniïf \I\1
,1fxocf 1Jhifa-ljtnU j*>/rV>j t
i'Jfhufijtn \.ttiycni Tk*Wi
(\>*w
^e\
IMfifiSI i.
Musis 38