Het TOERNOOIVELD
lil®
Piet Sanderscomplex
Vanzelfsprekend noemt Venhuizen ook het Heenvlietseplein
thans het Piet Sandersplein in de Gorzen. De woningen
werden in het begin van de twintigste eeuw ontworpen door
en uitgevoerd onder directie van de Schiedamse architect Piet
Sanders. Indertijd vormde ook dit complex, dat veel kenmerken
vertoont van de Delftse school en zekere verwantschap heeft
met de volkswoningbouw in zowel het Spangen van J.P. Oud
als in het Vreewijk van MJ. Granpré Molière, een toonbeeld van
sociale bouw voor 'de bewuste arbeidersstand'. Het complex
stond op de nominatie om te worden gesloopt en te worden
vervangen door eigentijdse nieuwbouw, maar dit voornemen
maakte zoveel kritiek en tegenkracht los, dat werd besloten
om het geheel volledig te restaureren en de woningen ervan te
splitsen en samen te voegen ten einde het complex opnieuw in
de huursector neer te zetten.
De resultaten noemt hij fenomenaal en een uitgelezen
kans voor Gorzenaren en oud-Gorzenaren die hier in hun
vroegere omgeving hun wooncarrière willen voortzetten of
beëindigen. In de voormalige arbeiderswoningen zijn op een
slimme manier ruime eengezinswoningen gerealiseerd en
zijn ook woningen met praktijkruimte gereserveerd, terwijl
de binnenplaats, verfraaid met een fontein van Mare Ruijgrok
een uitgelezen plekje is voor een moment van ontspanning.
Ooit stelde de oud-directeur van de Woningbouwvereniging
Schiedam en latere (mede)directeur van Woonplus Fenny de
Graaf dat het Sanderscomplex altijd een unicum in de buurt
zou blijven.
Venhuizen deelt de mening van Fenny de Graaf. Of altijd een
restauratie op dezelfde manier kan worden uitgevoerd is
overigens nog maar de vraag. Ook vanwege de complexe aard
van de restauratie die overigens een groot succes mag worden
genoemd en vanwege de recentste ontwikkelingen op de
woning- en bouwmarkt.
Venhuizen: "De woningmarkt is in Schiedam twee jaar geleden
behoorlijk in de problemen gekomen. Meer dan momenteel door
het geslonken consumentenvertrouwen. Daar merken we
trouwens op dit moment nog opvallend weinig van. Misschien
omdat wij voor de meeste Schiedammers een vertrouwde
partij zijn.
De plotselinge stijging van de bouwkosten is voor ons van
grotere invloed geweest. De prijs van sommige bouwmaterialen,
waaronder staal, steeg met soms wel dertig procent en is
sedertdien niet meer of nauwelijks gezakt, wat maakt dat
je jezelf juist voor de voor Schiedam interessantste groep
van huizenkopers, namelijk de jonge starters op de (koop)
woningmarkt weinig te bieden hebt."
Met de beleidsmaatregelen die de minister voor de corporaties
in het vooruitzicht stelt, hebben Woonplus en Bob Venhuizen
als directeur weinig moeite. Er komen stringentere regels voor
de zogeheten nevenactiviteiten. Corporaties mogen voortaan
nog steeds activiteiten ondernemen of investeringen doen
buiten de kerntaak, maar wel onder duidelijke voorwaarden.
De corporatie móet (deels) commerciële projecten voortaan
in een dochter dan wel een andere verbinding onderbrengen.
Daarbij mag de woningcorporatie slechts aandelenkapitaal
verschaffen tot maximaal een derde van het balanstotaal van
die dochter. Corporaties mogen die dochter niet financieel
steunen via leningen, schenkingen of garantstellingen. Bij
projecten met een relatief groot commercieel deel moet er
sprake zijn van een algemeen belang en moet de gemeente
financieel participeren. Na realisatie van het project moet de
corporatie het commerciële deel binnen een redelijke termijn
verkopen. Met deze maatregelen worden de (financiële) risico's
van commerciële activiteiten aanzienlijk verkleind en wordt
het vermogen dat bestemd is voor de volkshuisvesting beter
beschermd."Feitelijk doen we niets anders", zegt hij. "Vrijwel
alles dat we doen valt binnen onze kerntaak: het zorgen voor
een prettig woonklimaat en het op die manier bijdragen aan de
maatschappelijke ontwikkeling van Schiedam. Het enige dat
we echt buiten onze kerntaak doen is - als maatschappelijk
betrokken instelling - het ondersteunen van culturele,
kunstzinnige, educatie- of werkgelegenheidsprojecten. Maar
daar gaat de brief van de minister - geloof ik - niet over."
Bob Venhuizen bij de presentatie van het plan Distillateursbuurt.
11 Musis