Aleida (voor 1234-1284) Schiedam mag trots zijn op zo'n connectie tekst: Han van der Horst Voor de ruïne van haar slot staat een standbeeld van Vrouwe Aleida, die de Schiedammers als stichteres van hun stad beschouwen. De kunstenares Theresia van der Pant, zelf uit Schiedam geboortig, heeft haar neergezet als een uitgesproken heerszuchtige dame. Met haar - straalt het kunstwerk uit - is het kwaad kersen eten. Dit alles stemt overeen met het beeld dat de meeste Schiedammers van "hun" Aleida hebben. Klopt het ook? De historicus/bestuurskundige Jeroen Rodenberg, niet geboren maar wel getogen op de Ambachtweg en de Waterstokerstraat in de Woudhoek, is bezig met de voorbereidingen van een proefschrift over vrouwe Aleida en haar tijd. In november 2009 verwachtte hij nog een jaar of vier nodig te hebben voor zijn onderzoek. Jeroen Rodenberg herinnert zich: "We hadden de middeleeuwse polders met hun karakteristieke slagenlandschap als achtertuin. Allemaal grondgebied van Aleida, want zij was vrouwe van het ambacht Zouteveen. Haar goederen strekten zich uit tot het Klooster Koningsveld bij Delft" Mooi stukje braakliggend terrein Wat drijft iemand om zich zo diepgaand bezig te houden met een edelvrouwe van achthonderd jaar terug? Hoe pak je zo'n studie aan? En wat verwacht je te ontdekken? Jeroen Rodenberg vertelt: "Ik ben op I december aan de Faculteit Bestuurskunde van de Vrije Universiteit begonnen als onderzoeker naar de manieren waarop bestuurlijk vorm wordt gegeven aan erfgoedbeheer. Het onderzoek naar Aleida doe ik puur vanuit eigen interesse. Het is een mooi stukje braakliggend terrein in de geschiedenis van het graafschap Holland. Ik ben nu bezig met een verfijning van de opzet want voor een pure biografie van Aleida zijn er te weinig bronnen. Daarom moet ik verbreden. Zij wordt nu voor mij een leidraad om de vrouwelijke machtsuitoefening te analyseren in dertiende-eeuwse landsheerlijke netwerken in de Nederlanden. De voorlopige werktitel van mijn proefschrift luidt: "Aleida van Henegouwen, vrouwelijke machtsuitoefening in landsheerlijke netwerken in de dertiende eeuw". Vrouwe Aleida was een zuster van de roemruchte Hollandse graaf Willem II, die het bracht tot Rooms-koning van het Duitse Rijk en in dat kader opdracht gaf tot de bouw van de Ridderzaal. Zij werd op haar beurt uitgehuwelijkt aan Jan van Avesnes, die graaf wilde worden van Henegouwen. Aleida had het slechter kunnen treffen. Het graafschap Henegouwen dat cultureel sterk beïnvloed werd door het hof van de Franse koning in Parijs, gold als een bakermat van de zuivere ridderlijke leefstijl. Aleida kon er haar hoofse manieren verfijnen. Ook leerde zij er voortreffelijk Frans spreken. Daarnaast maakte zij kennis met een rijke literatuur van hoofse poëzie en meeslepende ridderromans. En ze schonk haar echtgenoot zeven kinderen. Maar er zat ook een schaduwzijde aan het huwelijk. De clan der Avesnes was in een verwoede strijd verwikkeld met het concurrerende geslacht der Dampierres om de macht in Vlaanderen en Henegouwen. In het eerstgenoemde graafschap bekleedden de Dampierres een vrijwel onaantastbare positie. Zijn eigen moeder Margaretha bestempelde Jan als een bastaard, nadat zij na de dood van haar echtgenote haar heil had gezocht bij een Dampierre. Ongeveer honderd oorkonden Jeroen Rodenberg: "Het is heel erg moeilijk om iets te zeggen over het uiterlijk van Aleida en over haar persoonlijkheid. Er zijn ongeveer honderd oorkondes van haar bekend en dat zijn ambtelijke documenten. Een portret van haar bestaat niet behalve op een paar zegels en de afbeeldingen daarop zijn per definitie gestyleerd. Verder is er mischien een beeldje van haar gemaakt, maar dat kan ook van haar zusje Margaretha van Henneberg zijn. Als Aleida politieke ambitie heeft gehad, dan werd die ingegeven door wat ze van haar vader Willem II zou kunnen erven en de dynastieke belangen van haar man en van haar kinderen. Dan overlijdt op kerstavond Jan van Avesnes. Zij blijft alleen achter met haar nog minderjarige kinderen. Wat betekende dat voor iemand in haar positie? 21 Musis

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Musis | 2009 | | pagina 21