daar niet direct aan in haar Trap, maar het project hoort wel
helemaal thuis in haar oeuvre, waarin altijd verwijzingen
zijn te vinden naar de kortstondigheid van de jeugd en de
vergankelijkheid van het leven.
Bloemen en kinderen zijn haar symbolen bij uitstek. Die
twee komen terug in bijna alles wat zij maakt; in haar
onnavolgbare, uit Rouveense lappen textiel samengestelde
zeventiende-eeuwse stillevens, maar ook in de monumentale
kunstwerken als de zeventien kinderportretten in het
Sophia kinderziekenhuis in Rotterdam, waar zij bloemen
en kindergezichten op een ontroerende manier laat samen
vallen. Een soortgelijke combinatie paste zij toe in een op
schuifwanden aangebracht kunstwerk voor de Raad voor de
Kinderbescherming in Den Haag. Op het middenpaneel is een
groepsfoto met kinderen afgedrukt. Wordt een van de deuren
aan weerszijden opengeschoven, dan staan de kinderen
opeens achter bloemenstruiken.
Bloemen speelden in haar eigen jeugd een voorname rol.
De bloeiende planten in de vensterbank thuis die haar als
kind in hoge mate fascineerden, staan haar ook na al die
jaren nog haarscherp voor de geest. In 2007 maakte ze er
vier schilderijen van, met op ieder doek één enkele plant op
uitzonderlijk groot formaat. "Voor kinderen zijn de dingen
om hen heen overweldigend groot. Wil je die emotie als
volwassene oproepen, dan moet je werken op groot formaat."
Haar autonome kunst en het monumentale werk dat ze in
opdracht maakt gaan goed samen. Uit het een komt inspiratie
voort voor het ander. "Grote opdrachten kosten tijd, je bent
eerst langdurig bezig met overdenken wat je gaat doen en hoe
je het wilt uitvoeren. De beste manier om dat uit te denken
is voor mij bezig zijn met mijn stofjes. Mijn textiele kunst is
het product van vele uren handwerk. Handwerken is een zeer
rustgevende bezigheid. Als ik daar mee bezig ben, kom ik als
vanzelf op ideeën voor ander werk."
Aan opmerkingen dat haar monumentale kunst grotere
eeuwigheidswaarde heeft dan haar werk in textiel omdat hard
materiaal duurzamer is dan stof, hecht ze weinig waarde.
Heel veel robuuste beeldhouwwerken die in de buitenlucht de
tand des tijds trotseerden, hebben een korter leven gehad dan
fragiele doeken die veilig binnen hingen in een museumzaal
met optimale luchtcondities. De maatregelen die de gemeente
Vlaardingen heeft moeten treffen om het granieten 'tapijt' op
het Veerplein tegen beschadiging te beschermen, laten zien
hoe kwetsbaar zelfs een kunstwerk van het hardste materiaal
kan zijn, als er maar onverschillig genoeg mee wordt omge
sprongen.
Met het deels in terrazzo uitgevoerde Nieuw Vlaardings Tapijt op
het Vlaardingse Liesveld toont Wilma Kuil dat ze het weerbarstige
materiaal steeds beter gaat beheersen. In de twee bij twee meter grote
terrazzoplaten met voorstellingen van onder andere haringenpaarden
eendenganzen en trekschuiten, zijn rijke kleurnuances te vinden.
Om dat te bereiken moesten opeenvolgende tinten graniet bij elkaar
worden gezocht. Een monnikenwerk.
33 Musis