Een snelweg met verleden
De eerste ideeën voor een weg tussen Bergen op
Zoom en Den Haag stammen uit 1953. Zeven jaar
later lanceert minister Korthals het '1200 kilometer
plan' waarin de A4 officieel genoemd wordt. In
1965 volgt een tracébesluit dat in 1970 resulteert in
het aanbrengen van een zandlichaam. Vervolgens
gebeurt er lange tijd niets. De Reconstructiewet
Midden-Delfland wordt van kracht waardoor - tot
groot plezier van de milieubeweging - de voor- en
nadelen van de A4 opnieuw gewogen moeten
worden. Niettemin lijkt het in 1989 dan eindelijk
zover: de Tweede Kamer besluit tot aanleg van
de A4. Nieuwe Europese regelgeving gooit echter
roet in het eten: er moet eerst een Milieu Effect
Rapportage worden uitgevoerd. Deze MER start in
1993, komt in 1996 gereed en levert een voorstel op
voor een A4 op maaiveldniveau. Dat geeft zoveel
maatschappelijke discussie dat een ontwerp-
tracébesluit wordt uitgesteld. Als vervolgens in
1998 het geld dat voor de A4 is gereserveerd, wordt
doorgesluisd naar investeringen in het spoor, loopt
de aanleg opnieuw vertraging op. In 2000 vraagt
de minister het bedrijfsleven om de A4 privaat te
financieren. Daar komt weinig van terecht en een
jaar later weigeren de zes betrokken gemeenten
sowieso mee te werken, tenzij de minister
garandeert dat omwonenden de A4 "niet te horen,
te zien en te ruiken" krijgen. Het Plan Norder voor
een beter ingepaste, verdiepte A4 krijgt vervolgens
wel de handen op elkaar. De regering stelt hier
geld voor beschikbaar, maar eerst moet de MER
opnieuw worden uitgevoerd. In 2006 ondertekent
een bont gezelschap met onder andere minister
Peijs, diverse overheden, Natuurmonumenten,
Milieufederatie Zuid-Holland en VNO-NCW-
west het lODS-convenant (programma Integrale
Ontwikkeling tussen Delft en Schiedam). Dit
convenant onderschrijft min of meer het Plan Norder.
Een aanvulling op de MER blijkt echter noodzakelijk:
verbreding van de A13 is namelijk niet als alternatief
meegenomen in de eerdere rapportage. Uiteindelijk
spreekt minister Eurlings in 2008 zijn voorkeur uit
voor de klassieke A4 tussen Delft en Schiedam, maar
dan wel als een verdiept "ingepaste" weg, passend
binnen het lODS-convenant. Ondertussen komt er
echter steeds meer steun voor een ambitieuzer
alternatief, het plan van Stichting A4 met Vaart. Ook
voorstanders van de klassieke variant, verenigd
in de Vrienden van de A4, roeren zich. Uiteindelijk
tekenen de betrokken overheden in september
2010 het bestuurlijk besluit tot aanleg van een deels
ondertunnelde en deels verdiept liggende A4. De
kogel lijkt door de kerk, maar deze geschiedenis
wordt ongetwijfeld nog vervolgd.
Musis 6
Midden Delfland
Stilte ftUB'.
Glunderend toont minister Eurlings het door hem getekende tracébesluit.
Protesten bij en op het dijklichaam tegen de A4 Midden-Delfland op 2 september 2010.