Musis 8
Viietfand;
vlietland 1
Het specialistenteam, met van links naar rechts B.R. de Witte, Ft.Th.J. Kortekaas, W.M.L.L.G. Deserno, I. Mares-Engelbert, H.E. Lont, F. Hulsebosch, G.M. Stenger en F.H. Beverdam.
Een goede organisatie van de zorg rond borstkanker is van
eminent belang. Het aantal vrouwen dat met deze ziekte te
maken krijgt, stijgt. Nu wordt één op de acht a negen vrouwen
door borstkanker getroffen. In de Verenigde Staten ligt het
cijfer al hoger: één op de zeven vrouwen. De oorzaken van
deze groei zijn niet exact bekend. Gewichtstoename en te
weinig lichaamsbeweging behoren waarschijnlijk tot de
voornaamste boosdoeners. Daarnaast zijn de onderzoeken de
laatste jaren geïntensiveerd, wat ook grote aantallen nieuwe
patiënten opleverde. In Nederland worden jaarlijks gemiddeld
10.000 personen - hoofdzakelijk vrouwen - aan borstkanker
behandeld.
De boodschap dat zij borstkanker heeft komt bij een vrouw
ongelooflijk hard aan. Zij voelt zich geraakt in haar intimiteit
en bedreigd in haar vrouw-zijn. "Het bestaan van zo'n vrouw
trilt op haar grondvesten," zegt Mares. Angst is de eerste en
allesoverheersende reactie. "Eerst komt de angst dat je dood
gaat. Daarna komt de angst voor de behandeling en voor de
verminking."
Met vrouwen in een dergelijke gemoedstoestand is het lastig
overleggen over de behandeling. De ervaring leert dat de
emotionele chaos die ontstaat na het horen van de diagnose
borstkanker, communicatie bemoeilijkt. "Het overbrengen
van de gecompliceerde informatie over de verschillen tussen
de mogelijke operaties is vaak lastig. Vóór mijn boek werd
kennis over de behandeling en de lichamelijke toestand
daarna alleen in woorden aangeboden. 'Borstbeelden' schreef
ik in eerste instantie als voorlichtingsmateriaal. Want vaak
dacht ik: had ik maar foto's waarmee ik kan laten zien waar
ik over praat; duidelijke en eerlijke beelden van vrouwen
die al zijn behandeld voor borstkanker kunnen bijdragen
aan een beter inzicht in de consequenties van een bepaalde
behandeling. Praten aan de hand van afbeeldingen kan de
keuze wellicht verduidelijken en kan de eerste aanblik van het
operatielitteken misschien iets minder moeilijk maken."
Mares wil de toegang tot de kliniek laagdrempelig houden.
Vrouwen moeten er snel terecht kunnen. Ook allochtone
vrouwen. Daarom heeft de borstkliniek zich verzekerd van
de medewerking van Mammarosa, een Haagse vrijwilligers
organisatie onder leiding van Lide van der Vegt, die voorlich
ting geeft over borstkanker aan migrantenvrouwen. En ook
voor mannen staat de deur open, al maken zij slechts een
gering percentage van het totale aantal patiënten uit. Om
mannelijke patiënten tegemoet te komen, is de poli in het
Vlietland niet in het gebruikelijke roze geverfd, maar werd
gekozen voor het minder sexegebonden paars als huiskleur.
Er zijn meer verschillen met de mammapoli's in andere
ziekenhuizen. In de kliniek in het Vlietland Ziekenhuis
vinden bijvoorbeeld groepsconsulten plaats - een noviteit in
dit gebied van de geneeskunde. In de praktijk blijkt dat veel
patiënten makkelijker en openhartiger in een groep over hun
ziekte vertellen dan in een een-op-eengesprek met de arts.
Een ander essentieel verschil is dat de kliniek niet alleen
potentiële borstkankerpatiënten serieus neemt. "De traditionele
poli is er op gericht zo snel mogelijk uit te zoeken of iemand
inderdaad borstkanker heeft. De diagnose wordt binnen vijf
dagen gesteld. Wie de ziekte heeft wordt behandeld, de rest is
niet interessant. Maar er zijn ook andere borstaandoeningen
die aandacht verdienen. Patiënten met zulke aandoeningen
worden dan wel te woord gestaan, maar verdere hulp is voor
deze mensen niet georganiseerd. Tenzij ze iemand treffen die
toevallig wel in hun ziekte is geïnteresseerd. Bij ons krijgt deze
categorie patiënten gerichte adviezen. Op onze poli werken
mensen die betrokkenheid tonen. Dat is een voorwaarde om
er te kunnen functioneren," zegt Mares.
Nazorg krijgt bij de behandeling in de Vlietland Borstkliniek
veel aandacht. Mares heeft een drie maanden durend revali-
datieprogramma ontwikkeld. Zij ziet fysieke, mentale en
psychische nazorg als een onmisbaar onderdeel van de
behandeling. Omdat nabehandeling niet standaard is, wordt
het programma voorlopig bekostigd door zorgverzekeraar
DSW. De arts is zeer tevreden met die toezegging:
"Bij veertig tot zestig procent van de behandelde patiënten
komt na een operatie depressiviteit voor. In tien procent van
die gevallen zo ernstig, dat behandeling door een psycholoog
nodig is. Het leven van een vrouw die een zware borstingreep
heeft ondergaan, is volledig door elkaar geschud. Heel veel
vrouwen nemen in gewicht toe, gemiddeld met tien kilo.
Vanuit het idee: mager is kanker, gevuld is gezond. Veel eten
en dikker worden vinden ze op den duur de ergste bijwerking.