'Iedere weergave van de realiteit is per definitie incorrect
Binnen het brede spectrum van hedendaagse kunstuitingen
(van tekenkunst tot impressionistisch realisme) willen de
incorrect realisten op een positieve wijze 'de eigen tijd'
weergeven. Beide kunstenaars zijn gefascineerd door de
tijd waarin zij leven. Ook zijn zij geboeid door het gegeven
dat wat wij thans beleven, alleen nu is waar te nemen. Hun
observaties van dit tijdsbeeld leggen zij op een realistische
manier vast. Deze weergave is geen aanklacht tegen de
maatschappij. Wel stellen zij met hun werk 'de maatschappij
die niet altijd zo vriendelijk is' aan de kaak. Zij doen dit op
een luchtige, vaak humoristische wijze, bijvoorbeeld door aan
een tijdsverschijnsel een positieve wending te geven of er iets
moois aan toe te voegen. Ronald zegt daarover: "Wat ik maak,
viert het leven." En bij Jeffrey zijn titels als 'O.K.-NRG' en 'de
eeuwige glimlach' veelzeggend positief.
Naast Jeffrey Burger en Ronald de Graaff hebben ook de
kunstenaars Ilja Boon, Cora Slotboom en J. Ideman deel
genomen aan gezamenlijke exposities 'incorrect realisme
(onder andere in het oude postkantoor aan de Coolsingel in
Rotterdam). Ook de dichter Manuel Schiesser wordt door hen
geassocieerd met het incorrect realisme. Ze worden 'jonge
honden' genoemd, zijn 'niet conventioneel' en geven een
tijdschrift uit genaamd ZienZine. Op het eerste gezicht een
traditionele actie. Maar vorm, inhoud en het onregelmatig
verschijnen en verspreiden van ZienZine zijn daarentegen
weer zeer onconventioneel.
Het 'vrije uiten' in ZienZine is een weerspiegeling van de
vrijheid die bij de IR-group hoog in het vaandel staat. Zo
geven de incorrect realisten de voorkeur aan het 'creëren' van
een markt boven het 'bedienen' van de markt. Ook willen zij
geen 'museumkunst' maken. Vrijheid bovenal, vrijheid van
werk en vrijheid in werken. 'Vrij' komen van het realisme? Dat
nu weer niet! Heeft bij vele 'groten' het figuratieve gaandeweg
plaats gemaakt voor abstracte kunst, Jeffrey en Ronald komen
steeds weer (soms juist vanuit het abstracte) bij het figuratieve
terecht. Gekscherend noemen zij zichzelf dan ook wel
'dwangrealisten'.
Met je handen bewijzen wat je hoofd denkt
Van de kunstenaar Theo Blom (Ronalds docent tekenen en
schilderen) is de uitspraak bekend: 'Ik ben er dol op om op
straat te zwerven, dan zie je van alles.' Ook Ronald ontleent
zijn inspiratie aan de straat. Hij beperkt zich daarbij niet tot
goed geproportioneerde dikke dames. Ook een goed gevulde
grijze plastic vuilniszak weet hij spannend op het doek weer
te geven. Ronald erkent dat er niets saaier is dan een grijze
comozak. Toch is hij geboeid en vervolgens geïnspireerd door
de geometrische figuren die zichtbaar zijn bij een vuilniszak,
die de volle inhoud strak verpakt.
Bij Jeffrey begint de inspiratie veelal met een verhaal dat zich
in zijn hoofd afspeelt. Of zoals hij het zelf verwoord: "Met je
handen bewijzen wat je hoofd denkt." En in dat hoofd wordt
wat afgedacht! De waarneming is een belangrijke bron van
inspiratie voor dit incorrect-realistenduo.
Ligt bij Ronald het accent op het 'zien', bij Jeffrey is daarnaast
ook het 'horen' van belang. Over 'de stem des volks' hebben
beide kunstenaars overigens geen klagen. In hun pandjes
aan de Hoogstraat komen de verhalen over 'het Schiedamse'
letterlijk binnenwandelen!
'Er ontstaat meer dan er bedacht is'
In navolging van zijn vroegere docent zegt Ronald: 'Je ziet
wat je ziet.' Je begint met de verf en vervolgens ontstaat de
vorm en de betekenis. Hij trekt daarbij een vergelijking met
de auteur Jan Siebelink, die zegt: 'Als je niet meer weet wat
je schrijft en jezelf erin verliest, dan is het goed.' Het doen is
dus de motor. Niet wachten op een (beter) idee, maar het werk
zich gaandeweg laten ontwikkelen.
Wat opvalt, is dat bij beide kunstenaars het herschikken,
samenvoegen en vergroten van de alledaagse realiteit
uiteindelijk leidt tot een resultaat waarop, naast de benodigde
humor - liefdevolle humor bij Ronald en de meer filosofische
bij Jeffrey - veelal de trefwoorden 'puur' en 'het goede' van
toepassing zijn. De vergelijking met één van de geliefde
thema's van Jeffrey, de alchemie, dringt zich dan ook op.
Ook daarbij moest het bewerken van bestaande, soms ruwe
materialen leiden tot een goed (letterlijk 'goud') eindproduct.
Momenteel werken beide kunstenaars vanuit een steeds
breder 'arsenaal'. Niet per se met verf op doek, maar steeds
weer met andere materialen, technieken en vormen. De
driedimensionale 'man in pak' die een ingenieuze kast met
legplankjes blijkt te zijn, is daar een sprekend voorbeeld van.
Complementair en respectvol.
Jeffrey Burger en Ronald de Graaff zijn twee bescheiden
persoonlijkheden, die elkaar zowel verbaal als ook in hun
werk goed aanvullen. Daar waar Jeffrey s gedachten uitspatten
als erupties bij een vulkaan, weet Ronald deze uitingen van
zijn kunstbroeder met rustige en overwogen formuleringen
in balans te brengen en in een context te plaatsen. Beide
kunstenaars geloven in de toekomst en de rode draad die door
hun werk loopt, kan getypeerd worden met trefwoorden als
'vrijheid', 'humor' en 'realisme'.
Musis 38
Tijdschrift ZienZine.