Museum vondsten
Blauwe Brug nog net voor de sloop
tekst Jeroen ter Brugge foto: ©CollectieTh.H.J. van Giezen, Schiedam
In het vorige Musisnummer heeft de lezer, voor zover
nog nodig, kennis kunnen maken met het werk van
de Vlaardingse tekenaar Paul Westerdijk. Met het
schetsboek gewapend trekt hij sinds de vroege jaren
I960 door de polders ten noorden van Vlaardingen en
Schiedam en legt daarbij het veranderende landschap,
soms pijnlijk, nauwkeurig vast
Volgens het principe van de 'tabula rasa' (het blanco
ontwerpblad) kreeg het platteland vanaf eind jaren
vijftig een nieuwe bestemming, zonder al te zeer
acht te slaan op oude landschappelijke structuren en
bouwkundige elementen. Eén van de elementen die
om een andere reden dan de stadsuitbreiding uit het
stadsbeeld verdween, was de zogenaamde 'Blauwe
Brug'. Net ten noorden van Rijksweg 20 lag deze
over de Poldervaart, de Schiedamse Kethel- en de
Kethelse Schiedamseweg over het water verbindend.
In de jaren zestig kwam de brug onder vuur te liggen
toen haar reden van bestaan, de Poldervaart, zijn
ontwateringsfunctie verloor en dreigde gedempt
te worden. Het dieselgemaal Van der Schalk bij de
Vijfsluizen werd in 1958 reeds buiten werking gesteld
en daadwerkelijk werden delen van de middeleeuwse
vaart volgestort. De noodzaak van het handhaven van
de Blauwe Brug werd met de aanleg van de rijksweg
bovendien minder groot geacht, omdat de laatste
middels een viaduct het gemotoriseerd verkeer de
gelegenheid bood de Poldervaart over te steken. Het
deel onder het viaduct werd gedempt en hier kon
het overige verkeer van en naar Kethel en de nieuwe
woonwijken gaan. De nutteloze maar karakteristieke
ijzeren ophaalbrug werd gesloopt. In november 1976,
zo vermeldt Westerdijk onderaan zijn pentekening.
Het was niet de eerste brug die hier sneuvelde. De
voorganger, de 'Steenenbrug', zoals de naam al doet
vermoeden een gemetselde boogbrug met een recht
houten middendeel dat de scheepvaart gelegenheid
bood te passeren, werd in 1930 gesloopt. Direct naast
de plaats waar de bouwvallige brug had gestaan verrees
een houten ophaalbrug, die als tijdelijke voorziening
voor maximaal 15 jaar werd gebouwd. Toen in de
jaren dertig de aanleg van de rijksweg begonnen was,
bestond het idee dat deze snel gereed zou komen.
Met de Tweede Wereldoorlog, maar ook met de
weerspannigheid van diverse grondeigenaren had
Rijkswaterstaat echter niet gerekend, met als gevolg
dat deze veel langer dan beoogd bleef functioneren.
De noodbrug kreeg al snel de naam 'Blauwe Brug',
vermoedelijk naar de kleur in welke deze geschilderd
was. Pas in I960 werd de houten brug vervangen door
een stalen ophaalbrug, die het niet erg lang zou maken
(1976). Om symbolische redenen kreeg het in de wijk
Woudhoek opgezette wijkcentrum kort daarop de naam
'Blauwe Brug'. Met referentie aan de verbindende rol
die de brug tussen de woonkernen had gespeeld, moest
dit dienstencentrum een brug slaan naar de burger. En
dat doet het tot op de dag van vandaag, ook al zullen
steeds minder mensen weten waar die typische naam
vandaan komt. Aan de plaats waar de brug ooit stond,
herinnert niets meer aan de lange voorgeschiedenis.
Hoewel er nog vele Musis Museumvondsten in museale collecties ter
behandeling voorliggenben ik verschillende keren benaderd door
particulieren die relevante en 'unieke' objecten in eigendom hebben,
met het aanbod die voor deze rubriek te gebruiken. Met graagte stel ik
Museum vondsten open voor particuliere collecties, mits voorwerpen
van enige kwaliteit en een zekere verhalende waarde. U kunt uw eigen
'museumvondst' per e-post melden aan pontanus@hotmail.com of bij de
redactie. Desgewenst wordt bij publicatie de herkomst vermeld.
Musis 28