Door grondige
bestudering
van talloze
documenten
belicht Jeroen ter
Brugge de vele
aspecten van
de carrière van
Moerman en zijn
therapie van alle
kanten en
op indringende
wijze
door de gevestigde medische orde. Te goeder trouw
en vooral overtuigd van eigen kunnen poneerde
Moerman, ontleend aan zijn duivenexperimenten,
de hypothese dat de ontwikkeling van kanker een
fout was in de stofwisseling van de mens als geheel.
Van daaruit ontwikkelde hij in de jaren 1930 zijn
therapie, bestaande uit een dieet met veel granen,
waaraan toegevoegd een aantal vitaminen en andere
voedingssupplementen. De hele medische loopbaan
van Moerman wordt gekenmerkt door een niet-aflatend
gevecht om zijn therapie breed in medische kring
geaccepteerd te krijgen. Hij kwam daarbij in conflict met
vele collega's en de academische wereld, die hem door
zijn opsomming van conclusies van zijn proefnemingen
zonder beschrijving van
de proeven en uitkomsten
zelf, onwetenschappelijke
theorievorming verweet. Maar
zeker in een tijd dat kanker een
ondoorgrondelijke ziekte was
en de medische wetenschap
niet kon vaststellen hoe kanker
ontstond, te voorkomen en te
genezen was, kon Moerman
zich gaandeweg verzekerd
zien van een toenemend aantal
patiënten en volgelingen.
Hoewel de medische stand het
effect van de moermantherapie
onbewezen achtte en geen
enkel medisch tijdschrift de
resultaten van zijn geneeswijze
wilde publiceren wegens onvolkomenheden in
onderzoek en verslaglegging, ontstond in de jaren
1950 toch de roep om een gedegen wetenschappelijk
onderzoek. De daarvoor in het leven geroepen
commissie Delprat oordeelde uiteindelijke negatief
over de effecten van de moermantherapie. Naast
het tot dan toe analyseren van oude gegevens is
een latere poging om naar huidige maatstaven van
onderzoek een vergelijkende prospectieve studie op te
zetten op niets uitgelopen. Met het feit dat meerdere
vormen van kanker door voortschrijdend inzicht
tegenwoordig zijn te genezen,
neemt de belangstelling voor de
moermantherapie de laatste tien
jaar af. Door grondige bestudering
van talloze documenten belicht
Jeroen ter Brugge de vele aspecten
van de carrière van Moerman
en zijn therapie op indringende
wijze van alle kanten; vanuit
de arts zelf en zijn volgelingen,
vanuit zijn patiënten, maar ook
vanuit de gevestigde medische
orde, instanties voor de
volksgezondheid tot politici aan
toe en de media. Daarmee schetst
hij een gedegen en boeiend
overzicht van een gedreven
arts en zijn zo vaak omstreden
therapie.
Is er dan helemaal niets op
deze biografie aan te merken?
Natuurlijk wel, maar dat betreft
alleen de compositie en de neiging
Cornells Moerman, foto: Ton
van Jeroen ter Brugge om zijn lezers te confronteren
met veel details, waarvan een deel minder relevant
lijkt. De uitputtende lijst van alle dienstbodes die
Moerman ooit hebben gediend, in de lopende tekst wel
te verstaan, is daarvan een voorbeeld. Dat is wellicht
interessant voor de microgeschiedenis van Vlaardingen,
maar het verduistert soms ook het verhaal. Dat geldt
zeker voor het hoofdstuk (7) over de onteigeningen.
Moermans strijd voor het behoud van de integriteit
van het landgoed Hoogstad is interessant, maar in dit
hoofdstuk kan de lezer die wat minder is ingewijd in
de recente geschiedenis van Vlaardingen gemakkelijk
de weg kwijtraken. Meer moeite hebben wij met de
compositie. De lezer krijgt wel acht hoofdstukken
met een wisselend - maar altijd te gering - aantal
tussenkoppen, maar geen gedetailleerde inhoudsopgave
die hem helpt daarin de weg te vinden, zoals de lezer
ook geen index op tenminste persoonsnamen krijgt,
wat voor het lezen van de tekst geen, maar voor het
gebruiken ervan wel een bezwaar is. Lastig is ook dat
begrippen sec worden genoemd en de uitleg ervan veel
later volgt, zoals de Vereniging Unitas (p. 18)waarvan
pas op pagina 52 blijkt dat het een ziekenfonds was en
dat Moerman er een hoofdrol in speelde. Eigenlijk is
dat ook het geval met diens antisemitisme. Het wordt
met enige regelmaat ten tonele gevoerd, maar pas in
hoofdstuk 3 uitgelegd en in de Moermanse context
geplaatst, als zich bij lezers al het beeld van de rabiate
jodenhater kan hebben vastgezet. Zo gaat het vaker. In
ieder hoofdstuk loopt de auteur vooruit op onderwerpen
die hij in latere hoofdstukken behandelt. Deze
technische kritiek neemt niet weg dat Jeroen ter Brugge
een belangrijke en leesbare biografie heeft geschreven
van een man die in de Vlaardingse geschiedschrijving
en in die van de vaderlandse medische wetenschap
niet mag ontbreken. Een voorbeeldige studie en een
biografie die staat als een huis, zoals professor Willem
Frijhoff bij de presentatie terecht vaststelde.
Jeroen ter Brugge, 'Het is precies omgekeerd'. Leven
en werk van dokter Moerman. In: Historisch Jaarboek
Vlaardingen 2011, p. 8-127
den Haan
27 Musis