Museum vondsten
Bij de sloop van het Stedelijk Gymnasium
ci»*rii''êï;,!i!ï!S;S;ï'
tekst Jeroen ter Brugge
Collectie J. ter Brugge
Veroorloof mij, lezer, een persoonlijke terugblik.
Dit in verband met de sloop van de gebouwen van
scholengemeenschap Schravenlant, maar hier vooral
van het voormalige Stedelijk Gymnasium. Aan de
Burgemeester Van Haarenlaanzijde, aan het water,
was deze Schiedamse school met zijn middeleeuwse
wortels tot ongeveer 1995 gevestigd. Naar Vlaardingen
terugfietsend, zag ik onlangs de laatste steenpuisten
overeind staan, getuigen van de bijna voltooide sloop.
Half besneeuwd toonde het Gym zijn laatste getande
grimlach naar het Schravenlant, waartoe het niet van
harte als Siamese tweeling zo lang mee verbonden
was en waaraan alleen nog een gapend gat herinnert
en een elektriciteitshuisje dat de slopers nog wel van
dienst zal zijn. Niet alleen verzette de curatoren en de
schoolleiding zich (succesvol) tientallen jaren tegen het
volledige samengaan met de rijksscholengemeenschap,
ook de leerlingen stonden nog weieens tegenover
elkaar. De kaakslag die mij in een pauze trof na de
weigering het voetbalveldje te verlaten waar die
RSG'ers recht op meenden te hebben, was daar een
minder fraai voorbeeld van. Boven fysiek geweld
voelden wij gymnasiasten ons natuurlijk ver verheven,
maar meer waarschijnlijk dropen wij af vanwege
onze getalsmatige minderheid. Sport verbroederde
dus niet maar onze sarcastische opmerkingen
zullen ook wel een rol gespeeld hebben. Tussen de
puinresten is de verwarmingskelder nog aanwezig.
Hier trof ik in 1984, bij gebrek aan tegenkandidaten
tot preses van de Schiedamse Gymnasiasten Bond
verkozen en nieuwsgierig naar de geschiedenis van die
leerlingenvereniging, het SGB-archief aan. Een defecte
ketel had er een half jaar eerder voor gezorgd dat er een
indrukwekkende laag schimmel op stond. Weken lang en
vel voor vel volgde het drogen op het ouderlijk wasrek.
En daarna meteen naar het gemeentearchief. Was het
een fijne school? Chaotisch en een vrijgevochten bende
zijn typeringen die zich als eerste opdringen. Maar met
overwegend betrokken leerkrachten, die ruimte lieten
voor zelfontplooiing. Iets anders had ik niet gewild,
maar of iedereen daar zo over dacht? De school zelf
was zoals die midden jaren zestig bedoeld was: 'ruim
en strak van opzet'. Niet een 'warm' gebouw, maar
efficiënt en intiem genoeg om je er thuis te voelen. De
verandering in 1967, toen het oude pand (de huidige
muziekschool) aan de Lange Nieuwstraat werd verlaten
en het nu gesloopte werd betrokken, was er één van dag
en nacht. Het in opdracht van de Rijksgebouwendienst
gebouwde en door C.C. Vollinga ontworpen ruim
opgezette complex was een schoolvoorbeeld van wat
we nu 'wederopbouwarchitectuur' noemen. De kantine,
waar de klassen volgens ongeschreven regels hun eigen
plekje hadden, had speciale aandacht gekregen: aan
twee zijden glas en een lange wand die door de Haagse
kunstenaar Jan Goeting (1918-1984) in zijn geheel
beschilderd was. De abstracte vormen, ongetwijfeld
van opgroeiende en lerende kinderen, werden in
mijn tijd volledig veronachtzaamd: zwaar vervuild en
beschadigd en niemand die er naar om leek te kijken.
Nu zal dat helemaal niet meer gaan: met het gebouw
is de karakteristieke schildering verdwenen. Hopelijk
heeft iemand het geheel nog gefotografeerd. Het lag in
de bedoeling dat delen van de gebouwen geïntegreerd
zouden worden in de nieuwbouw van het Schravenlant.
Dit in het streven het cradle-to-cradleprincipe op
de nieuwbouw toe te passen, waarbij oude (bouw)
materialen zoveel mogelijk worden hergebruikt. Met de
totale sloop is van het behoud van in ieder geval een deel
van het gebouw geen sprake meer. Dit tot teleurstelling
van de monumentenzorgers, die het complex een hoge
architectonische en stedenbouwkundige waardering
gaven. Niets rest nog van het gebouw, anders dan een
enkele foto en de afbeelding ervan op de schoteltjes die
in de jaren '70 en '80 aan de geslaagden als presentje
werd meegegeven. Vervaardigd door porseleinfabriek
Mosa, inmiddels ook geschiedenis.
STEDELIJK GYMNASIUM
v SCHIEDAM
Musis 18