STADSGEHOORZAAL
HUIS VAN EN VOOR
DE VLAARDINGERS
Wie stereotype verwachtingen
koestert bij een romantisch
personage als theaterdirecteur
komt bedrogen uit als hij
Sandra Bruinsma ontmoet.
Bruinsma, sinds 2005 directeur
van de Stadsgehoorzaal
leidde de transformatie van
gemeentetheater tot culturele BV
in soepele banen. Bij zo'n klus past
een zakelijk type en dat is Sandra
Bruinsma dan ook. Een directeur
bovendienmet een duidelijke
mening over de samenwerking
met collega-theaters in de regio.
tekst: Robert van Herk
Sandra Bruinsma komt niet uit de theaterwereld. Ze
studeerde Industrieel Ontwerpen aan de TU in Delft,
werkte in de ICT voor Pink Elephant, als adviseur
en consultant voor BMC, en is gespecialiseerd in
verandermanagement. Wat dat laatste betreft zit ze
op de juiste plek bij het Vlaardingse theater. In de
afgelopen jaren heeft de Stadsgehoorzaal immers
ingrijpende veranderingen doorgemaakt. Van binnen
en van buiten. De grote verbouwing uit 2005 sprong
het meest in het oog. Het gebouw uit 1952 is misschien
geen architectonisch meesterwerk, maar werd wel
ontworpen door de vermaarde Sybold van Ravesteyn
(bekend van de Dordtse Kunstmin, Diergaarde Blijdorp
en legio treinstations) en is bovendien collectief bezit
van drie generaties Vlaardingers. Reden genoeg om
het theater grondig te renoveren, met respect voor
de oude meester en met oog voor modern comfort.
Een renovatie die wonderwel uitpakte. Zeker als je
de nieuwe glazen pui vergelijkt met de halfbakken
aannemersarchitectuur die een eerdere verbouwing in
de jaren 1990 opleverde.
Goed werk dus, maar de meest ingrijpende
verandering was de overgang van gemeentetheater
naar ondernemende BV. En uiteraard de daaruit
voortvloeiende organisatorische wijzigingen. Koren op
de molen van Sandra Bruinsma.
Core business
"Ik begon als interim-directeur aan deze klus, maar
ben uiteindelijk gebleven omdat het vak zo leuk is,
de collega's zo fijn, maar vooral ook omdat er nog
zoveel moest gebeuren", vertelt Bruinsma: "Eerst de
verbouwing, vervolgens de overgang naar de BV in
2008. Toen het pand in 2007 weer in gebruik genomen
werd, moest het publiek ons weer vinden, veranderende
de marktomstandigheden..." Never a dull moment, wil
Bruinsma maar zeggen. Hoe het ook zij, wie de cijfers
er op naslaat, kan niet anders dan concluderen dat het
goed gaat met de Stadsgehoorzaal. Kwamen er voor de
verbouwing zo'n 32.000 tot 35.000 bezoekers naar de
voorstellingen, in 2010 waren dat er 46.000, plus ruim
22.000 bezoekers die zijn getrokken via congressen,
feesten en evenementen. "Maar theater is nog steeds
onze core business", verzekert Bruinsma: "De andere
activiteiten nemen we heel serieus, kunnen we ook
goed, maar moeten vooral bijdragen aan een gezonde
bedrijfsvoering." Daarnaast begeeft de Stadgehoorzaal
zich ook actief op de sponsor- en fondsenmarkt.
Dat is niet altijd even makkelijk als BV, maar dankzij
de nieuw verkregen status als ANBI (Algemeen Nut
Beogende Instelling), waaraan fiscale voordelen voor
donerende bedrijven zijn verbonden, verloopt ook deze
activiteit naar wens. Ruim dertig bedrijven en fondsen,
waaronder twaalf grotere sponsors, steunen het theater,
vaak meerjarig, waarbij het gezamenlijke belang
centraal staat in de samenwerking.
Huiselijk geweld of theater?
Toch is het theater financieel niet uit de zorgen. "Dit
jaar moest de Stadsgehoorzaal van de Gemeente, tegen
de afspraken in, twee ton inleveren op de begroting",
zegt Bruinsma: "Daardoor is er nu weer een tekort,
terwijl we in de voorgaande jaren steeds voor op de
begroting liepen. In principe streef ik ernaar om quitte
te draaien, bedrijfsmatig gezond. Dat wil zeggen dat
de gemeente, los van haar structurele bijdrage, niet
extra bij hoeft te springen en dat we zelf geld opzij
zetten voor onderhoud of andere investeringen. Dat
doen we door andere inkomsten te genereren, maar
ook door de organisatie lean and mean te maken;
oftewel door kennis te borgen, maar handjes zoveel
mogelijk in te huren. Die overgang heeft echter tijd
nodig en zo'n extra korting helpt dan natuurlijk niet
mee. Ik verwacht dat we nu in 2017 alsnog quitte
kunnen gaan draaien." Maar dan is het nodig dat de
Stadsgehoorzaal geen extra kortingen wacht; want
ondanks de verzelfstandiging blijft de gemeente, als
enig aandeelhouder, de hoofdfinancier van het theater
(57% tegen 43% eigen inkomsten). Een afhankelijke
positie. Inmiddels is aangekondigd dat de gemeente
Vlaardingen nogmaals fors moet bezuinigen en in
Rotterdam zien we waar dat, onder andere, toe kan
leiden: een ware kaalslag in de culturele sector. Is
er enige aanleiding om te verwachten dat cultuur
in Vlaardingen de dans ontspringt? Of, met andere
woorden, vreest Bruinsma de komende bezuinigingen?
"Ja en nee, want ik zit er met mijn neus bovenop. Ik
praat mee over de cultuur in de gemeente, heb goede
contacten met de cultuurambtenaar, de wethouder,
de raad. Ik word en ben betrokken bij het welzijn van
Musis 18