Na tientallen jaren van emigratie en immigratie is de band van het primaire bezoekerspotentieel op zijn zachtst slapjes geworden. De wereld is klein geworden en de mobiliteit groot. Staat de Schiedamse jeneverindustrie al ver van een naar Schiedam verhuisde Hagenees af, laat staan dat een Berber zich zal herkennen in de verhalen over de branderijen en aanverwante bedrijven. Als museum moet je meer doen dan alleen laten zien welke boeken Abraham Kuyper schreef en wie schipper X was op de logger van rederY. Als het de bedoeling is dat ook de Schiedammers, Vlaardingers en Maassluissenaren die geen innige band met hun woonplaats voelen naar het museum komen, dan zal het getoonde relevant voor hen gemaakt moeten worden. slapjes geworden. De wereld is klein geworden en de mobiliteit groot. Staat de Schiedamse jeneverindustrie al ver van een naar Schiedam verhuisde Hagenees af, laat staan dat een Berber zich zal herkennen in de verhalen over de branderijen en aanverwante bedrijven. Natuurlijk zijn er altijd de breed geïnteresseerden en de toerist die hier nog op afkomen, maar als museum moet je meer doen dan alleen laten zien welke boeken Abraham Kuyper schreef en wie schipper X was op de logger van reder Y. Als het de bedoeling is dat ook de Schiedammers, Vlaardingers en Maassluissenaren die geen innige band met hun woonplaats voelen naar het museum komen, dan zal het getoonde relevant voor hen gemaakt moeten worden. De steden zelf spelen daarbij letterlijk een belangrijke rol. Het zijn de stenen, het water en het groen, die als referenties aan het verleden ter beschikking liggen. De industriële bedrijvigheid, de kleedwijze, de gewoonten rondom leven en dood, die een bespiegeling op de locale geschiedenis mogelijk maken. En zo zijn er nog legio thema's te bedenken. De kunst om de historische sensatie op te wekken die de plek waar je woont of werkt betekenis geeft, of die nu gestoeld is op een verhaal van gisteren of van 300 jaar geleden, daar gaat het om. De (historische) karakteristieken van de steden komen daarmee (automatisch) aan de orde en verklaren de stad zoals die nu is. Bewegend tussen het heden en het verleden. Waarvoor? The International Council of Museums, de wereldwijde organisatie voor musea die onder andere verantwoordelijk is voor het ethische kader waaraan Nederlandse musea zich hebben verbonden, verstaat onder een museum: een permanente instelling, niet gericht op het behalen van winst, toegankelijk voor publiek, die ten dienste staat van de samenleving en haar ontwikkeling. Een museum verwerft, behoudt, onderzoekt, presenteert, documenteert en geeft bekendheid aan de materiële en immateriële getuigenissen van de mens en zijn omgeving, voor doeleinden van studie, educatie en genoegen.' Het museum is er dus om het publiek zijn collectie te presenteren, deze zo goed mogelijk te beheren en te onderzoeken, zodat er van geleerd kan worden. Dit geldt voor de grote, maar net zo goed voor de drie Maasstedelijke musea. Deze beheren en verwerven objecten en 'getuigenissen' en maken daar als het even kan mooie tentoonstellingen mee. De musea zorgen er in opdracht van hun gemeentebesturen voor dat de materiële nalatenschap, collectief bezit, netjes bewaard en overgeleverd wordt. Wat het presenteren betreft, hebben de musea de taak te stichten en te vermaken en daarbij is het noodzakelijk te bepalen wat er gesticht en wie er vermaakt wordt. Welke boodschap bereikt uiteindelijk de bezoeker en wie is die bezoeker eigenlijk? In de vooroorlogse periode was die vraag eenvoudiger te beantwoorden dan nu aan het begin van de 21 e eeuw. De collecties waren representanten van een in veel gevallen nog plaatsgebonden en traditionele maatschappij. Het publiek kwam hoofdzakelijk uit de steden zelf en de kans was groot dat de voorouders ook uit die plaatsen kwamen. Een stevige band dus met de materie. Hoe anders is het in 2012 gesteld. Na tientallen jaren van emigratie en immigratie is de band van het primaire bezoekerspotentieel op zijn zachtst BLIJF JEUGDIG EN LEEF MET UW KINDEREN MEE RINSO maakt licht werk van de zwaarste wasch. Het spaart Uw kracht, Uw tijd en Uw goed. Waschdag afgeloopen en toch voelt U rich nog friseb en opgewekt. U gereed voor elk spelletje, dat de irven- «ügc kindergeest maar kan uitdenken bereid om aBc bijzonderheden van bet poppenhuis te bekijken en met genoegen leest U keer op keer de verhaaltjes van Moeder de Gans aan de jeugdige toehoorders voor. U heeft Uw energie behouden, want het zwaarste werk van den wasebdag is U bespaard gebleven. Alleen een geheel nieuw zeeppoeder en een werkelijk modem zeeppoeder kon dit voor U doen en dat is precies wat RINSO is de cerate en eesiige zeeppoeder, die alle ehchen van de moderne huisvrouw bevredigt. RINSO heeft Uw wa&rhgoed prachtig helder gemaakt het gaat thans veel langer mee dan vroeger en U heeft kracht. tijd en arbeid bespaard. Neem erna een proef met RINSO in Uw tobbe, waschkelet of waach- machine. Het water wordt een heer lijk vet sop, dat geheel in bet weefsel doordringt en hei vuil zachtjes los weekt. Alleen de vuilste plaatsen moeten een weinig met de handen worden gewreven. Ook het naspoelen is zon gemakkelijk en afdoende U heeft geen last van kleine stukjes zeep, die aan het goed blijven vastkleven, en bij het strijken het goed bederven al het zware werk is overbodig geworden. Evenals duizenden andere huisvrouwen zuh U ook tot de overtuiging komen» dat RINSO een einde heeft gemaakt aan den ouderwetse hen waschdag, met zijn urenlang hard werken en tobben. RINSO is het moderne zeeppoeder, hetwelk voldoet aan alle bedendaag- sche eischen. Het beeft den grootsten verkoop te» wereld en wordt vervaar digd door do fabrikanten van Sunlight Zeep en Lus, hetgeen voor U een waarborg is voor kwaliteit. En dit is de reden, waarom U, die het beate verlangt, er werkelijk niet buiten kunt. De Lever's Zeep Maat schappij, Vlaardingen. LAAT WASCHDAG U DUS NIET MEER AFMATTEN! éttÈÊKÊÉ Advertentie Levers Zeep Maatschappij Vlaardingen 1928 1 Musis

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Musis | 2012 | | pagina 7