7 Musis Evert Hellebrekers geaccepteerd. Een bijzondere periode maakte de onderneming door in de negentiende eeuw toen door het vroegtijdig overlijden van haar echtgenoot, Maria de Kuyper-Blankenheym de leiding op zich nam. Zij moet een verstandige en krachtdadige vrouw zijn geweest, want met deze aan twee distillateurfamilies gelieerde dame maakte De Kuyper een van de meest succesvolle perioden uit zijn geschiedenis mee. Waarbij zij de tijd mee had, volgens haar nakomeling uit de twintigste eeuw: ,,Zij stond aan het roer tussen ruwweg 1840 en 1870 en dat was een behoorlijk stabiele en welvarende periode in Europa. Van die situatie wist zij optimaal te profiteren." Met het vertrek van Bob de Kuyper in 2009 nam de tiende generatie afscheid van het familiebedrijf. Inmiddels is de elfde generatie aangetreden om zich het vak eigen te maken in de gedaante van Bob de Kuypers zonen Mare en Remi. Elet verhaal van Evert Elellebrekers (1931) grijpt in zekere zin terug op dat van Wittkampf en van Bols. Ook Hellebrekers is nazaat van een immigrant die in het gedistilleerd ging. Ook hij komt voort uit dat familiebedrijf en ook zijn verhaal krijgt reliëf door economische tegenslagen. Everts voorvader vond in Rotterdam werk als sjouwer en brandersknecht, een zoon werd kuiper en later knecht bij Jan Ozy, een wijnkoper en fijnstoker, waar hij het distillateursvak leerde. In 1839 opende Henricus Hellebrekers een slijterij, een tweede zaak volgde en daarna werd een complex aan het Haagsche Veer en de Gedempte Sloot gekocht, waar Distilleerderij- Likeurstokerij H. Hellebrekers Zonen en Wijnhandelaren zich vestigde. Volgende generaties ontwikkelden de onderneming tot een bloeiend bedrijf met meerdere filialen en een flinke export. Bommen legden op 14 mei 1940 legde de zaak in puin en Hellebrekers week, na tijdelijk onderdak te hebben genoten bij Hulstkamp en Zonen, uit naar Delft. In een voormalige brouwerij begon de wederopbouw en in 1950 ook de carrière van Evert Hellebrekers. ,,U kent dat wel, beginnen in de emballageafdeling, dan naar de spoelerij, leren stoken, de administratie doen, eropuit als vertegenwoordiger en filiaalhouder." Het werk beviel goed, maar hij kon de visie die hij op het bedrijf had niet overbrengen. Hij nam ontslag. ,,Maar mijn vader zei: Een Hellebrekers kan geen ontslag nemen, alleen ontslag krijgen. Dus bleef ik aan." Een fusie waartoe de prijzenoorlog Hellebrekers in de jaren zeventig dwong, mislukte en het bedrijf in Delft werd ontmanteld. „Toen heb ik alsnog ontslag genomen. Ondanks alle onzekerheid een goede stap. Als Evert Hellebrekers Wijnkoperij begon ik mijn eigen onderneming. In het gedistilleerd viel niks meer te verdienen." In 1992 deed Hellebrekers deze goedlopende zaak over aan een ogenschijnlijk betrouwbare partij; hijzelf zou nog ter ondersteuning blijven meewerken. Op een ochtend vond hij een briefje op de deur: Deze vestiging is gesloten. Bestelauto's van de compagnon hadden de hele voorraad meegenomen. De affaire haalde het landelijke nieuws 11 mm mafa

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Musis | 2013 | | pagina 7