Grote buur
Aanvankelijk gingen
de schepen vanuit
Delfshaven naar Azië
en ter walvisvaart
naar Groenland, vanaf
1621 staken zij ook de
Atlantische Oceaan
over voor de West-
Indische Compagnie
(WIC). De vergaarde
rijkdommen
van deze laatste
handelscompagnie
waren minder groots
dan van de VOC.
Toch was het juist op
deze route dat de in
Delfshaven geboren
zeevaarder Piet Heyn
zijn grootste triomf
behaalde.
13 Musis
Azië kwam in Schiedam letterlijk en
figuurlijk nauwelijks van de grond.
Het waren de havens van Rotterdam
en Delft waar in de daaropvolgende
twee eeuwen honderden schepen
voor maandenlange reizen zouden
uitvaren, allemaal langs de haven van
Schiedam, dat dan wel.
Aanvankelijk gingen de schepen
vanuit Delfshaven naar Azië en ter
walvisvaart naar Groenland, vanaf
1621 staken zij ook de Atlantische
Oceaan over voor de West-Indische
Compagnie (WIC). De vergaarde
rijkdommen van deze laatste
handelscompagnie waren minder
groots dan van de VOC. Toch was
het juist op deze route dat de in
Delfshaven geboren zeevaarder Piet
Heyn zijn grootste triomf behaalde.
Als kaper bleek hij voor de Republiek
van onschatbare waarde, toen hij in
1628 de zilvervloot op de Spanjaarden
veroverde. Een praalgraf in Delft en
een standbeeld in Delfshaven laten
ook nu nog zien hoe groot zijn daden
geacht werden.
Ondanks de welvaart die de VOC
naar Delft bracht, groeide de stad
onvoldoende om Rotterdam voor
te kunnen blijven. Rotterdam
profiteerde immers ook van de
zeeroute naar Azië en kon het
achterland met de grote zeehaven
nog veel beter bedienen. Zoals eerder
initiatiefrijke ondernemers naar Delft
waren getrokken, zo lonkte nu de
Rotterdamse havenstad. Dat betrof
meestal enkele handelaren tegelijk,
soms een heel collectief. Naar goed
zeventiende-eeuws gebruik legde een
godsdienstgeschil af en toe minstens
evenveel gewicht in de schaal als
de ondernemerszin, zoals in 1638
gebeurde. Aanleiding was de vraag
of de kerk van Delfshaven onder de
supervisie van de classis Schieland of
de classis Delfland stond. Het Delftse
stadsbestuur adviseerde Delfland,
de kerkenraad wenste Schieland. De
bevolking van Delfshaven raakte
verdeeld, met de nodige pesterijen
over en weer tot gevolg. Een
ouderling van de Schielandse partij
verhinderde een door Delft gezonden
predikant om zijn preek te houden.
Delft reageerde door deze ouderling
en nog drie andere diakenen het
poorterschap te ontnemen. Dat was
het sein voor de Schielandse partij om
de onderhandelingen met Rotterdam
te openen. De groeiende stad zag zijn
kans schoon en wist tien haringreders
aan zich te binden. De handelaren
en hun families vertrokken met
medeneming van veertig schepen
en de bijbehorende zakenrelaties.
In Delfshaven bleef een schamele
vloot van zo'n zestig haringbuizen
over. De Delftse haringvisserij kwam
vervolgens nooit meer tot bloei, en
ging gestaag achteruit zoals ook de
haringvisserij van Schiedam zou
versloffen. Rotterdam had deze slag
gewonnen en zou beide steden op
handelsgebied voortaan altijd voor
blijven.
De VOC verloor zijn
aantrekkingskracht in de achttiende
eeuw. Terwijl voorheen de grote
verliezen aan manschappen nog voor
lief werden genomen, werd dit nu als
een steeds groter bezwaar ervaren.
De concurrentie in Azië nam toe en
de winsten namen evenredig af. De
VOC werd in 1800 genationaliseerd en
opgeheven. In december 1811 werd
Delfshaven samen met Schoonderloo
een zelfstandige gemeente. Delft was
zijn haven kwijt. Voor de handel
maakte het weinig verschil, de stad
maakte al nauwelijks meer gebruik
van de eigen zeehaven. Met de
nieuwe spoorlijn en de verbeterde
vervoersmogelijkheden over land
zou Delft andere wegen inslaan. Delft
industrialiseerde, terwijl Schiedam
met de branderijen en mouterijen in
de tussentijd al een nieuwe markt had
aangeboord.
Delfshaven lag er sindsdien een beetje
verweesd bij, ingeklemd tussen de
groeiende industriesteden Rotterdam
en Schiedam. Welke van deze twee
steden de haven te zijner tijd zou
opnemen was nauwelijks een vraag.
Het almaar uitdijende Rotterdam
annexeerde in 1886 zonder veel ophef
de ooit door Delft aangelegde haven.
Noch in Delft, noch in Schiedam
kraaide er een haan naar.
Ingrid van der Vlis werkt momenteel
in opdracht van Stichting
Geschiedschrijving Delft samen met
Gerrit Verhoeven aan een complete
stadsgeschiedenis over Delft.
Archief Rotterdam of Delft?
Een zeventiende-eeuwse kaart van
Delfland, Schieland - om inzichtelijk te
maken hoe apart het is dat Delft vanuit
15 kilometer landinwaarts zich tussen
Schiedam en Rotterdam 'in wurmt' met
een eigen haven
Archief Delft:
- inv.nr. 5668: Oostindisch Huis aan
de Oude Delft te Delft, hoofdkantoor
van de VOC Kamer Delft, anonieme
tekening, in stadsgeschiedenis van Dirck
van Bleyswijck, ca. 1667
Archief Rotterdam:
- inv.nr. RISCH 167prent door C.
Decker, De haven van Delfshaven
gezien vanaf de Maas, 1675
- inv.nr. XXXI 91, Oost-indische
Compagnies-werf te Delfshaven
1 779 door C. Groenewegen [NB Het
monumentale pand staat nu te koop om
herbestemd te worden, nadat
er jarenlang een soda- en zeepfabriek
in gevestigd is geweest. Hier werd o.a.
Biotex ontwikkeld.]
- inv.nr. RISCH 244, Het Schiedamse
hooft, door G. Groenewegen, 1797