RESTAURATIE VAN DE RAMEN
VAN DE MARTINUSKERK
STAP DICHTERBIJ
tekst: Wim Henkes foto's: Stef Hagemeier
17 Musis
werd gecreëerd en nog te zelden
wordt herkend als van bijzondere
maatschappelijke en culturele waarde.
Vele Schiedamse katholieken zullen
zich nog herinneren hoe met de sloop
van de St. Liduinakerk ook de nog
maar kort daarvoor met dubbeltjes en
kwartjes bijeengespaarde prachtige
glas-in-loodramen aan scherven
werden geslagen.
Behalve door de sprekende
kleuren en de zeer zorgvuldige
uitwerking van de thema's in de
glaswand, mogen de ramen ook
exemplarisch worden genoemd voor
de vermenging van kerkelijke en
wereldlijke kunst aan het eind van
de jaren 1960 onder invloed van de
vernieuwingsbeweging in de RK-kerk
zoals deze in gang was gezet door het
Tweede Vaticaans Concilie.
Mede vanwege het enorme formaat
van de ramen die praktisch de gehele
zuidmuur van de kerk vormden, is
Hoewel er nog aardig wat water
door de Nieuwe Maas zal stromen
voordat de Stichting Beukenhof
echt alle gelden bijeen heeft,
komt de restauratie van de ramen
van de voormalige Martinuskerk
nabij. Deze ramen zijn bij de
sloop van de Martinuskerk in
Groenoord voorzichtig uitgenomen
en overgebracht naar het
restauratieatelier van Stef Hagemeier
in Tilburg. Hagemeier is restaurateur
van historisch glas-in-lood met een
imposante staat van dienst. De ramen
van de Martinuskerk kunnen niet in
veilger handen zijn.
De ramen van de Martinuskerk zijn
in de periode 1966-1968 vervaardigd
door de Brabantse glazenier Jan
Willemen, die met name beneden de
grote rivieren en in Vlaanderen grote
bekendheid geniet.
Om meerdere redenen is het behoud
van dit glas van bijzonder belang. In
de eerste plaats vanwege het formaat.
De glas-in-lood vensters vormen
met een formaat van 81 vierkante
meter één aaneengesloten vertelling,
niet doorsneden door muurpartijen,
maar is zichtbaar als één wand die in
licht en kleur een even boeiend als
indrukwekkend schouwspel biedt.
In de tweede plaats zijn de ramen
kunsthistorisch van waarde. De
terugkeer van de katholieke kerk naar
traditionele vormen en waarden heeft
heel veel geïnspireerde kunst uit die
dagen als strijdig met de liturgie en
katholieke belevingswereld naar de
vuilnisbelt verwezen. Uit oogpunt van
(kunst)historisch erfgoed is daarom
gekozen voor behoud van de ramen
omdat behalve met de terugkeer
naar oude kerkelijke waarden, ook
door de leegloop van kerken veel
sneuvelt dat in de jaren 1960 en '70
dit werk van Jan Willemen dit lot
bespaard gebleven. In zijn vertelling
die volledig geënt is op het Tweede
Vaticaans Concilie, heeft Willemen
de liturgische boodschap vrijwel
verlaten en vertaalt hij het bijbelse
thema in wereldse beelden, die in hun
vormentaal mensen uit alle culturen
en religies aanspreekt.
De voorstelling is geïnspireerd op
gezang 65: Een danklied voor Gods
rijke zegen. Met name verwijzen de
ramen naar vers 12: U kroont het jaar
met uw goede gaven, waar uw voeten
gaan druipt het van overvloed en
vers 14: De weiden kleden zich met
kudden, de dalen tooien zich met
graan.
De voorstelling verbeeldt de vier
jaargetijden en is in uitvoering en
kleur één uitbundig loflied op de
schepping, waarin de allegorische
beelden van sneeuw, vissen, het
Detail restauratie van één van de panelen