De samenwerking met
het Stedelijk Museum
wil, ondanks de goede
verstandhouding, maar
niet echt lukken. Een
hindernis daarin is het
gegeven dat het Stedelijk
Museum geen expertise
heeft op het gebied van
de lokale geschiedenis
en het Jenevermuseum
geen enkele kennis van
de geschiedenis van het
Nederlands gedistilleerd.
En hoe zou je dan tot
tentoonstellingen moeten
komen
««am»
Vlnr. King of drinks, tentoonstelling 2007, Accijns-
opname jeneverproductie. Anti-drankaffiche
uit tentoonstelling Ach vader niet meer',
Jenevermanifestatie 2011
niet nodig had. Tienduizenden bezoekers verschaften
het museum voldoende middelen van bestaan. Zelfs de
gemeentelijke subsidies zouden niet nodig zijn als men hem
z'n gang maar liet gaan. En zulks gebeurde, zonder hem een
strobreed in de weg te leggen liet het bestuur de directeur
vertrekken. Nu letterlijk een puinhoop achterlatend van
wat eens zulke mooie doelstellingen waren in zo'n aardig
museum dat zo goed bij het karakter en de geschiedenis
van Schiedam past. En hoe nu verder? De branche laat
het financieel afweten, de gemeente heeft - met pijn, dat
wel - de kraan tot het uiterste minimum teruggedraaid, de
huisvestingskosten (het museum is tevens eigenaar van het
pand) vormen een loden last en op een enkeling na zit geen
slijter te wachten op de jenever van het museum.
De huidige directeur Alwine van Winsen sprak in 2011
nog de hoop uit dat zij met leuke initiatieven de loop in
het museum hoopte terug te brengen. Leuke initiatieven
vragen echter geld en veel belangrijker de enthousiaste
medewerking op een zo breed mogelijk gebied. De
samenwerking met het Stedelijk Museum wil, ondanks
de goede verstandhouding, maar niet echt lukken.
Een hindernis daarin is het gegeven dat het Stedelijk
Museum geen expertise heeft op het gebied van de lokale
geschiedenis en het Jenevermuseum geen enkele kennis van
de geschiedenis van het Nederlands gedistilleerd. En hoe
zou je dan tot tentoonstellingen moeten komen?
Onderwerpen zijn er natuurlijk genoeg. Om er maar even
een paar te noemen: In dit Ruslandjaar zou het bijvoorbeeld
aardig zijn om te vertellen hoe Nolet Distillery op dat
moment nog Distilleerderij en likeurstokerij J.A.J. Nolet
- het recht verkregen heeft om het familiewapen van de
Romanows, de Dubbele Adelaar officieel te mogen voeren.
Of hoe precies honderd jaar geleden de plaatsing van de
Owen Flesschenmachine in Schiedam het aanzien van de
glasblazerij in Nederland volledig zou veranderen. Of hoe
precies twee eeuwen geleden de Hasseltse en Hollandse
moutwijnbranderij aan het Koninklijk hof in Brussel
probeerden orde in de wetgevende chaos te scheppen.
Aardig is natuurlijk ook de ontstaansgeschiedenis te
vertellen van Coca Cola waarin Schiedam een even
merkwaardige als onmiskenbare rol heeft vervuld. Of
—samen met het Maritiem Museum en aan de hand van
de schitterende decorontwerpen van de in Schiedam
afgebouwde Statendam (1922) - een beeld te geven van
de saloncultuur aan boord van de grote oceaanstomers.
Verhalen zijn er genoeg, anekdotes ook en zeker valt
vanuit de collecties van zowel Stedelijk Museum als
Gemeentearchief voldoende te putten om in ieder geval
vanuit dat perspectief het museum in beweging te zetten.
Anders dreigt het gevaar dat het Jenevermuseum een
in zichzelf gekeerd clubje van al dan niet stokende en
zingende sympathisanten wordt en gedoemd om inderdaad
met de oude mannetjes te onder te gaan.
9 JRANK-
AUTOMAAT
DÓbRUfeff KHttMN
