Het silhouet geeft niet alles prijs en geeft daarmee de beschouwer de vrijheid het in te vullen zoals het is. musta 9 Piet Mondriaan (1872-1944) en Daan van Golden (1936) zijn kunstenaars die je misschien niet snel met elkaar in verband zou brengen, ware het niet dat werk van beide kunstenaars op dit moment in de gebouwen van het Haags Gemeentemuseum te zien is. Bezoek aan beide tentoonstellingen levert interessante gedachten op. Daan van Golden en Piet Mondriaan over de lijn, het vlak en het alerte oog n 1914 stelde Piet Mondriaan na een verblijf in Parijs twaalf composities tentoon in de Haagse kunsthandel Walrecht. Nu, honderd jaar later, hangen de prachtige werken opnieuw in Den Haag en illustreren ze, 'met de kennis van nu', de over gang van zijn figuratieve landschappen naar zijn compleet abstracte composities van daarna. In de tentoonstelling Mon driaan en het kubisme zie je hoe hij het uitzicht uit zijn Parijse atelier bijvoorbeeld vertaalt naar een compositie van zwarte rechte lijnen en zacht gekleurde vlakken. Mondriaan gaat, weliswaar beheerst, recht op zijn doel af. In zijn streven tot de essentie van de werkelijkheid door te dringen, laat hij het ver trouwde beeld van de zichtbare werkelijkheid om hem heen 1968-1974, olie- los en reduceert hij die geleidelijk tot composities van rechte verf op multiplex, vlakken en primaire kleuren. Daan van Golden heeft in zijn werk van de afgelopen decen- collectie Jan nia ook de vertrouwde schilderkunst aan onderzoek onderwor pen. Maar, zo laat de tentoonstelling Reflecties in GEM, Muse en Martijn van urn voor actuele kunst, zien, hij lijkt die essentie niet in de kern, Nieuwenhuyzen maar juist in zijn afgeleide te zien. In de reflectie, in het silhouet, Froukje Holtrop in de schaduw. De kern, daar waar het om gaat, laat hij schit teren in afwezigheid. De tentoonstelling begint met een verhaal uit een boek van Al Ghazali, een islamitische filosoof en theoloog uit de elfde eeuw: 'Een keizer gaf een ploeg Griekse en een ploeg Chinese kunstenaars opdracht ieder een wand te beschilderen. Tussen beide muren werd een afscheiding gemaakt zodat zij eikaars werk niet voortijdig zouden kunnen zien. Toen de Chinezen klaar waren, werd hun wandschildering onthuld. Een paar we ken later hadden de Grieken hun werk beëindigd en kon de keizer ook dit resultaat komen bekijken. Zij hadden hun muur vlak zo gepolijst dat de schildering van de Chinezen er zacht in spiegelde.' En daarmee zet Van Golden de toon. Want ja, het werk Gele Reflectie uit 1968-1974, dat supergladde en spiegelende gele vlak, is het eerste kunstwerk dat je op de tentoonstelling ziet. Je ziet de reflectie van je zelf en ervaart die als hinderlijk, dat is niet watje wilde zien. Maar met 'het wel te zien' en 'het probe ren niet te zien' worden je ogen op scherp gezet. Want dan zie je een groot wit doek met een rood silhouet van een parkiet, Study HM uit 2003. En de Matissekenner herkent de parkiet uit zijn werk De parkiet en de zeemeermin. En in de vol gende ruimte zie je een zelfde doek met een blauw silhouet van de parkiet uitgespaard, Study HM uit 1982. De kleur rood ervaar je als dat die naar je toe komt en de kleur blauw als dat die van je weg gaat. De zelfde vorm wordt in verschillende kleuren an ders ervaren, maar de lijn is de constante factor. Een volgend schilderij is een profiel van Mozart, nu niet ge schilderd, niet het positief, maar uitgespaard, het negatief te gen een blauw geschilderde achtergrond. Het oog is op zijn

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Musis | 2014 | | pagina 9