lïll «>is
Proeftuin
Schravenlant
Jeroen ter Brugge
Foto's: Moni van Bruggen, Sebastiaan Knot
e ambities van de gemeente Schiedam sloten goed aan bij die
van ons architectenbureau. We hebben weinig concessies hoe
ven doen.' Aldus Thomas Bögl, die namens LIAG voor het ont
werp tekende. De wensen van de school op gebied van c2c
matchten met de filosofie van Bögl en dat vond hij 'heel bijzon
der, iets datje bij een opdrachtgever niet vaak tegenkomt'. Het
begrip duurzaamheid hoefde daardoor niet beperkt te blijven
tot een aantal ingrepen zoals extra isolatie of zonnecollectoren,
die bij veel opdrachten later aan een ontwerp worden toege
voegd. Geen toevoeging maar duurzaamheid als basis. Bögl
studeerde architectuur aan de Technische Universiteit van Ber
lijn en deed een master advanced environmetal and energy
studies in Londen. Maar misschien nog meer bepalend was
een masterclass bij de c2c-godfather, Michael Braungart. Het
c2c-principe gaat er vanuit dat de gebruikte bouwmaterialen
op enig moment, bij een verbouwing of sloop, in wat voor vorm
ook hergebruikt kunnen worden. Als grondstof voor een nieu
we toepassing of voor integraal hergebruik, maar altijd zonder
dat er sprake is van milieubelasting. Bögel: 'In samenspraak
met de gemeente en school hebben we de grens nog wat ver
legd.' Een ruimhartige lening van de gemeente maakte het mo
gelijk te investeren in energiebesparende maatregelen en in
stallaties, die het gebouw energie- en C02-neutraal en als
verblijfsruimte aangenamer hebben gemaakt. De exploitatie zal
daarmee aanmerkelijk goedkoper uitvallen, waarmee het ge
leende bedrag terugbetaald kan worden. Om een maximaal
resultaat te bereiken, nam LIAG het initiatief de rollen bij het
aanbiedingstraject om te draaien. Leveranciers werd niet ge
vraagd volgens een vast omlijnd plan producten of materialen
aan te bieden. Nee, voorafgaande aan het ontwerptraject wer
den zij uitgenodigd te komen vertellen welke diensten zij kon
den ontwikkelen en leveren. De werksessie was een succes.
Met c2c als uitgangspunt presenteerden 21 fabrikanten hun
ideeën. Het grote voordeel was dat oplossingen aan de orde
kwamen, waaraan de architect niet gedacht had of nog nooit
van gehoord had. De ontwikkelingen in het duurzame bouwen
gaan namelijk hard en de architect kan een katalysator zijn van
het innovatieve denken. Het enthousiasme bij de leveranciers
was groot en leverden verrassende oplossingen op. Naast de
voor-de-hand-liggende elementen als zonnecellen, ledverlich
ting en driedubbele beglazing resulteerde het ook in een aantal