WT, 4 c/£ De overstroming bleef een ijkpunt in het geheugen van veel Kethellappers. Overstrooming aan de Kethel. Gezicht op den doorgebroken Dijk. Direct na de over- teerde waterloop. Everard ter Haar, spil van deze vereniging en bouwkundige van stiel, herkende daar bij Kandelaar een voor- Kethel verschenen beeld van interessante waterstaatstechnologie van de oude van de calamiteit stempel. Hij merkte bovendien dat de liefde niet alleen van zijn kant kwam. De bewoners van Kandelaar sloten zich aan bij het prentbriefkaarten, streven van de Poldervaartvereniging. De Bijls - inmiddels aan nemers - zetten hun schouders onder het herstel. Datzelfde gold voor John Poot, telg uit een roemruchte Kethelse familie, die in een tot woning omgebouwde molenstomp woont vlakbij Kandelaar. Sinds 1941 maken deze buurtschap en het omrin gende gebied deel uit van Rotterdam. De grens met Schiedam loopt iets ten noorden van de spoorlijn naar Den Haag. Voor die tijd was het onderdeel van de zelfstandige gemeente Kethel en Spaland. De bewoners zijn nog steeds op het oude dorp geori ënteerd en spreken - voor zover geen import - van "ons Ketheltje". Kandelaar dankt zijn naam aan een grote lantaarn die ooit langs de Schie stond als oriëntatiepunt voor de scheep vaart. Er was een cafeetje waar men zich tevens in een roeiboot kon laten overzetten naar de andere kant vlakbij het gehucht De Zweth. Zo kon een gemeenschapje ontstaan met enkele tientallen inwoners. In 2008 nam de Poldervaartvereniging met enthousiaste steun van de omwonenden het initiatief om het keersluisje te herstellen. De stalen platen van de schuif uit 1960 waren ook nog aanwezig. Die konden mooi omgebouwd worden tot infor matiebord voor het langs fietsend publiek. Het had echter heel wat voeten in de uiterst slappe Kethelse aarde voor aan de werkzaamheden kon worden begonnen. De kosten beliepen ongeveer 137.000. Uiteraard moest het Hoogheemraadschap Delfland als eigenaar van de vervallen sluis het initiatief steu nen. De Stichting Historische Stuwen en Sluizen, die zich inzet voor het behoud van het waterstaatkundig erfgoed, leverde een advies voor de restauratie. Vervolgens diende het beno digde budget door gerichte subsidieaanvragen bij elkaar ge bracht te worden, De Rotterdamse deelgemeente Overschie, waar Kandelaar deel van uitmaakt, liet zich niet onbetuigd, maar het Recreatieschap en het Omgevingsfonds Midden- Delfland leverden de belangrijkste bijdrage. Daarnaast kwam geld binnen uit particuliere fondsen: het Elise Mathilde Fonds en de E.M. Jurriaanse Stichting, die allebei culturele doelen steunen. Van der Valk Notarissen en het naburige Golfpark hebben eveneens bijgedragen aan het herstel van het sluisje. De gemeente Schiedam hield afstand. Ze deed dat ook toen er een verzoek binnenkwam om het herscheppen van de schuif in een groot informatiepaneel financieel te ondersteunen. Geelbruine vlokken Voor de echte restauratie kon beginnen, moest de ondergrond eerst gereinigd worden. Het verplichte milieuonderzoek bracht het slechte nieuws: de bodem van de Poldervaart was vervuild met koper en andere schadelijke stoffen. Die waren met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid afkomstig van oude Delftse industrieën die ooit onbezorgd hun afvalstoffen op de Schie loosden. Ouderen herinneren zich nog de geelbruine schuimvlokken op het water, die afkomstig waren van een beenderlijmfabriek. Alles bij elkaar was dertig procent van het budget nodig om de ondergrond schoon te krijgen. Daarnaast was archeologisch onderzoek nodig omdat er ooit een door de watergeuzen gebouwde schans had gelegen. Dit verdedigingswerk droeg de spottende naam "Schamp Alva". Hij was bedoeld om de Spaanse troepen te stuiten die in 1574 probeerden Holland te heroveren en in dat kader het beruchte beleg om Leiden sloegen. De archeologen troffen inderdaad muurresten aan die afkomstig lijken van de schans. Op het in formatiepaneel wordt nu ruimte vrij gehouden voor informatie over de Schamp Alva. Dat verhaal zal sterk contrasteren met de vredige atmosfeer die nu in Kandelaar heerst. Op 19 augustus 2013 zijn vader en zoon Bijl aan de werkzaam heden begonnen. Eind oktober 2013 hadden zij het keersluisje in de staat van 1929 teruggebracht. De schuiven van 1960 lagen met roest bedekt op de kant, want pas een paar maanden ge leden is financiering gevonden voor het informatiepaneel. Het sluisje zal overigens nooit meer functioneren. De dam door de Poldervaart blijft gehandhaafd. Die maakt nu deel uit van de fiets- en wandelroutes door het verparkte gebied rond Kande laar. Toch is het - prijkend in zijn roodgranieten glorie - voor recreanten in Midden-Delfland een kleine omweg waard. Op 21 juni - dag van Midden-Delfland - zijn vrienden van het sluisje aanwezig om toelichting te geven. Als alles goed gaat, is dan ook het informatiepaneel opgericht. 28

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Musis | 2014 | | pagina 28