titoengdt Berichten.
heeft zij z:c! een weinig achter de gordijnen
verscholen, cn bidt met vuur, daar zij bemerkt
heeft, dit nog het beste is om de tranen te
weerhoud; i. Hoe aandacht g zij ook bidt, toch
dwalen hare gedachten onwillekeurig rond; en
de donkerste voorstellingen verschijnen voor
haren benauwden geest, en doen eensklaps het
oog benevelen Toch zoude het niet zoo moeielijk
zijn, vroolijker gedachten te vinden. Zij zoude
niet ver behoeven te zoeken, en zich slechts heb
ben te herinneren.
Heeft zij wel iets anders dan vreugde gekend,
sedert haar de kleine Jacques geboren werd f
Zijne eerste lachjes, zijne eerste gestamelde
woordjes. Zijn eerste stapjes op het groote gras
perk En wat later, even na zijn derdeu jaar,
toen hij dat mooie geïllustreerde A. B. 0. boek
gekregen had, kende hij niet dadelijk de letters,
in een week de lettergrepen en toen de woor
den En veel vroeger bad hij al alleen en zon
der te haperen. Hij heeft zoo'n levendig ver
stand, die eenige zoon die woorden en geestige
antwoorden zoo eisenaardig, dat men zich afvraagt
waar hij ze ooit gehoord heeft I Zij weet wel
dat alle moeders zoo denken en spreken; maar
met haar is dit iets anders. Zij was gelukkig
onder allen, al hare vriendinnen zeiden het
haar; en inderdaad waar vindt men een joDgen
van vijf jaren zoo ver als hij in het lezen, reke
nen en de aardrijkskunde? Ook zal hij als hij
groot wordt
Oh God 1 daar springt zij eensklaps op en
heeft nauwelijks de tijd haar zakdoek voor den
mond te houden om een luiden snik te onder
drukken. Wat waren zij ook (oelaohend de
herinneringen die zij voor haar geestesoog terng
riep Konden zij wel liefelijker wezen En zoude
het dan toch waar zijn, dat in zekere bange uren
des levens juist dezen het pijnlijkst, het hart-
verscheurendst worden.
Op 't zelfde oogenblik weerklinkt in de stille
nacht het luiden der klokken en de haastige
voetstappen der geloovigen naar de kleine, in
de nabijheid gelegen kerk
Het is dan toch waar dat het Kerstnacht is
Zij had er in den morgen wel aan gedacht voor
dat de dokter gekomen was maar sedert zij die
rimpels op dat voorhoofd en die gefronsde
wenksbrauwen gezien heeft, zijn hare gedachten
zoo verward
Zij herinnert zich nog zoo goed de laatste
Kerstmis Het scheen alsof het gisteren was,
daar in die zelfde kamer, op 't oogenblik, dat
het kind te ruste zoude gaan, ziet zij de kleine
schoentjes bij den schoorsteen wijd geopend om
de geschenken, die het Kerstkindje er in zal
leggen, terwijl de kleine Jacques rustig slaapt,
te ontvangen.
Dan alleen zoude het komen en niettegen
staande zijn koorsachtig ongeduld en verlangen,
was hij altijd geindigd in te dommelen.
Hij wist immers ook dat het kindeke niet
gezien wil worden, wanneer het zijne kleine
vriendjes bezoekt, en half overtuigd en half door
de vermoeiienis overwonnen, had hij zijn hoofd
in 't kassen gelegd en was ingeslapen.
Groote God 1 weder stijgt haar een snik in
de keel en nu zoo onverwachts, dat zij dien
niet geheel heeft kunnen bedwingen.
Zij buigt zich snel over het kind, luistert
naar zijn altijd onrustige ademhaling, wischt
zijn bezweet gezichtje af, en valt in een leuning
stoel neder.
Kon zij hare gedachten maar doen stilstaan.
Neen dat is niet mogelijk; doch zij zal voor
zichtiger zijn. Onder de vele gedachten, die
haar door 't hoofd spelen zal zij de minst ge
vaarlijke uitkiezen, dezulken, die het hart
niet doen opspringen zooals daar zooeven.
Waar was zij ook gebleven voordat zij
J i eques bijna wakker maakte P Ah ja, bij
de schoentjes, die men in den kerstnacht onder
den schoorsteen zeten hoewel men zich niet
zonder gevaar aan zulke gedachten waagt, wil
zij het toch tot eiken prijs.
Waar zijn ze de laatste van dit jaar, die zij
nog geen veertien dagen geleden kocht en om
die lieve blaowe strikjes uitkoos. Waar zijn ze
nu Ah daar staat er al een bij de leuning
stoel, waar de kleine Jacques goed in dekens
gewikkeld op gelegen heeft, toen hij voor 't
laatst uit zijn bedje kon komen. Toen geloofde
zij zoo zeker, dat hij beter werd. Ach daar raken
hare gedachten weer in de war. Gauw waar is
nu het andere PZij mag zich niet van den
weg laten brengen ..Waar is het gebleven?
waar heeft men het kunnen leggen. Het kan
toch niet verloren zijn P hl een, neen, daar ziet
zij het al, en wat voorover buigend, raapt zij
het bij de blauwe kwastjes op en ziet dat het
erg verkreukt en verfrommeld is. Er is ook altijd
zoo'n wanorde in een ziekenkamer, wanneer men
zich met al die kleinigheden niet kan bezig
houden en slechts een zorg heeft
De moeders, die dit zelf ondervonden hebben,
weten dit zeer goed, en zij zullen demoeder
van Jacques daarom niet laken Zij is zachtjes,
heel zachtjes opgestaan, om ook het andere
schoentje op te rapen. Wat vond hij ze mooi,
toen hij ze voor t eerst aan had en wat was
hij ongeduldig, toen ze zoo niet in eens aan
gingen. Goede God Wat zoude zij gelukkig
zijn, indien zij zijne kleine rozenpootjes er
weer warmpjes in mocht stoppen. En het
zijn juist, deze schoentjes, die hij bij het
vuur had willen zetten als het Kerst
kindje komen moest. Een kille huivering
loopt haar door de leden. Zij werpt een lange
hlik vol van liefde en smart op het bedje van
aar kind en zinkt op hare knieën neder. Toen
zij bij de sponde van den zieke terugkeerde,
stonden de schoentjes nevens elkander voor den
schoorsteen.
De klokken der naastbijgelegen kerk luiden nu
met volle kracht en juichen en jube en als dui-
zende stemmi n. het is nu niet meer het nede
rig geklep, dat de geloovigen roept, maar een
stroom van overweldigende tonen en vreugde
klanken en als zoovele kreten der hemelsche
boodschappers, die ons de vervulling aankondi
gen der zalige belof ede komst van den God-
Menech. Zij klinken zoo luide, dai men het oor
eener angstige moeder moet hebben, om een
zacht geritsel dat van achter de bedgordijnen
komt op te merken. Het is de zwakke stem
van Jacques, die haar roept en nauw hoorbaar
toefluistert„Zeg Mamaatje ik geloof dat
het Kerstkindje gekomen is I
Barmhartige God! waar zijn hare zinnen?
Heelt zij het niet goed gehoord Maar neen,
het is waarhet is gekomen, het kindje
Jezns
Het is verschenen en heeft den kleinen Jacques
zijne lipjes hare frischheld en glimlachjes en
zijne oogjes dien levendigen gloed terug gege
ven, dien gloed van vroeger, dien zij nooit meer
dacht te zullen aanschouwen.
Oh Kerstkindje beminnelijk, goddelijk Kindje,
dat zij zoo laat aanriep, en dat haar toch ver
hoorde Hoe gevoeld zij zich nu beschaamd
en vol beruuw. Wat bemint en zegent zij u
nu uit het diepst van haar gelukkig moeder
hart. Zij zal nu met haar Jacques voor altijd
aan al de wonderen gelooven, die in dezen nacht
van verzoening liefde en vrede gewrocht wor
den, door u zoo klein en toch zoo machtig
De klokken zwijgen. Het verhevenst geheim
is gevierd. De lichtglans der laatste kaars is
in de stil en duister geworden kerk uitgedoofd.
En het glimlachend Kindje met zijn schitterende
straalkrans op den schooi der Heilige Maagd,
zijne moeder, is weer zacht ingeslapen, nadat
het den kleinen Jacques het leven gered heeft.
Pakijs, December 1886. E1DELIUS.
De Engelsche bladen maken met den noo-
digen ophef gewag van een nieuwe veiligheids
koppeling voor spoorwegrijtuigen, een uitvin
ding van deu heer Gedge, die de spoorweg
beambte in de gelegenheid stelt, om de wagens
van een trein, zonder zich daartusschen te
begeven en hun leven te wagen, aan dt bui
tenzijde van de rails vau elkaar los te hakeu.
De proeven gelukten bij uitnemendheid. Een
wisselwachter liep met een soort van hefboom
langs de trein en had in 1 min. 20 sec. een
serie van twintig wagens losgehaakt en in
nog minder tijd den trein weer vastgekoppeld.
Als wij ons niet vergissen, is deze vinding
reeds tamelijk oud en komt de eer daarvan
toe aan een landgenoot. Maar zooals het meer
gaat in een land, dat wat octrooien betreft
zich geheel insoleert, de buitenlanders profi-
teeren er van en lachen den Hollander boven
dien r.og in hun vuistje uit. (Z>.)
Yan den wielrijder Thomas Stevens, die,
een reis per rijwiel om de aarde naakt, is
belicht ingekomen, dat bij Calcutta heeft be-
ïeikt. Hij melde van daar: „Gedurende mijn
gebeelen tocht door Bengalen heb ik slecht
weder gehad, altijd maar regen en nog eens
regen de wegen waren in stroomen veran
derd en mijn kleuren voortdurend druipnat.
Ik ben door distneten gekomen, waar de
inlanders bij massa's stierven. Dat ik zeil
Diet ziek ben geworden, heb ik zeker aan
mijn dagelijkscbe lichaamsoefeningen te dan
ken, want ik ben anders niet zoo voorzichtig
geweest. Ik heb onverschillig welk water ge*
dronken, in nutte kleeren geslapen, en andere
onvoorzichtigheden begaan, die niet te ver
mijden zijn op een reis per wieier door Indie in
de maande: Aug. en Sept. Niettegenstaande
alle ongemakken, was ik tooh steeds opge
togen over de prachtige wegen, die op vele
plaatsen zoo gelijk als asphalt-plaveisel zijn.
Vun Lahore tot Sasseram, een afstand van
1000 mijlen, is de weg de schoonste der
wereld." Stevens wilde niet langer dan eecige
dagen te Galcntta blijven, daar hij vreesde
bij langer oponthoud aldaar in China door
don winter te worden overvallen, waardoor
hij verhinderd zon wezen tegen Kerstmis of
Nieuwjaar, zooals hij hoopte, in Amerika te
zijn teruggekeerd.
Aan de heeren Castmann en Walker in
Engeland is het gelukt om, in plaats van de
glasplaten in de photographie, een soort pa
pier te vervaardigen, dat zeer geschikt is, om
in een zeer korten tijd lichtindrnkken op te
nemen. Over een origineele toepassing van
deze uitvinding verhalen eenige vakbladen het
volgendeEen eigenaar van een groote fa
briek in 't noorden van Engeland liet, om
gedurende zijne afwezigheid op de hoogte te
blijven van alles wat er in huis en in zijne
fabriek voorviel, in denmnureen photogra-
phische camera, en een uurwerk maken dit
uurwerk was zoo ingericht, dat er elk unr
een stuk van een rol van bovengenoemd papier
werd opgerold. Was de fabrikant afwezig,
dan werd het toestel in beweging gebracht.
Elk unr opende de camera zich onhoorbaar,
een stak van het papier werd verlicht, zoodat
een beeld van de eleetrische verlichte fabriek
word genomen, dat alle details getrouw weder
gaf. Keecde dj fabrikant van zijn reis terug,
dan ontwikkelde hij de negatieve beelden en
kon dan van nar tot unr nagaan, wat er in
de fabriek was gebeurd.
Dezer dagen bield het Aardrijkskundig
Genootschap te Parijs een bijeenkomst, waar
de heer Ferdinand de Lesseps eenige mede-
deelingen detd over het Panama-kanaal. De
ingenieur verklaarde nogmaalsHet kanaal
zal den 1 Jan. 1889 voor de scheepvaart
worden geopend. Wjj hebben geen tijd om de
sluizen te mikeD, maar dit zullen wij later
doen. Hoofdtaak is dat het kanaal in Januari
'89 zal geopend worden.
Aan het spoorwegstation te Lyon ia als
stationschef geplaatst vicomte De ColigDjr, af
stammeling in de rechte lijn van den be
roemden admiraal. De astronomen van Ca-
(harina ce Medicis mogen veel voorspeld
hebben, maar dit zeker niet. D
Baroms en kindermeid, schijnt niet goed
vereenigiaar te wezen. Althans de Barones
de Batz maakte dezer dagen een rijtoer in
gezelsotap van de prinses Elisabeth, dochter
tje vai den Oosteorijkschen Kroonprins in
een dei perkeu van Weenen. Hoe het kwam,
weet men niet, maat het portier van het rij
tuig {ing open en het kind viel voorover op
de keien. Het is als een wonder te beschou
wen,dat zij niet de minste kwetsuren bekwam.
Alhojwel de barones de schnld geeft aan ma
dame Tomaschek, die ook in het rijtuig zat
in (e hoedanigheid van kindermeid moet toch