bijvoegsel.
ikmm
Binnenlandsche Berichten.
De Nijverheidsvergadermcj te Utrecht.
behoorende bij de
van 19 en 20 JUNI 1887.
In do bijeenkomst van njj veren, uit v
schillende deelen van ons land Donderdag ji. te
Utrecht vergaderd, zijn belangrijke beschou
wingen gehouden over maatregelen, die ge. o-
men kunnen worden tegen de gevaren, waar
mede de Nederlandsohe Nijverheid door de
bnitenlandsche handelswetgeving bedreigd
wordt.
Den heer Van Marken, directeur der gist-
en spiritus fabriek te Delft, werd de leiding
der vergadering opgedragen. Hij begon met
er op te wijzen, dat d<5 ganscbe Nederland,che
Nijverheid door de handelspolitiek van het
buitenland ernstig bedreigd wordt.
Ik schaar mij voorloopig, zeide spr. al
lerminst onder de principïeele aanhangers van
het stelsel van bescherming. Ik erken, dat
de velerlei bijzondere belangen van producen
ten moeten wijken voor het algemeen belang
der verbruikers. Ik geloof en begrijp, dat
het stelsel van bescherming, en in nog boogere
mate dat van reciprociteit in de toepassing
zeer groote bezwaren ontmoet; bezwaren,die
ook ons misschien bij nader onderzoek zullen
blijken onoverkomelijk te zijn. Door traditie
en door den eerbied, dien ik koester voorna
kennis van zoovele uitnemende geleerden,
ook in ons land, op het gebied der econo
mische wetenschap, ben ik huiverig voor het
beginsel van bescherming en gevoel ik mij
veeleer aangetrokken tot het stdsel van on-
beperkt vrijen handel. Maar wel wordt mijn
industrieel geweten hoe langer zoo meer be
zwaard door twijfel, verontrust door vragen
en stemmen, die door de verdedigers van het
dogma van den vrijen handel niet opgelost
en tot zwijgen gebracht worden.
„Moeten, om onzen uitvoer niet te belem
meren, en onze handelsbalans te doen sluiten,
juist de fabrikaten van onze bnitenlandsche
concurrenten ingevoerd worden
Moeten wij, ondernemers, uitsluitend aan
eigen krachten overgelaten, bezwaard met de
lasten voor de huishouding van onzen Staat,
overal is ons eigen land den vreemdeling ont
moeten, hier onbelemmerd verkeerende, en
bovendien toegerust met de bescherming van
zijne Eegeering, die ons aan de grenzen terug-
W^»Moeten, uit eerbied voor het algemeen be
lang onze werkloozen tijdelijk toezien, dat de
vrife invoer, der producten van vreemden ar-
beid gestadig toeneemt, terwijl de vruchten
van den arbeid onzer cijveren bijna overal el
ders worden geweerd
Zouden onze Engelsche naburen het stel
sel van vrijen handel huldigen, zouden de
toongevende industrieelen in Twente de vrije
mededinging verdedigen, wanneer zij met se
dert lang groot en sterk waren geworden door
een vroeger tijdperk van bescherming - be
scherming tot een mate, die onze meest
overtuigde fairtraders niet durven droomen
>En al mogen enkelen onder ons, door bo-
venmatige krachtsinspanning of door een sa
menloop van gelukkige omstandigheden m
staat zijn aan de dreigende gevaren, die gij
straks zult bespreken, het hoofd te pven
bieden, zou het algemeen belang ook me
van hen kunnen vorderen mede te werken »ot
het behoud van zoovelen, die minder gelnsï
kig waren, van de meerderaeid der onderns
meis, die in de nijverheid een bescheiden plaats
innemen, de middelmatig toegernsfen, die toch
evenzeer in de maatschappij huu recht van
bestaan hebben en willen handhaven, en die
ook hier zonden kunnen beslaan, wanneer zij
niet doodgenepen werden door de bescherming,
die elders hunne concurrenten van hoogstens
gelijken rang doet bloeien?"
Om nu tot de oplossing van deze vragen te
komen, zei de heer Van Marken, moest men
den moed hebben om de waarheid onder de
oogen te zien en door een onpartijdig, op cij
fers berustend onderzoek met den juisten
tocsïand onzer nijverheid bekend worden.
Tegenover het niet gering te schatten gezag
van erkende autoriteiten, do machtige coalitie
Katheder en Beurs, vindt de bedreigde
van
v OIJU» -
nijverheid slechts één bondgenoot, den land-
bouw. Hij hoopte, dat de beraadslagingen
dezer vergadering daartoe een belangrijk aan
deel zonden bijdragen.
»Aövienne que ponrra 1" riep hij uit. »Wij
zullen ons niet uit het veld laten slaan door
het anathema van onwetendheid enoDweten-
chappelijkheid, alvorens wij niet in het
studeervertrek der geleerden, maar aan de
lessenaars onzer fabriekskantoren zullen
hebben gerekend en onderzocht. Maar evenmin
mogen wij en zal ik voor mij partij
kiezer,, alvorens dat onderzoek, ten opzichte
van de verschillende takken van nijverheid, ons
met nuchtere, eerlijke cijfers, ontleend aan de
werkelijkheid, heeft voorgelegd, omtrent het
geen niet door uw en door mijn eigenbelang,
maar in het belang van de geheele nijver
heid van ons land, van ons volk wordt
geëischt.
De secretaris, de heer mr. J. G. Schölvmck
nit Amsterdam, wees nog in het bijzonder
op de gevaren, waarmede de nationale maal
nijverheid, door de mededinging van den
vreemde, wordt bedreigd. Hoofdzakelijk schreef
hij dit toe aan den steun, door de bnitenlandsche
nijverheid bij verschillende wettelijke bepa
lingen gevonden. Men wilde echter het oordeel
der geheele industrie vernemen en zond
daartoe 800 uitnoodigingen rond, waarvan
100 een antwoord inzonden. De meerderheid
daarvan wenschte bescherming of liever ver
dediging tegen het buitenland; slechts twee
of drie^ stemden voor behoud van het be
staande.
Een uitvoerig debat ontspon zich naar aan
leiding van de mededeelingen van het bestuur.
Het eerst werd het woord gevoerd door den
heer J. J. G. Nolet, president van de Kamer
van Koophandel en "Fabrieken te Schiedam,
die te kennen gal, dat hoewel de branders
te Schiedam geen schriftelijk antwoord op
de circulaire hebben ingezonden, zij toch
wenschten geacht te worden tot de instem
mers te hehooren. Verschillende spre,
kers verklaarden zich beslist vóór het bescher
mend stelsel. De heer Diepen uit Tilburg
belichaamde zijn gevoelen in een voorstel, waar
bij de vergadering als hare meening zou
te kennen geven:
»dat het stelsel van bescherming is een
goed stelsel
»dat ook voor den landbouw bescherming
noodig is
»dat de vergadering geen bezwaar er tegen
heeft.dat tengevolge der bescherming de brood
prijzen stijgen. Omtrent deze laatste alinea zei de
heer Diepen, dat in landen waar veel te doen
is, alles ook duur wordt, maar er heerscht
welvaart; zijn de prijzen laag, dan is er ook
geen werk en dus geen welvaart. He, schrik
beeld van duur brood moest dus z. i. door
de vergadering niet worden gevreesd.
De minderheid, die van het vrijhandelsstelsel,
vond een verdediger in den heer Van Beu-
ningen uit Utrecht en in den heer Stork uit
Hengeloo,die verklaarde,dat sedert de opheffing
der riiïïarentieele rechten in Indie, de nijver
heid ia Twente en vooral in Hengeloo in
kracht verdubbeld is.
Tejen die bewering kwam de heer Caspars uit
Gouda op, die betoogde dat Twente onder be
schermende rechten tot' bloei is gekomen en
daardoor nu krachtig is zonder bescherming.
Ten slotte stelde de voorzitter namens het
comité voor, om in den vorm van een
motie, het gevoelen uit te spreken, dat
de vergadering van Nederlandsobe In
dustrieelen, na de verschillende mededee
lingen gehoord te hebben en oordeelende,
dat. de Nederlandsobe nijverheid door de
buiterlandschfi handelspolitiek bedreigd wordt;
besluit aan eens commissie van industrieelen
op te dragen: lo de gegevens voor eiken
bedreigden tak van nijverheid te verzomelen,
die bet. dreigend gevaar duidelijk in het licht
stellen. 2o. die gegevens openbaar te maken, 3o.
in een volgende vergadering vóór 15 Aug. a. s.
te houden, de noodige maatregelen voor te
stellen.
Op aandrang van verschillende zijden voegde
de voorzitter ei nog bij, dat de te benoemen
commissie ook de belangen van den landbouw
in overweging zon nemen (voorstel van den
heer mr. W. H. Jansen uit Schiedam), waarop
de motie van het comité met algemeene stem
men op een na (die van den heer Storek)
werd aangenomen. De taak der benoeming
van leden voor de commissie werd aan de
verschillende takken van industrie opgedragen.
Bij deze vergadering was ook de Vereeni-
gicg van Gisthandelaren te dezer stede ver
tegenwoordigd door baren voorzitter en vice-
voorzitter. Voor het braudersvak werden tot
leden van bedoelde commissie gekozen de
heerenJ. O. Van Marken Jr. te Delft, J.
J. G. Nolet te Schiedam en M. Eickholt te
Botterdam.
Vervolg.)
Op 7 Juni jl. is door H. S. Schröder op
de post te Onde Pekela bezorgd een
brief, inhoudende een muntbiljet van 50,
no. 06386 K. en eene coupon Nederlandsobe
Werkelijke Schuld, groot f 1.23%, n0.
3445, welke brief, geadresseerd aan B. S.
Strüter, Warmoesstraat te Amsterdam, zijue
bestemming niet beeft bereikt. De off. v. just,
te Winschoten verzoekt opsporing en aanhou-
ding van de geldswaardige papieren en be
richt.
Tegen den landbouwer C., in het kanton
Sittard, is proces-verbaal opgemaakt ter zake
van dierenmishandeling. De beklaagde, die
aich uithoofde van de belasting van zijnen
hond wilde ontdoen, had het dier levend be
graven.
BRUIN ISSE. Terwijl de gebroeders Salo
mon en Stoffel van den Berg, schippers al
hier, Donderdag ochtend omstreeks 5 ure,
op de Slikken van Ond-Bommenede bezig waren
eene met mosselzaad beladen vlet naar hnnne
hoogaarts te voeren, stootte de vlet op
een stuk derrie, waardoor het vaartuig
begon te zinken, zoodat de twee mannen
genoodzaakt werden overboord te springen,
met het gevolg, dat de eerste oogenblikkelijk
verdronk, terwijl de tweede er in slaagde,
met hulp van zijnen zwager, zich te redden.
Het lijk van den verdronken schipper, 33
jaar oud, gehuwd en vader, werd spoedig
opgehaald en naar huis gebracht.
(V. R. Ct.)